Naam | Lansingerland |
---|---|
Code | 1621 |
Provincie | Zuid-Holland |
Inwonertal | 61155 |
2018
Categorie | Risico | Kans | Max. impact | Gewogen bedrag |
---|---|---|---|---|
Grondexploitatie | Wilderszijde wordt niet meer ontwikkeld en grond afboeken naar restwaarde. | 50.0 | 23060000.0 | 11530000.0 |
Grondexploitatie | Vraag naar bedrijventerrein Oudeland komt onder druk. | 30.0 | 32800000.0 | 9840000.0 |
Belasting | Fiscale optimalisatie Westpolder wordt niet gerealiseerd. | 30.0 | 15700000.0 | 4710000.0 |
Grondexploitatie | Leeuwenhoekweg wordt niet meer ontwikkeld door gebrek aan vraag. | 30.0 | 5500000.0 | 1650000.0 |
Dividend/Rente | De rente stijgt vanaf 2025 naar 4,5% voor project Oudeland. | 30.0 | 6000000.0 | 1800000.0 |
Grondexploitatie | Tekort op ontwikkeling Bleizo. | None | None | 2700000.0 |
Grondexploitatie | Lagere grondprijs Oudeland ook na 2021. | 10.0 | 12300000.0 | 1230000.0 |
Projecten | Projectrisico's opbrengsten Westpolder (uitwerking deelplan 7 en 4west, woningbouwprogramma). | 30.0 | 4100000.0 | 1230000.0 |
Grondexploitatie | Verwerving perceel Oudeland lukt niet en daarmee opbrengsten niet haalbaar. | 50.0 | 2300000.0 | 1150000.0 |
Projecten | Projectrisico’s uitvoering Westpolder (parkeren, fietsen, ontsluiting) | 30.0 | 2500000.0 | 750000.0 |
bedragen x €1.000 | ||||
Kostendekkendheid tarieven rechten | Afvalstoffen-heffing | Rioolheffing | Lijkbezorgings-rechten | Marktgelden |
Directe kosten: | ||||
Directe kosten | € 5.017 | € 3.839 | € 214 | € 65 |
Directe inkomsten, exclusief heffingen | € 755 | € 13 | € 16 | € 0 |
Netto directe kosten | € 4.263 | € 3.826 | € 198 | € 65 |
Toe te rekenen kosten: | ||||
Overhead incl. (omslag) rente | € 838 | € 779 | € 144 | € 54 |
BTW | € 307 | € 518 | € 0 | € 0 |
Toe te rekenen kosten | € 1.145 | € 1.297 | € 144 | € 54 |
Totaal toe te rekenen kosten | € 5.407 | € 5.123 | € 342 | € 119 |
Opbrengst heffingen | € 5.407 | € 5.123 | € 212 | € 71 |
Dekkingspercentage | 100,0% | 100,0% | 61,9% | 59,3% |
Onderbouwing kostendekkendheid leges | bedragen x €1,- | |||||
Hfd | Omschrijving | Lasten | Overhead | Totaal lasten | Baten | Kostendekkendheid |
1.1 | Burgerlijke stand | € 50.042 | € 45.498 | € 95.540 | € 52.617 | 55,1% |
1.2 | Reisdocumenten | € 174.026 | € 188.117 | € 362.143 | € 338.575 | 93,5% |
1.3 | Rijbewijzen | € 104.837 | € 93.587 | € 198.424 | € 180.000 | 90,7% |
1.4 | Verstrekkingen uit de Wet basisregistratie personen | € 35.345 | € 14.931 | € 50.276 | € 24.274 | 48,3% |
1.5 | Verstrekkingen uit het Kiezersregister | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1.6 | Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1.7 | Bestuursstukken | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1.8 | Vastgoedinformatie | € 1.616 | € 1.539 | € 3.155 | € 2.676 | 84,8% |
1.9 | Overige publiekszaken | € 16.614 | € 18.527 | € 35.140 | € 14.597 | 41,5% |
1.10 | Gemeentearchief | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1.11 | Huisvestingswet | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1.12 | Leegstandwet | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1.13 | Gemeentegarantie | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1.14 | Marktstandplaatsen | € 647 | € 615 | € 1.262 | € 1.116 | 88,4% |
1.15 | Winkeltijdenwet | € 269 | € 256 | € 526 | € 233 | 44,3% |
1.16 | Kansspelen | € 647 | € 615 | € 1.262 | € 740 | 58,6% |
1.17 | Kinderopvang en peuterspeelzalen | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1.18 | Telecommunicatie | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1.19 | Verkeer en vervoer | € 15.680 | € 14.729 | € 30.408 | € 23.963 | 78,8% |
1.20 | Diversen | € 43.673 | € 46.071 | € 89.745 | € 76.748 | 85,5% |
1.21 | In deze titel niet benoemde beschikking | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
1 | Subtotaal titel 1 | € 443.395 | € 424.485 | € 867.881 | € 715.539 | 82,4% |
2.1 | Begripsomschrijvingne | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
2.2 | Vooroverleg / beoordelen conceptaanvraag | € 0 | € 0 | € 0 | € 74.000 | 0,0% |
2.3 | Omgevingsvergunning | € 1.018.378 | € 676.054 | € 1.694.432 | € 1.533.000 | 90,5% |
2.4 | Vermindering | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
2.5 | Teruggaaf | € 0 | € 0 | € 0 | € -7.000 | 0,0% |
2.6 | Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
2.7 | Bestemmingswijzingen zonder activiteiten | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
2.8 | Sloopmelding | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
2.9 | Openstellingsvergunning | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
2.10 | In deze titel niet benoemde beschikking | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
2 | Subtotaal titel 2 | € 1.018.378 | € 676.054 | € 1.694.432 | € 1.600.000 | 94,4% |
3.1 | Horeca | € 11.854 | € 11.284 | € 23.137 | € 20.466 | 88,5% |
3.2 | Organiseren van evenementen of markten | € 4.073 | € 3.878 | € 7.951 | € 7.879 | 99,1% |
3.3 | Prostitutiebedrijven | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
3.4 | Splitsingsvergunning woonruimte | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
3.5 | Leefmilieuverordening | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
3.6 | Brandbeveiligingsverordening | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
3.7 | Niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 | - |
3 | Subtotaal titel 3 | € 15.927 | € 15.161 | € 31.088 | € 28.345 | 91,2% |
Totaal legesverordening | € 1.477.700 | € 1.115.701 | € 2.593.401 | € 2.343.884 | 90,4% |
Naam verbonden partij * |
BLEIZO |
Vestigingsplaats * |
Bergschenhoek, gemeente Lansingerland. |
Deelnemende partijen |
Gemeente Zoetermeer en Gemeente Lansingerland |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
Het doel van deze GR is het ontwikkelen van het gebied rondom het OV knooppunt Bleizo, gericht op het realiseren van een nieuw economisch knooppunt met een eigen identiteit. Met de ontwikkeling van een OV-knooppunt en het gebied daarom heen wil de gemeente een gunstig economisch klimaat en een interessant werk – en woongebied creëren voor de inwoners. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
(art. 32 GR Bleizo) Beide gemeenten staan ervoor in dat de GR Bleizo altijd over voldoende middelen beschikt om verplichtingen aan derden te voldoen. Verder komt een batig/nadelig saldo voor 50% ten gunste/laste van Lansingerland, waarbij tevens de afspraak is gemaakt dat Zoetermeer garant staat voor een bedrag van € 9,5 mln. (nadelig saldo) in relatie tot de bijdrage die GR Bleizo levert aan de financiering van het OV Knooppunt Bleizo. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Begin 2016 € 0 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Begin 2016 € 54,4 miljoen |
Financieel resultaat 2016* |
€ 0 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Het financiële belang van Lansingerland is ongewijzigd: 50% van winst of verlies van GR Bleizo. Zoetermeer staat garant voor € 9,5 mln. voor de bijdrage van GR Bleizo aan de vervoersknoop Bleizo. De afspraken hierover zijn in 2017 uitgewerkt en met brief U17.03185 is de gemeenteraad hierover geïnformeerd. De afspraken zijn verwerkt in de jaarrekening van 2016 en heeft geresulteerd in een negatief eigen vermogen als gevolg van het treffen van een voorziening voor het mogelijk verlies van de grondexploitatie. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
De gemeenten Lansingerland en Zoetermeer nemen beiden voor 50% deel in deze gemeenschappelijke regeling. De grondexploitatie van GR Bleizo per 1-1-2017 is negatief: € 8,2 mln. Netto Contante Waarde (NCW). Bleizo heeft een risicoprofiel, waarbij ook rekening wordt gehouden met kansen, van ca. € -4,3 mln. De risico’s betreffen het uitgiftetempo, grondprijsontwikkeling en kostenstijging. In Lansingerland is in de Jaarrekening 2016 voor de berekening van het benodigd weerstandsvermogen rekening gehouden met een bruto risicoprofiel van € 2,7 mln. De hoogte van dit bedrag is bepaald op basis van de risicoanalyse van Bleizo, rekening houdend met onze eigen grondslag van 90% zekerheid. Daarbij is ook gekeken naar een scenario waarbij niet tot ontwikkeling van leisure wordt overgegaan en het risicoprofiel wat daaraan verbonden is en wordt rekening gehouden met de dekking vanuit Zoetermeer (garantstelling tot maximaal € 9,5 mln.). |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
De vaststelling van het nieuwe bestemmingsplan Hoefweg-Zuid, zodat gronden kunnen worden uitgegeven voor uiteenlopende functies zoals bedrijven, leisure en kantoren. Aandachtspunt hierbij de is de Ladder-onderbouwing van duurzame verstedelijking. De gronduitgifte is eveneens een aandachtspunt, specifiek t.b.v. TranSportium en Adventure World in 2017, welke afhankelijk is van de financiering van deze marktinitiatieven.
|
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Financiële analyse: Gemiddeld |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
De realisatie van vervoersknooppunt Bleizo en de ontwikkeling van het gebied rondom het knooppunt dragen bij aan de ontwikkeling van Lansingerland als gemeente waarin aantrekkelijk en op duurzame wijze kan worden gewerkt en gewoond. |
Naam verbonden partij * |
DCMR Milieudienst Rijnmond |
Vestigingsplaats * |
Schiedam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
Uitvoeren van de Wet Milieubeheer (Wm), de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de Wet bodembescherming (Wbb) voor de Gemeente Lansingerland en advisering op het gebied van milieu en ruimtelijke ordening. Het publieke belang is het bereiken van een goed leefmilieu voor burgers en bedrijven. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
2018: € 1.200.531[1]
|
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Eigen vermogen begin boekjaar 2016 = € 8.278.493 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Vreemd vermogen begin boekjaar 2016 = € 21.936.310 |
Financieel resultaat 2016* |
Het financieel resultaat over 2016 na bestemming bedraagt |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Met de invoering van artikel 8 van de Europese Energie-Efficiency Directive (EED) zijn gemeenten bevoegd gezag voor het toezicht op de uitvoering van energie-audits door grote ondernemingen. De DCMR voert deze taak voor Lansingerland uit. Omdat dit een nieuwe taak voor gemeenten is heeft het Rijk besloten geld beschikbaar te stellen aan het bevoegd gezag via het gemeentefonds. Lansingerland heeft een bedrag van ongeveer € 19.000 ontvangen voor de uitvoering van het toezicht op de uitvoering van energie-audits in 2016 en 2017. Dit bedrag wordt overgeheveld naar de DCMR, omdat zij deze taak voor Lansingerland uitvoert. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
Er is sprake van een aantal kleine financiële risico’s, zoals het verlenen van toestemming voor het uitvoeren van activiteiten waarvoor geen toestemming had moeten worden verleend, het niet of onvoldoende waarnemen van afwijkingen van verleende toestemmingen of verstoringen in de organisatievorming en de bedrijfsvoering van de DCMR (bijvoorbeeld het informatiesysteem RUDIS). |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
Er zijn op dit moment geen aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor de komende 2 jaar. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Het financiële risico is gemiddeld. Dit heeft te maken met het feit dat in de Gemeenschappelijke Regeling een garantstelling voor de deelnemende gemeenten is opgenomen, de bedrijfsvoering nog niet volledig op orde is en Lansingerland slechts deels invloed heeft om financieel bij te sturen. Lansingerland heeft vooral invloed op het financieel bijsturen op de bijdrage die wij betalen voor de uitvoering van het werkplan. Het bestuurlijke (inhoudelijke) risico is laag, omdat de belangen van DCMR hetzelfde zijn als onze belangen, er duidelijke afspraken met de DCMR zijn gemaakt die we regelmatig monitoren en we veel vertrouwen in deze verbonden partij hebben. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
De DCMR Milieudienst Rijnmond levert met inzet van wettelijke instrumenten en vanuit zijn specifieke deskundigheid een bijdrage aan het verlagen van de milieubelasting van bedrijven en aan het verhogen van de milieukwaliteit en veiligheid in het Rijnmondgebied. Hiermee draagt het bij aan de ontwikkeling van Lansingerland als gemeente waarin aantrekkelijk en op duurzame wijze kan worden gewoond, gewerkt en gerecreëerd. |
Naam verbonden partij * |
Jeugdhulp Rijnmond |
Vestigingsplaats * |
Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
De GR heeft 3 doelstellingen:
|
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
De GR Jeugdhulp is opgericht voor de inkoop van verschillende vormen van jeugdhulp waar gemeenten verantwoordelijk voor zijn. De inleg van de gemeente Lansingerland bedraagt in 2017 € 5.408.309 (inclusief organisatiekosten). |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Begin 2016: € 707.250 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Begin 2016 € 33.061.594 |
Financieel resultaat 2016* |
€ 2.644.184
|
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
In december 2016 heeft het Algemeen Bestuur van de GR geconstateerd dat de vraag naar specialistische jeugdhulp groter is dan het beschikbare volume. Dit wordt vooral veroorzaakt door een stijging van crisishulp en het tempo van de landelijk opgelegde bezuinigingen. Bovendien lijkt het erop dat de vraag naar specialistische jeugdhulp toeneemt door verbetering van de toegang. In dit kader is voor het jaar 2017 een eenmalige extra bijdrage van de aangesloten gemeenten noodzakelijk. Voor Lansingerland bedraagt deze extra bijdrage € 253.410. De achtergronden van deze wijziging zijn in raadsbrief U17.02765 toegelicht en worden verwerkt in de VJN 2017. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
De jeugdwet bevat een open einde regeling. Het risico bestaat dat er meer vraag naar jeugdhulp is dan dat er budget is. Hier sturen we op door als gemeente zelf te beslissen over de inzet van duurdere hulp. De GR Jeugdhulp zorgt ervoor dat de duurdere vormen van hulp beschikbaar zijn. De gemeente Lansingerland beslist zelf of de vorm van hulp nodig is of dat er nog gekeken moet worden naar voorliggende voorzieningen. Verder monitoren we de inzet van jeugdhulpaanbieders om zo tijdig bij te kunnen sturen.
Er zijn vormen van specialistische dure ondersteuning die ervoor zorgen dat er grote pieken en dalen in het gebruik van gemeenten kunnen ontstaan. Deze schommelingen worden uitgevlakt door de bijdrage aan de GR te bepalen op basis van de gemiddelde zorgconsumptie van 3 jaar, de zogenaamde vlaktaksmethode. Met de vlaktaksmethode kunnen pieken en dalen (tijdelijk) met alle deelnemende gemeenten worden opgevangen maar uiteindelijk betaalt elke gemeente, weliswaar ‘afgevlakt’, een bijdrage gebaseerd op het eigen gebruik. Dit wordt geïllustreerd door het onderstaande schema. Hierin wordt aangenomen dat de drie gemeenten in het jaar T drie jaar daaraan voorafgaand een constante productie hadden van 100, 100 en 200 (vergelijkingseenheden). Het gebruik in alle jaren wordt in ieder jaar gelijk gehouden.
Uit bovenstaand model blijkt dat bij deze bekostigingssystematiek iedere gemeente uiteindelijk de eigen kosten betaalt, maar dat eventuele schommelingen in de kosten gedurende drie jaar worden opgevangen. Hiermee blijft de prikkel om minder gebruik te gaan maken van specialistische voorzieningen behouden. Daarnaast maakt dit schema duidelijk dat een gemeente die in een jaar minder afneemt dan gefinancierd dit in de jaren daarna vertraagd terugkrijgt in de vorm van een lagere bijdrage aan de regeling.
De hiervoor beschreven implementatie van resultaatgericht inkopen is budgetneutraliteit. Hier wordt bij de uitwerking van de nieuwe inkoopvorm ook op gestuurd. Deze nieuwe financieringsvorm houdt niettemin wel een risico in. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
Aandachtspunten zijn:
|
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
In het kader van de begroting 2018 heeft de GR een risico-inventarisatie opgesteld. Voor alle risico’s die geïdentificeerd zijn, is een eigenaar benoemd en zijn (beheers)maatregelen opgenomen om te voorkomen dat het risico zich voordoet en om te nemen als het risico zich wel voordoet. Daarnaast zijn de risico’s gewogen; deze risicoweging is gebaseerd op een inschatting van de kans dat het risico zich voordoet en de financiële impact als het risico zich voordoet. Op basis van deze inventarisatie is besloten om een risicobudget (in de vorm van een post onvoorzien) op te nemen van maximaal 1,5 tot 2% van de begroting.
|
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
De GRJR heeft tot taak de gemeenschappelijke inkoop zodanig vorm te geven dat lokale ambities kunnen worden gerealiseerd en dat zorgcontinuïteit is geboden. |
Naam verbonden partij * |
Gemeenschappelijke Regeling GGD Rotterdam-Rijnmond |
Vestigingsplaats * |
Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
Artikel 3 van de GR: Het lichaam heeft tot doel:
De regeling regelt de deelnemersbijdrage van de deelnemende gemeente voor de inkoop van het basispakket. De GGD is leverancier en uitvoerder van het basispakket. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
De gemeenschappelijke regeling van de GGD-RR kent geen balans en andere financiële staten om in de begroting op te nemen aangezien alleen de gemeente Rotterdam eigenaar is van de organisatie. Personeel en eventuele risico’s zijn daarmee voor rekening van de gemeente Rotterdam. De gemeenschappelijke regeling GGD-RR regelt in materiële zin slechts de inkoop van producten. Lansingerland draagt in 2017 € 386.405 bij, bestaande uit € 300.895 voor de inkoop van het algemene basistakenpakket en € 85.510 voor de inspecties kinderopvang. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
De gemeenschappelijke regeling van de GGD-RR kent geen balans en andere financiële staten om in de begroting op te nemen aangezien alleen de gemeente Rotterdam eigenaar is van de organisatie. Personeel en eventuele risico’s zijn daarmee voor rekening van de gemeente Rotterdam. De gemeenschappelijke regeling GGD-RR regelt in materiële zin slechts de inkoop van producten. Daarmee is de gemeenschappelijke regeling financieel “leeg”, dus zonder bezittingen, waardoor er ook geen balans is. Het financiële risico voor deelname aan de regeling is voor regiogemeenten dus ook niet aanwezig. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Niet van toepassing, zie tekst bij ‘Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016’. |
Financieel resultaat 2016* |
Niet van toepassing, zie tekst bij ‘Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016’. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Geen, voor zover nu bekend. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
Geen. De gemeente Rotterdam is risicodrager. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
Uitvoering van de verplichtingen uit de Wet publieke gezondheid (WPG) tegen een aanvaardbare kostprijs blijft een aandachtspunt. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Er is zowel financieel als bestuurlijk een beperkt risico. De gemeente Rotterdam is financieel risicodrager. Daarnaast dragen de activiteiten van de verbonden partij bij aan het oorspronkelijke doel van de verbonden partij. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
De Gemeentelijke Gezondheidsdienst Rotterdam-Rijnmond zet zich in voor een goede en voor iedereen toegankelijke gezondheidszorg. Daarnaast zet de GGD zich in om ziekten en andere problemen te voorkomen. Hiermee draagt het bij aan Lansingerland als gezonde samenleving. |
Naam verbonden partij * |
Recreatieschap Rottemeren |
Vestigingsplaats * |
‘s-Gravenhage |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
In stand houden, ontsluiten en exploiteren van recreatiegebied Rottemeren. Openluchtrecreatie, natuurbescherming en natuur- en landschapsschoon bewaren en bevorderen. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
Deelnemers: Zuidplas 4%, Rotterdam 75%, Provincie Zuid-Holland 16% en Lansingerland 5%, bijdrage in 2016 € € 186.562. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
EV per 1/1/2016 : € 19.484.308 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
VV per 1/1/2016 € 5.751.722 ; |
Financieel resultaat 2016* |
Resultaat over 2016: € 243.712 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Geen veranderingen in het financiële belang van 5%. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
Hierboven staan de ontwikkelingen welke gaande zijn en die de komende jaren van invloed kunnen zijn op de financiering van het beheer van de gebieden van het Recreatieschap Rottemeren. De invloed zal overigens gering zijn gezien de forse Algemene Reserve van het schap. Concrete risico’s, overigens van een laag en middel gehalte worden genoemd bij de weerstandsparagraaf in de begroting van het recreatieschap:
|
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
De vormgeving van de nieuwe gemeenschappelijke regeling. Ook de vormgeving van het toekomstige terreinbeheer. Staatsbosbeheer verzorgt dit voor de jaren 2017 en 2018. De komende twee jaar zal nagedacht moeten worden over de werkwijze na 2018. Daarnaast geldt als aandachtspunt aansluiting te houden bij de provinciale geldstromen voor ontwikkeling van recreatief groen. Voor de komende jaren is een goede inpassing van de A16 in het Lage Bergse bos en gelijktijdige realisatie van een kwalitatief en recreatief aantrekkelijk Lage Bergse bos (extra 2,5 miljoen euro uit de Algemene Reserve Recreatieschap) van bijzonder belang. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Het financiële risico is laag. Er is sprake van een zeer hoge Algemene reserve. De genoemde risico’s zijn dusdanig beperkt van aard, dat er sprake is van meer dan gewenste weerstandsratio. Daarnaast is de financiële bijdrage van de provincie in overgenomen door Rotterdam en dit is tevens vastgelegd in de aangepaste GR. Bestuurlijk risico is laag vanwege (indirecte) invloed via AB en DB. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
Het in stand houden, ontsluiten en exploiteren van het recreatiegebied |
bedragen x € 1.000 | ||||||
Opbrengst lokale heffingen | Jaarrekening | Begroting | Begroting | Begroting | Begroting | Begroting |
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | |
OZB woningen | 7.509 | 9.096 | 8.877 | 9.075 | 9.273 | 9.471 |
OZB niet-woningen | 4.950 | 5.837 | 5.856 | 5.879 | 5.901 | 5.923 |
Afvalstoffenheffing | 8.021 | 5.595 | 3.844 | 5.514 | 5.624 | 5.734 |
Rioolheffing | 5.282 | 5.897 | 6.134 | 6.378 | 6.613 | 6.842 |
Lijkbezorgingsrechten | 215 | 212 | 212 | 212 | 212 | 212 |
Leges burgerzaken | 530 | 656 | 637 | 475 | 475 | 475 |
Leges bouw | 1.268 | 2.190 | 1.600 | 1.600 | 1.600 | 1.600 |
Hondenbelasting | 281 | 295 | 295 | 295 | 295 | 295 |
Marktgelden | 63 | 71 | 71 | 71 | 71 | 71 |
Precariobelasting, uitstallingen | 42 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 |
Precariobelasting, kabels en leidingen | 202 | 200 | 200 | 200 | 200 | 200 |
Totaal | 28.363 | 30.094 | 27.771 | 29.744 | 30.309 | 30.868 |
(1) Meerpersoonshuishouden met eigen woning en een (fictieve) WOZ – waarde van € 273.000 | bedragen x € 1,- | |||
Lokale lasten Lansingerland | Aanslag | Aanslag | Verschil | Verschil |
2017 | 2018 | € | % | |
OZB | € 384,11 | € 372,59 | € -11,52 | -3,0% |
Afvalstoffenheffing | € 257,16 | € 171,93 | € -85,23 | -33,1% |
Rioolheffing | € 237,00 | € 241,08 | € 4,08 | 1,7% |
Aanslag gemeentelijke belastingen (via SVHW) | € 878,27 | € 785,60 | € -92,67 | -10,6% |
(2) Meerpersoonshuishouden met een huurwoning | bedragen x € 1,- | |||
Lokale lasten Lansingerland | Aanslag | Aanslag | Verschil | Verschil |
2017 | 2018 | € | % | |
Afvalstoffenheffing | € 257,16 | € 171,93 | € -85,23 | -33,1% |
Rioolheffing | € 237,00 | € 241,08 | € 4,08 | 1,7% |
Aanslag gemeentelijke belastingen (via SVHW) | € 494,16 | € 413,01 | € -81,15 | -16,4% |
(3) Detailhandel met eigen woning met een (fictieve) WOZ-waarde van € 450.000 | bedragen x € 1,- | |||
Lokale lasten Lansingerland | Aanslag | Aanslag | Verschil | Verschil |
2017 | 2018 | € | % | |
OZB | € 2.065,90 | € 2.005,34 | € -60,56 | -2,9% |
Rioolheffing | € 237,00 | € 241,08 | € 4,08 | 1,7% |
Aanslag gemeentelijke belastingen (via SVHW) | € 2.302,90 | € 2.246,42 | € -56,48 | -2,5% |
COELO - 2017 | Laagste | Landelijk | Hoogste | Lansingerland | Lansingerland |
gemiddelde | 2017 | 2018 concept | |||
OZB-woningen (eigenaar) | 0,0446% | 0,1237% | 0,2669% | 0,1407% | 0,1319% |
OZB-niet woningen (eigenaar/gebruiker) | 0,0748% | 0,4693% | 1,1742% | 0,4590% | 0,4590% |
Afvalstoffenheffing (meerpersoonshuish.) | € 12,00 | € 260,00 | € 408,00 | € 257,16 | € 171,93 |
Rioolheffing | € 0,00 | € 192,00 | € 404,00 | € 237,00 | € 241,08 |
Hondenbelasting (1e hond) | € 16,00 | € 54,57 | € 124,00 | € 81,48 | € 81,48 |
Woonlasten | € 487,00 | € 723,00 | € 1.211,00 | € 878,27 | € 785,60 |
Woonlasten 2017 in de regio | Gemiddelde WOZ - waarde | Rangnummer | Gemiddelde woonlasten eenpersoons- huishouden | Gemiddelde woonlasten meerpersoons- huishouden | Vergelijking met Lansingerland |
Lansingerland | € 273.000 | 366 | € 827 | € 878 | |
Delft | € 185.000 | 339 | € 721 | € 845 | -4% |
Pijnacker - Nootdorp | € 270.000 | 332 | € 758 | € 839 | -4% |
Zoetermeer | € 189.000 | 138 | € 672 | € 714 | -19% |
Zuidplas | € 234.000 | 308 | € 781 | € 815 | -7% |
Tarieven 2017 in de regio | Lansingerland | Delft | Pijnacker - Nootdorp | Zoetermeer | Zuidplas |
OZB: | |||||
Eigendom woningen | 0,1407% | 0,1545% | 0,1096% | 0,1822% | 0,1304% |
Eigendom niet - woning | 0,2548% | 0,2935% | 0,2311% | 0,3955% | 0,1727% |
Gebruik niet - woningen | 0,2042% | 0,2350% | 0,1644% | 0,3074% | 0,1286% |
Totaal niet - woning | 0,4590% | 0,5285% | 0,3955% | 0,7029% | 0,3013% |
OZB - aanslag woning (a) | € 384 | € 286 | € 296 | € 345 | € 305 |
Afvalstoffenheffing: | |||||
Een Persoonshuishouden | € 206 | € 219 | € 223 | € 222 | € 239 |
Meerpersoonshuishouden (b) | € 257 | € 343 | € 304 | € 265 | € 263 |
Rioolheffing: | € 237 | € 217 | € 238 | € 105 | € 247 |
Gem. woonlast meerpersoons- huishouden (a+b+c) | € 878 | € 845 | € 839 | € 714 | € 815 |
bron: Coelo, Centrum voor Onderzoek van de Economie van Lagere Overheden |
Ozb - tarieven | 2016 | 2017 | (voorlopig) 2018 | % verschil t.o.v. 2017 |
Eigenaar (woning) | 0,1454% | 0,1407% | 0,1319% | -6,3% |
Eigenaar (niet-woning) | 0,2508% | 0,2548% | 0,2472% | -3,0% |
Gebruiker (niet-woning) | 0,2010% | 0,2042% | 0,1981% | -3,0% |
Waarde - ontwikkeling en gevolgen ozb - tarief | 2016 | 2017 | 2018 | |
Waardeontwikkeling t.o.v. 1 januari jaar t -1 | ||||
Woningen | -4,40% | 4,50% | 3,50% | |
Niet - woningen | -5,00% | -2,00% | 0,00% | |
Inflatiecorrectie | 1,50% | 1,10% | 0,00% | |
Extra (korting op inkomsten) | 12,50% | 0,00% | -3,00% | |
Gevolgen voor tarief | ||||
Eigenaar (woningen) | 19,30% | -3,40% | -6,30% | |
Eigenaar (niet - woningen) | 20,00% | 2,50% | -3,00% | |
Gebruiker (niet - woningen) | 20,00% | 2,50% | -3,00% |
bedragen x € 1,- | ||||
Tarieven afvalstoffenheffing | 2016 | 2017 | concept 2018 | % verschil t.o.v. 2017 |
Eenpersoonshuishoudens | € 229,92 | € 205,68 | € 136,20 | -33,8% |
Meerpersoonhuishoudens | € 257,16 | € 257,16 | € 171,93 | -33,1% |
bedragen x € 1,- | ||||
Tarief rioolheffing | 2016 | 2017 | concept 2018 | % verschil t.o.v. 2017 |
Woningen | € 230,52 | € 237,00 | € 241,08 | 1,7% |
Inschatting bouwleges | 2018 |
Basisinkomsten obv meerjarig gemiddelde | € 1.350.000 |
Grote projecten | € 600.000 |
Vergroening leges | € -350.000 |
Raming legesinkomsten bouwaanvragen | € 1.600.000 |
bedragen x € 1,- | ||||
Kwijtscheldingen | Rekening | Begroting | Begroting | verschil |
2016 | 2017 | 2018 | t.o.v. 2017 | |
Afvalstoffenheffing | € 202.655 | € 229.800 | € 279.800 | € 50.000 |
Rioolheffing | € 174.224 | € 189.200 | € 189.200 | € 0 |
Totaal | € 376.879 | € 419.000 | € 469.000 | € 50.000 |
OZB woningen en niet - woningen | € 3.906 | € 0 | € 0 | € 0 |
Hondenbelasting | € 0 | € 0 | € 0 | € 0 |
Totaal | € 380.785 | € 419.000 | € 469.000 | € 50.000 |
Nr. |
Risico |
Kans |
Maximaal bedrag (x 1.000) |
1 |
Wilderszijde wordt niet meer ontwikkeld en grond afboeken naar restwaarde. |
50% |
€ 23.060 |
2 |
Vraag naar bedrijventerrein Oudeland komt onder druk. |
30% |
€ 32.800 |
3 |
Fiscale optimalisatie Westpolder wordt niet gerealiseerd. |
30% |
€ 15.700 |
4 |
Leeuwenhoekweg wordt niet meer ontwikkeld door gebrek aan vraag. |
30% |
€ 5.500 |
5 |
De rente stijgt vanaf 2025 naar 4,5% voor project Oudeland. |
30% |
€ 6.000 |
6 |
Tekort op ontwikkeling Bleizo. |
N.v.t. |
€ 2.700 |
7 |
Lagere grondprijs Oudeland ook na 2021. |
10% |
€ 12.300 |
8 |
Projectrisico's opbrengsten Westpolder (uitwerking deelplan 7 en 4west, woningbouwprogramma). |
30% |
€ 4.100 |
9 |
Verwerving perceel Oudeland lukt niet en daarmee opbrengsten niet haalbaar. |
50% |
€ 2.300 |
10 |
Projectrisico’s uitvoering Westpolder (parkeren, fietsen, ontsluiting) |
30% |
€ 2.500 |
bedragen x € 1.000 | |||||
Stand per 31 december | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
Algemene reserve | 83.248 | 83.655 | 84.011 | 84.668 | 85.588 |
Totale weerstandscapaciteit | 83.248 | 83.655 | 84.011 | 84.668 | 85.588 |
Benodigde weerstandscapaciteit | 55.200 | 53.900 | 52.600 | 51.300 | 50.000 |
Ratio weerstandsvermogen | 1,5 | 1,6 | 1,6 | 1,7 | 1,7 |
Effect op exploitatie saldo (x € 1,0 miljoen) | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
Saldo begroting 2018-2021 | 0,9 | 0,4 | 0,7 | 0,9 |
1. Effect grondverkopen 50% van begroting | -0,2 | -0,7 | -1,2 | -1,7 |
2. Risico VpB | -0,5 | -0,5 | -0,5 | -0,5 |
3. Effect indien decentralisaties 5% budgetoverschrijding | -0,75 | -0,75 | -0,75 | -0,75 |
Saldo begroting 2018-2021 | -0,55 | -1,55 | -1,75 | -2,05 |
Effect op weerstandsvermogen ultimo jaar (x € 1,0 mio) | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
Ontwikkeling weerstandsvermogen | 82,6 | 80,6 | 78,9 | 76,8 |
Benodigd weerstandsvermogen | 53,9 | 52,6 | 51,3 | 50 |
Ratio ultimo jaar | 1,5 | 1,5 | 1,5 | 1,5 |
x € 1.000 | |||||||
Jaarrekening 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | ||
A | Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) | 273.051 | 243.037 | 237.201 | 211.911 | 184.435 | 178.823 |
B | Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) | 21.767 | 16.654 | 11.654 | 11.654 | 11.654 | 11.654 |
C | Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) | 20.834 | 28.515 | 17.965 | 17.553 | 26.940 | 11.074 |
D | Financiele activa (cf. art. 36 lid d, e, f en g) | 376 | 376 | 376 | 376 | 376 | 376 |
E | Uitzetting < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) | 14.716 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
F | Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) | 2.356 | 14 | 14 | 14 | 14 | 14 |
G | Overlopende activa (cf. art. 40a BBV) | 11.464 | 16.062 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 |
H | Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 167.807 | 139.094 | 140.111 | 132.752 | 123.402 | 114.075 |
Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% | 171% | 195% | 184% | 175% | 173% | 168% |
x € 1.000 | |||||||
Jaarrekening 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | ||
A | Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) | 273.051 | 243.037 | 237.201 | 211.911 | 184.435 | 178.823 |
B | Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) | 21.767 | 16.654 | 11.654 | 11.654 | 11.654 | 11.654 |
C | Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) | 20.834 | 28.515 | 17.965 | 17.553 | 26.940 | 11.074 |
D | Financiele activa (cf. art. 36 lid b, c, d, e en f) | 4.992 | 4.494 | 4.303 | 4.107 | 9.351 | 1.874 |
E | Uitzetting < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) | 14.716 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
F | Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) | 2.356 | 14 | 14 | 14 | 14 | 14 |
G | Overlopende activa (cf. art. 49 BBV) | 11.464 | 16.062 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 |
H | Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 167.807 | 139.094 | 140.111 | 132.752 | 123.402 | 114.075 |
Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% | 168% | 192% | 181% | 172% | 166% | 167% |
x € 1.000 | |||||||
Jaarrekening 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | ||
A | Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV) | 92.312 | 94.033 | 91.226 | 91.540 | 92.308 | 93.632 |
B | Balanstotaal | 427.778 | 402.721 | 379.736 | 355.680 | 339.832 | 321.219 |
Solvabiliteit (A/B) x 100% | 22% | 23% | 24% | 26% | 27% | 29% |
x € 1.000 | |||||||
Jaarrekening 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | ||
A | Totaal structurele lasten | 96.220 | 103.888 | 109.122 | 109.445 | 110.149 | 110.910 |
B | Totaal structurele baten | 105.662 | 105.667 | 107.656 | 109.755 | 110.804 | 111.744 |
C | Totaal structurele toevoegingen aan reserves | 877 | 2.666 | 1.266 | 1.326 | 1.326 | 1.326 |
D | Totaal structurele onttrekkingen aan de reserves | 323 | 2.296 | 4.360 | 1.227 | 1.201 | 1.009 |
E | Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 167.807 | 139.094 | 140.111 | 132.752 | 123.402 | 114.075 |
Structurele exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/€ x 100% | 5% | 1% | 1% | 0% | 0% | 0% |
Jaarrekening 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | ||
A | OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde | 388,63 | 384,11 | 372,59 | 372,59 | 372,59 | 372,59 |
B | Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde | 230,52 | 237,00 | 241,08 | 241,08 | 241,08 | 241,08 |
C | Afvalstoffenheffing voor een gezin | 287,28 | 257,16 | 171,93 | 240,46 | 240,46 | 240,46 |
D | Eventuele heffingskorting | ||||||
E | Totale woonlasten gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D) | 906,43 | 878,27 | 785,60 | 854,13 | 854,13 | 854,13 |
F | Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1 | 716,00 | 723,00 | 723,00 | 723,00 | 723,00 | 723,00 |
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar er voor (E/F) x 100% | 127% | 121% | 109% | 118% | 118% | 118% |
x € 1.000 | |||||||
Jaarrekening 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | ||
A | Niet in exploitatie genomen gronden (cf. art. 38 lid a punt 1 BBV) | ||||||
B | Bouwgronden in exploitatie (cf. art. 38 lid b BBV) | 178.173 | 169.763 | 144.854 | 120.673 | 104.581 | 86.919 |
C | Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 167.807 | 139.094 | 140.111 | 132.752 | 123.402 | 114.075 |
Grondexploitatie (A+B)/C x 100% | 106% | 122% | 103% | 91% | 85% | 76% |
Kengetal | Categorie A | Categorie B | Categorie C |
Minst risicovol | Neutraal | Meest risicovol | |
1. Netto schuldquote | |||
a. zonder correctie doorgeleende gelden | < 90% | 90-130% | >130% |
b. met correctie doorgeleende gelden | < 90% | 90-130% | >130% |
2. Solvabiliteitsratio | >50% | 20-50% | <20% |
3. Grondexploitatie | <20% | 20-35% | >35% |
4. Structurele exploitatieruimte | Begr > 0% | Begr = 0% | Begr < 100% |
5. Belastingcapaciteit | < 95% | 95-105% | > 105% |
Kengetal | JR 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 |
1. Netto schuldquote: | ||||||
a. zonder correctie doorgeleende gelden | 171% | 195% | 184% | 175% | 173% | 168% |
b. met correctie doorgeleende gelden | 168% | 192% | 181% | 172% | 166% | 167% |
2. Solvabiliteitsratio | 22% | 23% | 24% | 26% | 27% | 29% |
3. Grondexploitatie | 106% | 122% | 103% | 91% | 85% | 76% |
4. Structurele exploitatieruimte | 5% | 1% | 1% | 0% | 0% | 0% |
5. Belastingcapaciteit | 127% | 121% | 109% | 118% | 118% | 118% |
Belangrijkste kapitaalgoederen BBV | Areaal | m²/st | Vervangingswaarde |
Groen – bomen | 20.000 | stuks | € 18.000.000 |
Groen overig | 2.558.168 | m² | |
Civiele kunstwerken (Water) | 2100 | stuks | € 115.400.000 |
Wegen | 2.800.000 | m² | € 154.000.000 |
Riolering | 557 | km | € 252.000.000 |
Gebouwen | 72 | stuks | € 145.000.000 |
Totale vervangingswaarde | ca. € 684.400.000 |
2017 t/m 2021 | 2022 t/m 2026 | vanaf 2027 | ||
Rente | 2,15% | 2,15% | 2,15% | |
Kostenstijging | 2,00% | 2,00% | 2,00% | |
Opbrengstenstijging | ||||
Woningbouw | 1,00% | 2,00% | 0,00% | |
Bedrijventerrein | 1,00% | 1,00% | 0,00% |
Omschrijving Beheerplan | Vastgesteld door de raad | Frequentie Actualisatie | Volgende Actualisatie | Financiële vertaling in de begroting | Achterstallig onderhoud | Reserves en Voorzieningen* |
Integraal Beheerplan Openbare Ruimte 2017-2024 | 27-okt-16 | 2 jaar | 2018 | Ja | Nee | Reserve Waterbaggeren |
Gemeentelijk Rioleringsplan 2015-2020 | 26-nov-15 | 5 jaar | 2020 | Ja | Nee | Voorziening Riool |
Beheerplan Gebouwen 2017-2024 | 27-okt-16 | 20 | 2018 | Ja | Nee | Bestemmings-reserve gebouwen |
* Zie bijlage Reserves en Voorzieningen |
Schema rentetoerekening 2018 | 2018 | 2018 |
x € 1000 | x € 1000 | |
De externe rentelasten over de korte en lange financiering | € 6.207 | |
De externe rentebaten | ||
Saldo externe rentelasten en rentebaten | € 6.207 | |
De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend | € -4.272 | |
De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend | € - | |
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente | € -4.272 | |
Saldo door te rekenen externe rente | € 1.934 | |
Rente over eigen vermogen | € - | |
Rente over voorzieningen (die gewaardeerd zijn op contante waarde) | € - | |
Totaal rentetoerekening intern | € - | |
De aan taakvelden (programma’s inclusief overzicht Overhead) toe te rekenen rente (renteomslag) | € 1.934 | |
Boekwaarde vaste activa die integraal zijn gefinancierd per 1 januari | € 216.741 | |
Berekende omslagrentepercentage | 0,89% | |
Gekozen renteomslagpercentage (mag 0,5% afwijken van berekend) | 0,90% | |
De werkelijk aan taakvelden (programma’s inclusief overzicht Overhead) toegerekende rente (renteomslag) | € 1.951 | |
Renteresultaat op het taakveld treasury | € 16 |
Bedragen x € 1 | |||
Jaar | Bedrag herfinanciering | Rentepercentage | Rentekosten nieuwe leningen |
2018 | € 23.000.000 | 2,50% | € 575.000 |
2019 | € 11.000.000 | 2,50% | € 275.000 |
2020 | € - | 2,50% | € - |
2021 | € - | 2,50% | € - |
Bedragen x € 1 | |
Jaar | Totaal verwachte leningenportefeuille 31/12 |
2018 | € 256.000.000 |
2019 | € 239.000.000 |
2020 | € 202.000.000 |
2021 | € 179.000.000 |
01-01-12 | 01-01-13 | 01-01-14 | 01-01-15 | 01-01-16 | 01-01-17 | 01-01-18 | |
Toegestane formatie in fte | 356 | 338 | 322 | 321 | 324 | 335 | 339 |
Aantal inwoners per 1/1 | 55.270 | 56.512 | 57.137 | 58.133 | 59.039 | 60.042 | 61.300 |
Aantal fte per 1.000 inwoners | 6,44 | 6 | 5,64 | 5,52 | 5,48 | 5,58 | 5,53 |
Formatie 1-1-2018 incl. effect huidig voorstel | |
formatie in fte | 352 |
Aantal inwoners per 1/1 | 61.300 |
Aantal fte per 1.000 inwoners | 5,74 |
2018 | 2019 | 2020 | 2021 | |
Formatieve versterkingen (basis op orde) | 700 | 800 | 800 | 800 |
Duurzaamheid | 350 | 350 | 350 | 150 |
Transitie ICT/digitaliseren | 150 | 150 | 150 | 0 |
Benodigde budgetten | 1.200 | 1.300 | 1.300 | 950 |
2018 | Begroot | |
Meerjarenbegroting | € 500.000 | |
Vervangen telefooncentrale en toestellen | € 120.000 | |
Implementatie en koppelingen Basisregistratie Personen | € 40.000 | |
Vervanging iPads in verband met afschrijving apparatuur | € 25.000 | |
Vervanging website | € 80.000 | |
Vervanging Audio/Visuele middelen raadszaal | € 80.000 | |
Ontwikkeling zaaksysteem | € 35.000 | |
Verschuiving middelen t.b.v. TOP (Tijd- en Plaatsonafhankelijk werken, zie toelichting) | € 120.000 | |
Totaal | € 500.000 |
Omschrijving | Aantal | Investering MIP |
Mobiele werkplek | 270 | € 680.000 |
Vaste werkplek | 180 | € 200.000 |
Aanpassen technologie | € 300.000 | |
Totaal investering | € 1.180.000 | |
Kapitaallasten investering TOP-werken | € 320.000 | |
Vrijval kapitaallasten | -€ 80.000 | |
Kapitaallasten toename t.o.v. KN2018 | € 240.000 | |
Jaarlijkse lasten technologie/licenties | € 170.000 | |
Vervallen lasten contract Gemlease | -€ 100.000 | |
Bezuiniging op printen en schoonmaak | -€ 55.000 | |
Totaal toename materiele lasten | € 15.000 | |
Incidentele inrichtingskosten (technisch) | € 80.000 | |
Totaal toename structurele lasten agv TOP-werken | € 255.000 |
Gemeenschappelijke regelingen |
Programma |
Bijdrage 2016 |
Begroot 2017 |
Begroot 2018 |
Bedrijvenschap Hoefweg |
5. Lansingerland Ontwikkelt |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Bleizo |
5. Lansingerland Ontwikkelt |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
DCMR Milieudienst Rijnmond |
5. Lansingerland Ontwikkelt |
€ 1.183.512 |
€ 1.209.552 |
€ 1.200.531[1]
|
Jeugdhulp Rijnmond |
3. Maatschappelijke ondersteuning |
€ 6.484.756 |
€ 5.408.309 (incl.organisatie-kosten) |
€ 5.071.778
|
MRDH (Metropoolregio Rotterdam-Den Haag) |
7. Algemene dekkingsmiddelen |
€ 139.922 |
€ 147.000
|
€ 150.846 |
Openbare Gezondheidszorg Rotterdam-Rijnmond |
3. Maatschappelijke ondersteuning |
€ 294.422 gezondheidszorg en € 80.079 inspectie kinderopvang |
€ 386.405: inkoop € 300.895 / inspecties kinderopvang € 85.510 |
€ 397.849
|
Recreatieschap Rottemeren |
5. Lansingerland Ontwikkelt |
€ 186.562 |
€ 188.000 |
€ 187.807 |
Schadevergoedings-schap HSL-Zuid |
5. Lansingerland Ontwikkelt |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
SVHW (Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie, Heffingen en Waardebepaling) |
7. Algemene dekkingsmiddelen |
Netto-bijdrage 2016: € 480.356 aftrek € 31.911 |
€ 532.000
|
€ 510.000 |
Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond |
1. Bestuur en dienstverlening |
€ 2.691.512,- basiszorg en € 28.000,- indiv. taken en bijdragen Totaal € 2.719.512,- |
€ 2.895.595,- basiszorg en € 28.000,- indiv. taken en bijdragen Totaal € 2.923.595,- |
€ 3.153.728,- basiszorg en € 28.000,- indiv. taken en bijdragen Totaal € 3.181.728,- |
Vennootschappen en coöperaties |
Programma |
Bijdrage 2016 |
Begroot 2017 |
Begroot 2018 |
Dunea (vh Duinwater-bedrijf Zuid-Holland) |
7. Algemene Dekkingsmiddelen |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Eneco holding NV |
7. Algemene Dekkingsmiddelen |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Stedin NV |
7. Algemene Dekkingsmiddelen |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Niet van toepassing. |
Stichtingen en verenigingen |
Programma |
Bijdrage 2016 |
Begroot 2017 |
Begroot 2018 |
Parkmanagement Bedrijvenpark Oudeland (PMBO) |
5. Lansingerland Ontwikkelt |
€ 56.737 |
€ 57.000 |
€ 56.737 |
Naam verbonden partij * |
Bedrijvenschap Hoefweg |
Vestigingsplaats * |
Bleiswijk, gemeente Lansingerland. |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
Ontwikkeling van het bedrijventerrein Hoefweg (Hoefweg Noord) voor vestigingsmogelijkheden voor bedrijven. Met de ontwikkeling van dit gebied wil de gemeente een gunstig economisch klimaat en daarmee indirect een interessant werk – en woongebied creëren voor de inwoners. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
Geen structurele bijdrage aan of van het Bedrijvenschap. Art. 24 en 25 van de GR: de gemeente levert een financiële bijdrage aan het startkapitaal, de gemeenten zorgen voor voldoende middelen zodat de GR aan verplichtingen aan derden kan voldoen. De inbreng en risicoverdeling is op 50%- 50% voor elke gemeente vastgesteld. De GR neemt voor 30% deel aan de CV Prisma en voor 31% in de BV Prisma. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Begin 2016: € 0 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Begin 2016: € 11,1 mln. |
Financieel resultaat 2016* |
Financieel resultaat 2016: € 0 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Een proces om te komen tot grond-uitname is in 2016 opgestart. Bedrijvenschap Hoefweg verwacht in 2017 ca. 20 ha grond uit te nemen bij CV Prisma Bleiswijk, gericht op de afbouw van haar belang in CV Prisma Bleiswijk en een voordelige herfinanciering. De grondexploitatie zal hierdoor verbeteren. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
De gemeenten Lansingerland en Zoetermeer nemen beiden voor 50% deel in deze gemeenschappelijke regeling. De grondexploitatie van Bedrijvenschap Hoefweg per 1-1-2017 is positief: € 8,6 mln. Netto Contante Waarde (NCW). Bedrijvenschap Hoefweg heeft een risicoprofiel, waarbij ook rekening wordt gehouden met kansen, van ca. € -2,3 mln. De risico’s betreffen het uitgiftetempo en grondprijsontwikkeling. In Lansingerland is in de Jaarrekening 2016 bij de berekening van het benodigd weerstandsvermogen geen rekening gehouden met risico’s voor Bedrijvenschap Hoefweg. De grondexploitatie Hoefweg bevat nog voldoende weerstandscapaciteit om de risico’s zelf op te vangen. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
Zie veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2016 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Financiële analyse: Gemiddeld Bestuurlijke analyse: Laag De grondexploitatie van Bedrijvenschap Hoefweg loopt tot 2027. In de periode tot 2027 is bijsturing nog goed mogelijk. Bestuurlijk hebben we (indirecte) invloed. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? |
De ontwikkeling van het bedrijventerrein Hoefweg stimuleert de vestigingsmogelijkheden voor bedrijven en een gunstig economisch klimaat |
Naam verbonden partij *
|
Schadevergoedings-schap HSL-Zuid, A16 en A4. |
Vestigingsplaats * |
Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
In artikel 2 van de gemeenschappelijke regeling staat opgenomen; |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
Alle kosten van het Schap en van de door het Schap toegekende schadevergoedingen worden betaald door de Rijksoverheid. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Er is geen sprake van een eigen vermogen. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Er is geen sprake van vreemd vermogen. |
Financieel resultaat 2016* |
Financieel resultaat 2016: Algemene kosten € 71.024,27 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Vanwege het feit dat alle kosten voor rekening komen van het Ministerie van I&M is er geen sprake van een financieel belang voor de gemeente. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
Er zijn thans geen financiële risico’s bekend. Het Schap heeft met de accountmanager van het Ministerie de afspraak gemaakt dat wanneer er een schadeverzoek met een aanmerkelijk belang wordt ingediend dat deze, met het oog op risicomanagement, direct bij hem kenbaar wordt gemaakt |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
Naar verwachting zal medio 2018 inzicht bestaan in het effect van het maatregelenpakket. Het Schap kan het overgrote deel van de nieuwe en aanvullende aanvragen tot schadevergoeding eerst in behandeling nemen als het duidelijk is welke maatregelen zullen worden getroffen en wat het effect daarvan zal zijn. ProRail coördineert de uitvoering van het maatregelenpakket |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Er is geen sprake van een financieel risico omdat alle kosten voor rekening komen van het Ministerie van I&M. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
Het doelmatig, deskundig en gelijkmatig behandelen van alle verzoeken om schadevergoeding in verband met de aanleg van de HSL-Zuid draagt bij aan het minimaliseren van de negatieve impact. |
Naam verbonden partij * |
SVHW (Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie, Heffingen en Waardebepaling) |
Vestigingsplaats * |
Klaaswaal |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
(art 3 GR)
|
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
In de begroting SVHW 2018 is de nieuwe tariefstructuur met ingroeimodel verwerkt. Dit betekent voor Lansingerland dat de bijdrage trapsgewijs afneemt van € 510.000 in 2018 naar € 459.000 in 2020. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Per 1 januari 2016: € 463.000,-. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Per 1 januari 2016: € 4.392.000 |
Financieel resultaat 2016* |
Een voordelig resultaat van € 227.000 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Geen. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
Het SVHW streeft ernaar om risico 's zoveel mogelijk te ondervangen. Dat is de reden waarom diverse verzekeringen afgesloten zijn voor het onroerend goed, inventaris en personeel. De risico’s waarmee het SVHW geconfronteerd zou kunnen worden zijn:
SVHW is een belangrijke organisatie voor haar 22 deelnemers. Continuïteit van de bedrijfsvoering is daarom essentieel. Het borgen van de bedrijfsvoering dient op het niveau van directie en DB te kunnen worden beslist. Bij het opvangen van de gevolgen van calamiteiten is het onwenselijk dat de organisatie afhankelijk zou zijn van de besluitvorming van de deelnemers. Gelet op genoemde risico's en de behoefte aan continuïteit van de bedrijfsvoering is het gewenst een financiële buffer in stand te houden. In de vergadering van het Algemeen bestuur van 5 december 2013 is daarom besloten de omvang vast te stellen op minimaal € 400.000 en maximaal € 700.000. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
Geen. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Op basis van de financiële en bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel gemiddeld is. De jaarlijkse bijdrage is gemiddeld en de gemeente is deels financieel aansprakelijk. Het weerstandsvermogen van SVHW is op peil en de bedrijfsvoering en kwaliteit van het risicomanagement zijn toereikend. Uit de financiële analyse komt derhalve de score gemiddeld. De bestuurlijke analyse geeft tevens een score van gemiddeld. Lansingerland is vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur, er zijn duidelijke afspraken over de informatievoorziening en het belang van het SVHW komt volledig overeen met het belang van Lansingerland. De te leveren prestaties door het SVHW zijn echter maximaal van invloed. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
De uitbesteding van de werkzaamheden past in het streven van de gemeente om waar mogelijk in regie te werken en een besparing op de kosten te realiseren. |
Naam verbonden partij * |
Veiligheidsregio Rotterdam - Rijnmond |
Vestigingsplaats * |
Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
Het openbaar lichaam heeft tot doel[1]: |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
Bijdrage 2017 is € 2.923.595,-. Dit bedrag is als volgt opgebouwd: € 2.895.595,- (Basiszorg) en € 28.000,- (Individuele taken en bijdragen). |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Eigen vermogen begin boekjaar 2016 = € 8.804.184,- |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 (Uit jaarrekening 2016) |
Vreemd vermogen begin boekjaar 2016 = € 66,985 miljoen |
Financieel resultaat 2016* |
€ 785.000,- |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
De gemeentelijke bijdrage voor het jaar 2016 is verhoogd met 0,5%. Dit werkt structureel door naar 2017. De indexering voor 2018 is 0,1%. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
In de (concept)begroting 2018 is een aantal risico’s opgenomen, waaronder:
|
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
De VRR groeit toe naar een dynamische en risicogerichte vorm van brandweerzorg. Voor de uitvoering van het Programma Brandweerzorg is het Plan Brandweerzorg 2017-2020 opgesteld. Dit plan geeft een richtlijn om de brandweerzorg opnieuw in te richten. Het Plan brandweerzorg leidt niet automatisch tot een goedkopere of duurdere brandweerzorg en is ook niet bedoeld als bezuinigingsoperatie. De toekomst moet uitwijzen hoe dit uitpakt. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
De omvang van de jaarlijkse financiële bijdrage aan de VRR is hoog. Ondanks dat de jaarlijkse financiële bijdrage hoog is, is het financiële risico gemiddeld. Dit heeft ermee te maken dat VRR vaste taken heeft. De negatieve risico’s die in kaart gebracht kunnen worden zijn laag. Het risico wordt verspreid doordat 15 gemeenten deelnemen aan deze Gemeenschappelijke regeling. De gemeente Lansingerland heeft zitting in het DB van de VRR. De burgemeester maakt tevens deel uit van de bestuurlijke auditcommissie die een controlerende functie uitoefent op het beheer en de bedrijfsvoering van de VRR. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
De Veiligheidsregio voert taken uit op het gebied van rampenbestrijding, crisisbeheersing, risicobeheersing, brandweerzorg, ambulancezorg en geneeskundige hulpverlening. Daarmee draagt het bij aan Lansingerland als een veilige en leefbare gemeente. |
Naam verbonden partij * |
NV Duinwaterbedrijf Zuid-Holland Handelsnaam Dunea |
Vestigingsplaats * |
´s Gravenhage |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
Dunea wil een vitale organisatie zijn die toekomstbestendige producten en diensten levert en daarbij duidelijk zichtbaar is als maatschappelijke onderneming. De nieuwe strategie Koers 2015 focust op drie pijlers: |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
Statutair mag Dunea geen dividend uitkeren. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Per 1 januari 2016: € 184,5 mln |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Per 1 januari 2016: € 391,7 mln |
Financieel resultaat 2016* |
31-12-2016 € 8,8 mln |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Geen |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
Geen |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
De aandachtspunten blijven het verzorgen van een goede drinkwatervoorziening en beheer van het duingebied.
|
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Op basis van de financiële en bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel laag is. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
Lansingerland is aandeelhouder. |
Naam verbonden partij *
|
Eneco Holding N.V. |
Vestigingsplaats * |
Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
De waarborging van duurzame investeringen als aandeelhouder in Eneco. Sluitendheid van de meerjarenbegroting en invloed op majeure investeringsbeslissingen. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
Algemeen structureel dekkingsmiddel in de meerjarenbegroting. Lansingerland is de vijfde aandeelhouder met een aandeel van 3,38% in het aandelenkapitaal. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Eigen vermogen begin boekjaar 2016 = € 5.350 miljoen |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Vreemd vermogen begin boekjaar 2016 = € 4.551 miljoen |
Financieel resultaat 2016* |
Financieel resultaat 2015 € 198 miljoen, waarvan de helft toe te rekenen aan aandeelhouders. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2016 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Op 30 januari 2017 is Eneco gesplitst in Eneco Groep en Stedin Groep. Het financiële belang in deze partijen is ongewijzigd gebleven. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
De dividenduitkering is een vast dekkingsmiddel in onze begroting. De omvang van het uit te keren dividend is afhankelijk van de netto winst in enig jaar. Eneco heeft de verwachting uitgesproken dat de dividenduitkeringen voor de komende jaren op het huidige peil zullen blijven. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
Op 30 januari 2017 is Eneco gesplitst tussen Eneco Groep en Stedin Groep. De gemeente bezint zich op het aandeelhouderschap van Eneco. Daartoe is in 2017 een proces opgestart om, gezamenlijk met alle aandeelhouders van Eneco, hier op een zorgvuldige wijze naar te kijken. Dit proces bestaat uit twee fasen. De eerste fase betreft de consultatiefase waarin de gemeenten een principebesluit nemen om de aandelen aan te houden of te verkopen. Deze consultatiefase wordt in 2017 afgerond. De tweede fase betreft een (eventueel) verkooptraject. Op het moment van schrijven van deze begrotingis niet bekend of en hoe dit verkoopproces start. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Op basis van de financiële en bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel gemiddeld is. Na de splitsing is Eneco een commercieel bedrijf met een toegenomen binnen- en buitenlands acquisitieprogramma en navenant toenemend risicoprofiel. Lansingerland is aandeelhouder en loopt daardoor het risico op een afnemend dividend en bezint zich op het aandeelhouderschap. Daarmee heeft Eneco een gemiddeld financieel of bestuurlijk risico. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
n.v.t. |
Naam verbonden partij * |
Stedin N.V. |
Vestigingsplaats * |
Rotterdam |
Deelnemende partijen |
De aandelen van Stedin zijn in handen van 53 Nederlandse gemeenten. |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
De waarborging van levering van energie aan de klanten binnen het verzorgingsgebied. Sluitendheid van de meerjarenbegroting en invloed op majeure investeringsbeslissingen. |
Veranderingen in 2017 en 2018 in het bestuurlijke en publieke belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft. |
n.v.t. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
Algemeen structureel dekkingsmiddel in de meerjarenbegroting. Lansingerland is de vijfde aandeelhouder met een aandeel van 3,38% in het aandelenkapitaal. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
n.v.t. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
n.v.t. |
Financieel resultaat 2016* |
n.v.t. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2016 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
n.v.t. |
Welke mogelijke veranderingen in de financiële bijdrage van LL of wijzigingen in systematiek van bijdragen zijn er de komende 2 jaar te verwachten voor LL? |
n.v.t. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
De dividenduitkering is een vast dekkingsmiddel in onze begroting. De omvang van het uit te keren dividend is afhankelijk van de netto winst in enig jaar. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Op basis van de financiële en bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel laag is. |
Naam verbonden partij * |
Stichting Parkmanagement Bedrijvenpark Oudeland (PMBO) |
Vestigingsplaats * |
Lansingerland |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
De stichting heeft ten doel: |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
De gemeente Lansingerland draagt het beschikbare budget voor het dagelijks beheer en onderhoud van de openbare ruimte over aan de stichting PMBO. Het gaat daarbij alleen om het budget behorende bij de taken die daadwerkelijk worden overgedragen, dit is voor de gemeente dus budgetneutraal. Het gaat om een bedrag van € 56.737,-. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Begin 2016 € 234.223 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Begin 2016 € 52.755 |
Financieel resultaat 2016* |
€ 2.194 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2017 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
Er hebben zich geen veranderingen in het financieel belang voorgedaan. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
Geen bijzonderheden. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
Belangrijk aandachtspunt is alle ondernemers/eigenaren van Oudeland betrokken te houden bij de in stand houding van de kwaliteit van het bedrijvenpark. Tevens het benutten van alle mogelijkheden om gronden uit te geven aan nieuwe ondernemers en het bedrijvenpark te laten groeien. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Financieel en bestuurlijk zijn de risico’s laag. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
Een goed georganiseerd en vitaal bedrijventerrein levert een belangrijke bijdrage aan de plaatselijke en regionale economie. |
Naam verbonden partij * |
Bank Nederlandse Gemeenten |
Vestigingsplaats * |
Den Haag |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) |
BNG Bank is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. De bank draagt duurzaam bij aan het laag houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. |
Veranderingen in 2017 en 2018 in het bestuurlijke en publieke belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft. |
Er worden geen veranderingen verwacht.
|
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) |
Wij dragen financieel niets bij. Als aandeelhouder van 15.015 van de totaal circa 56 mln. aandelen ontvangen wij 0,027% van de netto winst die uitgekeerd wordt aan aandeelhouders. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016 |
Per 1 januari 2016: € 4.163 mln.
|
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2016* |
Per 1 januari 2016: € 145.328 mln. |
Financieel resultaat 2016* |
De netto winst 2016 bedraagt € 369 mln. (in 2015: € 226). Per aandeel is € 1,64 uitgekeerd aan dividend. De dividenduitkering over 2016, die in 2017 uitgekeerd is, bedraagt voor Lansingerland € 24.625 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2016 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft* |
n.v.t. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? |
n.v.t. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? |
N.v.t. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting |
Op basis van de financiële en bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel laag is. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma?* |
Lansingerland is aandeelhouder. De dividenduitkering is een vast dekkingsmiddel in onze begroting. |
Kern | Woningbouw | Bedrijven-terreinen | Centrum-ontwikkeling | Overig |
Berkel en Rodenrijs | Meerpolder | Oudeland | Berkel Centrum | |
Westpolder/Bolwerk | ||||
Rodenrijse Zoom | ||||
RvR Groenzoom | ||||
Bergschenhoek | Wilderszijde (doorlopende deel) | Leeuwenhoekweg | Bergschenhoek Centrum | Landscheidingspark Horeca |
Parkzoom | ||||
Kavels Boterdorp | ||||
Bleiswijk | De Tuinen | Vluchtheuvel |
Tabel Woningbouwplanning (oplevering) | ||||||||
Gerealiseerd | Prognose | |||||||
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | |
Grondexploitaties | 280 | 325 | 655 | 630 | 390 | |||
Particulier | 80 | 150 | 70 | 220 | 110 | |||
Totaal | 316 | 461 | 268 | 360 | 475 | 725 | 850 | 500 |
Tabel uitgifte bedrijfsterrein | |||||
Verwachte uitgifte bedrijfsterrein in ha | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
Oudeland | 1,0 | 1,5 | 1,5 | 1,5 | 2,0 |
Leeuwenhoekweg | 1,1 | 1,1 | 0,0 | 1,1 | 0,0 |
Bleizo | 23,0 | 1,7 | 1,7 | 1,7 | 1,7 |
Hoefweg | 2,4 | 2,4 | 2,4 | 2,4 | 2,0 |
Tabel actualisatie grondexploitaties (in miljoenen €) | |||
Prijspeil |
A= |
B= MPG 2017 / JR 2016 01-01-17 |
C= |
Totaal negatieve grexen op NCW tbv JR 2016 | € -50,45 | € -45,21 | € 5,24 |
Resultaat grex Landscheidingspark Horeca | - | € -0,25 | € -0,25 |
Totaal negatieve grexen op NCW per 1-1-2017 | € -50,45 | € -45,47 | € 4,98 |
Totaal positieve grexen op NCW | € 4,73 | € 3,91 | € -0,81 |
Totaal op NCW | € -45,72 | € -41,55 | € 4,17 |
Tabel risicoprofielen | ||
2016 | 2017 | |
Parkzoom | Laag | Laag |
Wilderszijde | Midden | Midden |
De Tuinen | Laag | Laag |
Leeuwenhoekweg | Hoog | Hoog |
Scholen Boterdorp | Laag | Laag |
Centrum Bergschenhoek | Laag | Laag |
Meerpolder | Laag | Laag |
Berkel Centrum | Midden | Laag |
Westpolder | Hoog | Hoog |
Oudeland | Hoog | Hoog |
Rodenrijse Zoom | Laag | Laag |
Vluchtheuvel | Laag | Laag |
RvR Groenzoom | Laag | Laag |
Landscheidingspark Horeca | Laag | Laag |
Bleizo | Hoog | Hoog |
Hoefweg | Hoog | Hoog |
Wilderszijde (MVA) | Hoog | Hoog |
Tabel verloop grondexloitaties | ||||
Verloop grondexploitaties | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
Kostensoort | ||||
Verwerving | € 5.191.887 | € 351.827 | € 349.575 | € 284.233 |
Tijdelijk beheer | € 338.657 | € 322.748 | € 281.129 | € 162.696 |
Sloop | € 47.829 | € 53.533 | € - | € 18.220 |
Milieu | € 310.010 | € 151.333 | € 20.216 | € 49.959 |
Civiel technische werken | € 8.043.389 | € 8.622.076 | € 5.568.667 | € 3.881.096 |
VTA | € 3.890.922 | € 2.862.860 | € 2.219.407 | € 1.935.901 |
Fondsen en afdrachten | € 388.571 | € 231.179 | € 373.315 | € 93.250 |
Rente | € - | € - | € - | € - |
Totaal kosten | € 18.211.266 | € 12.595.556 | € 8.812.309 | € 6.425.355 |
Opbrengstensoort | ||||
Grondopbrengsten | € 46.408.985 | € 39.193.758 | € 36.280.687 | € 26.013.392 |
Overige opbrengsten | € 469.459 | € 420.706 | € - | € - |
Totaal opbrengsten | € 46.878.444 | € 39.614.463 | € 36.280.687 | € 26.013.392 |
Saldo kosten en opbrengsten | € 28.667.179 | € 27.018.907 | € 27.468.377 | € 19.588.037 |
Boekwaarden per einde jaar | € -188.995.070 | € -165.755.983 | € -141.324.186 | € -124.331.709 |
Boekwaarde 31-12-2016 | € -219.269.509 |
Tabel nog te realiseren kosten en opbrengsten per project | ||
Project | Totaal nog te realiseren kosten | Totaal nog te realiseren opbrengsten |
Parkzoom | € 14.471.159 | € 18.407.403 |
Wilderszijde | € 12.828.543 | € 25.936.503 |
Centrum Bergschenhoek | € 74.466 | € 41.250 |
Leeuwenhoekweg | € 1.411.332 | € 7.501.689 |
Meerpolder | € 10.174.472 | € 9.774.757 |
Westpolder | € 13.616.259 | € 97.782.768 |
Oudeland | € 45.288.533 | € 133.052.525 |
De Tuinen | € 2.213.838 | € 4.374.797 |
Scholen Boterdorp | € 49.155 | € 216.644 |
Roderijse Zoom | € 475.857 | € 1.381.520 |
Berkel Centrum | € 5.412.412 | € 6.676.139 |
Groenzoom RvR | € 11.445.408 | € 15.731.181 |
Vluchtheuvel | € 40.613 | € - |
Landscheidingspark Horeca | € 605.323 | € 350.000 |
bedragen x € 1.000 | ||||
Stelposten en reservering | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
Stelposten | ||||
1. Verkoop vier sociaal culturele panden (programma 7) | 156 | 156 | 156 | 156 |
Reservering | ||||
1. Vennootschapsbelasting, niet overheidstaken (programma 7) | -14 | -14 | -14 | -14 |
2. Nieuw beleid coalitieakkoord 2014 (programma 7) | -30 | -30 | -30 | |
Totaal | 142 | 112 | 112 | 112 |
"+ = lagere lasten: - = hogere lasten" |
2019
Categorie | Risico | Kans | Max. impact | Gewogen bedrag |
---|---|---|---|---|
Grondexploitatie | Wilderszijde wordt niet meer ontwikkeld en grond afboeken naar restwaarde | 30.0 | 23060000.0 | 6918000.0 |
Belasting | Fiscale optimalisatie Westpolder wordt niet gerealiseerd | 30.0 | 11500000.0 | 3450000.0 |
Grondexploitatie | Vraag naar bedrijventerrein Oudeland komt onder druk | 30.0 | 23200000.0 | 6960000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Planschade risico | 30.0 | 3500000.0 | 1050000.0 |
Grondexploitatie | Niet of later verkopen incourante rest kavels Oudeland | 30.0 | 6200000.0 | 1860000.0 |
Grondexploitatie | Tekort op ontwikkeling Bleizo | None | 1750000.0 | None |
Projecten | Projectrisico's opbrengsten Westpolder | 30.0 | 4100000.0 | 1230000.0 |
Grondexploitatie | Lagere grondprijs Oudeland ook na 2021 | 10.0 | 12300000.0 | 1230000.0 |
Projecten | Projectrisico's uitvoering Westpolder (parkeren, fietsen, ontsluiting) | 30.0 | 2500000.0 | 750000.0 |
BUIG | Aanvullende uitkering BUIG wordt niet toegekend | 30.0 | 1200000.0 | 360000.0 |
Effect op exploitatie saldo (x € 1,0 miljoen) | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
Saldo begroting 2019-2022 | 3,9 | 3,2 | 4,2 | 4,1 |
1. Effect grondverkopen 50% van begroting | -0,1 | -0,4 | -0,7 | -1,0 |
2. Risico VPB | -0,5 | -0,5 | -0,5 | -0,5 |
3. Algemene uitkering 1% lager | -0,6 | -0,6 | -0,6 | -0,6 |
4. Effect indien decentralisaties 5% budgetoverschrijding | -0,8 | -0,8 | -0,8 | -0,8 |
Saldo begroting 2019-2022 | 1,9 | 0,9 | 1,6 | 1,2 |
Nr. | Risico | Kans | Maximaal bedrag (x 1.000) |
1 | Wilderszijde wordt niet meer ontwikkeld en grond afboeken naar restwaarde | 30% | € 23.060 |
2 | Fiscale optimalisatie Westpolder wordt niet gerealiseerd | 30% | € 11.500 |
3 | Vraag naar bedrijventerrein Oudeland komt onder druk | 30% | € 23.200 |
4 | Planschade risico | 30% | € 3.500 |
5 | Niet of later verkopen incourante rest kavels Oudeland | 30% | € 6.200 |
6 | Tekort op ontwikkeling Bleizo | N.v.t. | € 1.750 |
7 | Projectrisico's opbrengsten Westpolder (uitwerking deelplan 7 en 4 West, woningbouwprogramma) | 30% | € 4.100 |
8 | Lagere grondprijs Oudeland ook na 2021 | 10% | € 12.300 |
9 | Projectrisico's uitvoering Westpolder (parkeren, fietsen, ontsluiting) | 30% | € 2.500 |
10 | Aanvullende uitkering BUIG wordt niet toegekend | 30% | € 1.200 |
bedragen x € 1.000 | |||||
Stand per 31 december | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
Algemene reserve | 98.625 | 101.642 | 104.151 | 107.613 | 110.934 |
Totale weerstandscapaciteit | 98.625 | 101.642 | 104.151 | 107.613 | 110.934 |
Benodigde weerstandscapaciteit | 41.036 | 40.010 | 39.010 | 38.035 | 37.084 |
Ratio weerstandsvermogen | 2,4 | 2,5 | 2,7 | 2,8 | 3,0 |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Netto schuldquote | Realisatie 2017 | Begr 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 |
A) Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) | 257.479 | 224.409 | 210.263 | 191.588 | 176.904 | 160.709 |
B) Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) | 17.550 | 9.500 | 9.500 | 9.500 | 9.500 | 9.500 |
C) Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) | 19.568 | 43.179 | 54.445 | 45.034 | 42.362 | 39.250 |
D) Financiële activa (cf. art. 36 lid d, e en f) | 376 | 376 | 376 | 376 | 376 | 376 |
E) Uitzetting < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) | 28.463 | 12.000 | 12.000 | 12.000 | 12.000 | 12.000 |
F) Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) | 1.004 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
G) Overlopende activa (cf. art. 49 BBV) | 3.423 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 |
H) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 147.780 | 151.491 | 148.262 | 140.398 | 133.608 | 130.114 |
Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% | 177% | 173% | 175% | 164% | 160% | 149% |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | Realisatie 2017 | Begr 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 |
A) Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) | 257.479 | 224.409 | 210.263 | 191.588 | 176.904 | 160.709 |
B) Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) | 17.550 | 9.500 | 9.500 | 9.500 | 9.500 | 9.500 |
C) Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) | 19.568 | 43.179 | 54.445 | 45.034 | 42.362 | 39.250 |
D) Financiële activa (cf. art. 36 lid d, e en f) | 4.798 | 4.193 | 4.010 | 3.826 | 3.635 | 3.437 |
E) Uitzetting < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) | 28.463 | 12.000 | 12.000 | 12.000 | 12.000 | 12.000 |
F) Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) | 1.004 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
G) Overlopende activa (cf. art. 49 BBV) | 3.423 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 |
H) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 147.780 | 151.491 | 148.262 | 140.398 | 133.608 | 130.114 |
Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% | 174% | 170% | 172% | 162% | 157% | 147% |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Solvabiliteit | Realisatie 2017 | Begr 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 |
A) Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV) | 105.327 | 107.981 | 108.732 | 110.724 | 113.758 | 116.932 |
B) Balanstotaal | 423.607 | 408.278 | 408.326 | 381.418 | 368.333 | 353.080 |
Solvabiliteit (A/B) x 100% | 25% | 26% | 27% | 29% | 31% | 33% |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Structurele exploitatieruimte | Realisatie 2017 | Begr 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 |
A) Totaal structurele lasten | 129.581 | 114.709 | 116.386 | 137.344 | 130.310 | 126.945 |
B) Totaal structurele baten | 138.777 | 117.956 | 118.028 | 140.198 | 133.408 | 130.114 |
C) Totaal structurele toevoegingen aan de reserves | 971 | 1.071 | 971 | 972 | 1.067 | 1.067 |
D) Totale structurele onttrekkingen aan de reserves | 425 | 3.182 | 2.677 | 1.489 | 1.496 | 1.214 |
E) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 147.780 | 151.491 | 148.262 | 140.398 | 133.608 | 130.114 |
Structurele exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/E x 100% | 6% | 4% | 2% | 2% | 3% | 3% |
Bedragen x € 1,- | ||||||
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar ervoor | Realisatie 2017 | Begr 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 |
A) OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde | 384,08 | 381,33 | 366,00 | 366,00 | 366,00 | 366,00 |
B) Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde | 237,00 | 241,08 | 245,18 | 249,35 | 253,59 | 257,90 |
C) Afvalstoffenheffing voor een gezin | 257,16 | 171,93 | 229,92 | 229,92 | 229,92 | 229,92 |
D) Eventuele heffingskorting | 0,00 | 0,00 | 0,00 | 0,00 | 0,00 | 0,00 |
E) Totale woonlasten gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D) | 878,24 | 794,34 | 841,10 | 845,27 | 849,51 | 853,82 |
F) Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1 | 749,45 | 751,97 | 749,02 | 749,02 | 749,02 | 749,02 |
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar ervoor (E/F) x 100% | 117% | 106% | 112% | 113% | 113% | 114% |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Grondexploitatie | Realisatie 2017 | Begr 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 |
A) Niet in exploitatie genomen gronden (cf. art. 38 lid a punt 1 BBV) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
B) Bouwgronden in exploitatie (cf. art. 38 lid b BBV) | 174.015 | 167.401 | 155.436 | 126.185 | 108.697 | 90.302 |
C) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 147.780 | 151.491 | 148.262 | 140.398 | 133.608 | 130.114 |
Grondexploitatie (A+B)/C x 100% | 118% | 111% | 105% | 90% | 81% | 69% |
Kengetal | Categorie A: minst risicovol | Categorie B: neutraal | Categorie C: meest risicovol |
1. Netto schuldquote | |||
a. zonder correctie doorgeleende gelden | < 90% | 90-130% | > 130% |
b. met correctie doorgeleende gelden | < 90% | 90-103% | > 130% |
2. Solvabiliteitsratio | > 50% | 20-50% | < 20% |
3. Grondexploitatie | < 20% | 20-35% | > 35% |
4. Structurele exploitatieruimte | Begr > 0% | Begr = 0% | Begr < 0% |
5. Belastingcapaciteit | < 95% | 95-105% | > 105% |
Kengetal | Realisatie 2017 | Begr 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 |
1. Netto schuldquote: | ||||||
a. zonder correctie doorgeleende gelden | 177% | 173% | 175% | 164% | 160% | 149% |
b. met correctie doorgeleende gelden | 174% | 170% | 172% | 162% | 157% | 147% |
2. Solvabiliteitsratio | 25% | 26% | 27% | 29% | 31% | 33% |
3. Grondexploitatie | 118% | 111% | 105% | 90% | 81% | 69% |
4. Structurele exploitatieruimte | 6% | 4% | 2% | 2% | 3% | 3% |
5. Belastingcapaciteit | 117% | 106% | 112% | 113% | 113% | 114% |
2020
Categorie | Risico | Kans | Max. impact | Gewogen bedrag |
---|---|---|---|---|
Grondexploitatie | Wilderszijde wordt niet meer ontwikkeld en grond afboeken naar restwaarde | 30.0 | 23060000.0 | 6918000.0 |
Kapitaalgoederen | Fiscale optimalisatie Westpolder wordt niet gerealiseerd. | 30.0 | 12500000.0 | 3750000.0 |
Grondexploitatie | Vraag naar bedrijventerrein Oudeland komt onder druk. | 30.0 | 9370000.0 | 2811000.0 |
Grondexploitatie | Perceel in Oudeland kan niet worden verworven en daardoor niet worden uitgegeven. | 50.0 | 4410000.0 | 2205000.0 |
Grondexploitatie | Niet of later verkopen incourante restkavels Oudeland. | 30.0 | 6200000.0 | 1860000.0 |
Grondexploitatie | Lagere grondprijs Oudeland na 6 jaar. | 10.0 | 12435000.0 | 1243500.0 |
Projecten | Projectrisico's uitvoering Westpolder (parkeren, fietsen, ontsluiting) | 30.0 | 2500000.0 | 750000.0 |
BUIG | Lagere dekking Rijk inkomensdeel BUIG | 30.0 | 1200000.0 | 360000.0 |
Projecten | Niet halen targets deelplannen Westpolder | 30.0 | 2300000.0 | 690000.0 |
Grondexploitatie | Verwachte versnelling in GREX Groenzoom vindt niet plaats | 30.0 | 2000000.0 | 600000.0 |
Kengetal | Categorie A: minst risicovol | Categorie B: neutraal | Categorie C: meest risicovol |
Netto schuldquote | < 90% | 90-130% | > 130% |
Bedragen x € 1.000 | |||||||
Opbrengst lokale heffingen | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 | Begr 2024 |
OZB woningen | 8.946 | 8.367 | 8.472 | 8.221 | 8.019 | 8.154 | 8.288 |
OZB niet-woningen | 5.945 | 5.989 | 6.013 | 6.097 | 6.118 | 6.139 | 6.160 |
Afvalstoffenheffing | 3.836 | 4.352 | 6.661 | 6.837 | 6.828 | 6.826 | 6.824 |
Rioolheffing | 6.237 | 6.421 | 6.489 | 6.691 | 6.930 | 7.180 | 7.456 |
Lijkbezorgingsrechten | 246 | 212 | 212 | 212 | 212 | 212 | 212 |
Leges burgerzaken | 731 | 484 | 450 | 480 | 476 | 476 | 476 |
Leges bouw | 4.776 | 2.500 | 2.600 | 2.500 | 2.200 | 2.000 | 2.000 |
Hondenbelasting | 297 | 299 | 299 | 299 | 299 | 299 | 299 |
Marktgelden | 63 | 71 | 71 | 71 | 71 | 71 | 71 |
Precariobelasting, uitstallingen | 39 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 | 45 |
Precariobelasting, kabels en leidingen | 201 | 200 | 200 | 200 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 31.317 | 28.940 | 31.512 | 31.653 | 31.198 | 31.402 | 31.831 |
Stijging t.o.v. jaar t-1 | 2.572 | 141 | -455 | 204 | 429 | ||
*Begroting 2019 na wijzigingen in het lopende jaar |
(1) Meerpersoonshuishouden met eigen woning en een (fictieve) WOZ-waarde van € 323.000 | Bedragen x € 1,- | |||||
Lokale lasten Lansingerland | Aanslag 2019 | Aanslag 2020 | Verschil in € | Verschil in % | ||
OZB | 353,69 | 329,46 | -24,23 | -6,85% | ||
Afvalstoffenheffing | 240,48 | 290,49 | 50,01 | 20,80% | ||
Rioolheffing | 245,18 | 249,35 | 4,17 | 1,70% | ||
Aanslag gemeentelijke belastingen (via SVHW) | 839,35 | 869,30 | 29,96 | 3,57% | ||
(2) Meerpersoonshuishouden met een huurwoning | Bedragen x € 1,- | |||||
Lokale lasten Lansingerland | Aanslag 2019 | Aanslag 2020 | Verschil in € | Verschil in % | ||
Afvalstoffenheffing | 240,48 | 290,49 | 50,01 | 20,80% | ||
Rioolheffing | 245,18 | 249,35 | 4,17 | 1,70% | ||
Aanslag gemeentelijke belastingen (via SVHW) | 485,66 | 539,84 | 54,18 | 11,16% | ||
(3) Detailhandel met eigen woning met een (fictieve) WOZ-waarde van € 450.000 | Bedragen x € 1,- | |||||
Lokale lasten Lansingerland | Aanslag 2019 | Aanslag 2020 | Verschil in € | Verschil in % | ||
OZB | 1.915,20 | 1.896,30 | -18,90 | -0,99% | ||
Rioolheffing | 245,18 | 249,35 | 4,17 | 1,70% | ||
Aanslag gemeentelijke belastingen (via SVHW) | 2.160,38 | 2.145,65 | -14,73 | -0,68% | ||
Bedragen x € 1,- | ||||||
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar ervoor | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 |
A) OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde | 381,33 | 353,69 | 329,46 | 329,46 | 329,46 | 329,46 |
B) Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde | 241,08 | 245,18 | 249,35 | 253,59 | 257,90 | 262,28 |
C) Afvalstoffenheffing voor een gezin | 237,24 | 240,48 | 290,49 | 294,30 | 288,56 | 282,89 |
D) Eventuele heffingskorting | -65,31 | -53,46 | 0,00 | 0,00 | 0,00 | 0,00 |
E) Totale woonlasten gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D) | 794,34 | 785,89 | 869,30 | 877,35 | 875,92 | 874,63 |
F) Landelijke gemiddelde jaar ervoor | 751,97 | 749,02 | 764,95 | 764,95 | 764,95 | 764,95 |
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar ervoor (E/F) x 100% | 105,63% | 104,92% | 113,64% | 114,69% | 114,51% | 114,34% |
Bedragen x € 1,- | |||||
COELO - 2019 | Laagste | Landelijk gemiddelde | Hoogste | Lansingerland 2019 | Lansingerland 2020 concept |
OZB woningen (eigenaar) | 0,0379% | 0,1150% | 0,2509% | 0,1095% | 0,1020% |
OZB niet-woningen (eigenaar + gebruiker) | 0,0668% | 0,4779% | 1,4075% | 0,4256% | 0,4214% |
Afvalstoffenheffing MPH* | 37,00 | 263,00 | 419,00 | 240,48 | 290,49 |
Rioolheffing 0-500 m3 | 0,00 | 340,00 | 1.370,00 | 245,18 | 249,35 |
Hondenbelasting (1ste hond) | 15,37 | 45,46 | 124,80 | 81,48 | 81,48 |
Woonlasten meerpersoonshuishouden | 511,00 | 740,00 | 1.446,00 | 833,46 | 869,30 |
*exclusief eenmalige korting 2019 |
Bedragen x € 1,- | |||||
Woonlasten in de regio 2019 | Gemiddelde WOZ-waarde | Rangnummer | Gemiddelde woonlasten EPH | Gemiddelde woonlasten MPH | Vergelijking Lansingerland MPH |
Lansingerland | 317.709 | 231 | 742,66 | 780,09 | 100,00% |
Delft | 218.000 | 178 | 708,89 | 753,74 | 96,62% |
Pijnacker-Nootdorp | 211.819 | 316 | 722,16 | 850,06 | 108,97% |
Zoetermeer | 262.183 | 254 | 779,92 | 795,09 | 101,92% |
Zuidplas | 319.000 | 323 | 777,01 | 860,05 | 110,25% |
Bedragen x € 1,- | |||||
Tarieven 2019 in de regio | Lansingerland | Delft | Pijnacker-Nootdorp | Zoetermeer | Zuidplas |
OZB | |||||
Eigendom woningen | 0,1095% | 0,1305% | 0,0992% | 0,1680% | 0,1154% |
Eigendom niet-woningen | 0,2348% | 0,2775% | 0,2191% | 0,4140% | 0,1772% |
Gebruik niet-woningen | 0,1908% | 0,2172% | 0,1558% | 0,3218% | 0,1330% |
Totaal niet-woningen | 0,4256% | 0,4947% | 0,3749% | 0,7358% | 0,3102% |
OZB-aanslag woningen (a) | 347,89 | 276,42 | 316,45 | 366,24 | 302,56 |
Afvalstoffenheffing | |||||
Eenpersoonshuishouden | 149,59 | 225,76 | 232,20 | 235,27 | 230,17 |
Meerpersoonshuishouden (b) | 187,02 | 353,66 | 315,24 | 280,12 | 245,33 |
Rioolheffing (c) | 245,18 | 219,98 | 228,36 | 107,38 | 247,20 |
Gemiddelde woonlasten MPH (a+b+c) | 780,09 | 850,06 | 860,05 | 753,74 | 795,09 |
Ozb - tarieven | 2018 | 2019 | Concept 2020 | % verschil t.o.v. 2019 |
Eigenaar (woning) | 0,1319% | 0,1095% | 0,1020% | -6,85% |
Eigenaar (niet-woning) | 0,2472% | 0,2348% | 0,2325% | -0,98% |
Gebruiker (niet-woning) | 0,1981% | 0,1908% | 0,1889% | -1,00% |
Waardeontwikkeling en gevolgen ozb-tarief | 2018 | 2019 | 2020 |
Waardeontwikkeling t.o.v. 1 januari jaar t-1 | |||
Woningen | 3,50% | 10,60% | 7,40% |
Niet-woningen | 0,00% | 3,70% | 1,00% |
Inflatiecorrectie | 0,00% | 0,00% | 0,00% |
Extra (korting op inkomsten) | -3,00% | -8,00% | 0,00% |
Gevolgen voor tarief | |||
Eigenaar (woningen) | -6,30% | -16,98% | -6,89% |
Eigenaar (niet-woningen) | -3,00% | -5,02% | -0,98% |
Gebruiker (niet-woningen) | -3,00% | -3,69% | -1,00% |
* Wet Waardering Onroerende Zaken |
Bedragen x € 1,- | ||||||
Tarieven afvalstoffenheffing | 2018 | 2019 | Concept 2020 | % verschil | ||
Na teruggave | Voor teruggave | Na teruggave | Voor teruggave | t.o.v. 2019 | ||
Eenpersoonshuishoudens | 149,59 | 189,84 | 149,59 | 192,36 | 232,39 | 20,81% |
Meerpersoonshuishoudens | 187,02 | 237,24 | 187,02 | 240,48 | 290,49 | 20,80% |
Bedragen x € 1.000 | |
Jaar | Saldo langlopende leningen ultimo boekjaar |
2020 | 156.318 |
2021 | 138.049 |
2022 | 121.851 |
2023 | 80.354 |
Bedragen x € 1,- | ||||
Tarieven rioolheffing | 2018 | 2019 | 2020 | % verschil t.o.v. 2019 |
Eenpersoonshuishoudens | 241,08 | 245,18 | 249,35 | 1,70% |
Meerpersoonshuishoudens | 241,08 | 245,18 | 249,35 | 1,70% |
Bedragen x € 1,- | |
Inschatting bouwleges | 2019 |
Basisinkomsten o.b.v. meerjarig gemiddelde | 2.950.000 |
Vergroening leges | -350.000 |
Raming legesinkomsten bouwaanvragen | 2.600.000 |
Bedragen x € 1,- | ||||
Kwijtscheldingen | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Verschil t.o.v. 2019 |
Afvalstoffenheffing | 124.543 | 139.800 | 189.800 | 50.000 |
Rioolheffing | 181.377 | 189.200 | 189.200 | 0 |
Hondenbelasting | 0 | 0 | 0 | 0 |
OZB (niet-)woningen | 3.976 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 309.896 | 329.000 | 379.000 | 50.000 |
Bedragen x € 1.000 | ||||
Kostendekkendheid tarieven rechten | Afvalstoffenheffing | Rioolheffing | Lijkbezorgingsrechten | Marktgelden |
Directe kosten | 5.412.995 | 5.399.834 | 210 | 59 |
Directe inkomsten, exclusief heffingen | 467.090 | 13.000 | ||
Netto directe kosten | 4.945.905 | 5.386.834 | 210 | 59 |
Toe te rekenen kosten: | ||||
Overhead incl. (omslag)rente | 656.077 | 539.753 | 159 | 56 |
BTW | 1.059.185 | 562.497 | ||
Totaal toe te rekenen kosten | 6.661.167 | 6.489.084 | 369 | 115 |
Opbrengst heffingen | 6.661.000 | 6.489.084 | 212 | 71 |
Dekking | 100,00% | 100,00% | 57,45% | 61,74% |
Onderbouwing kostendkekendheid leges | Bedragen x € 1,- | |||||
Hfd | Omschrijving | Lasten | Overhead | Totaal lasten | Baten | Kostendekkendheid |
1.1 | Burgerlijke stand | 61.689 | 51.726 | 113.415 | 85.617 | 75,49% |
1.2 | Reisdocumenten | 58.271 | 55.856 | 114.127 | 89.691 | 78,59% |
1.3 | Rijbewijzen | 123.620 | 94.302 | 217.922 | 215.000 | 98,66% |
1.4 | Verstrekkingen uit de Wet basisregistratie personen | 16.425 | 10.156 | 26.580 | 24.274 | 91,32% |
1.5 | Verstrekkingen uit het Kiezersregister | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.6 | Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.7 | Bestuursstukken | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.8 | Vastgoedinformatie | 1.679 | 1.406 | 3.086 | 2.676 | 86,73% |
1.9 | Overige publiekszaken | 9.239 | 9.401 | 18.640 | 14.597 | 78,31% |
1.10 | Gemeentearchief | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.11 | Huisvestingswet | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.12 | Leegstandwet | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.13 | Gemeentegarantie | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.14 | Marktstandplaatsen | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.15 | Winkeltijdenwet | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.16 | Kansspelen | 672 | 562 | 1.234 | 638 | 51,69% |
1.17 | Kinderopvang en peuterspeelzalen | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.18 | Telecommunicatie | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1.19 | Verkeer en vervoer | 17.267 | 13.620 | 30.888 | 15.254 | 49,39% |
1.20 | Diversen | 63.742 | 61.664 | 125.405 | 75.348 | 60,08% |
1.21 | In deze titel niet benoemde beschikking | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
1 | Subtotaal titel 1 | 352.604 | 298.693 | 651.297 | 523.095 | 80,32% |
2.1 | Begripsomschrijvingen | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
2.2 | Vooroverleg / beoordelen conceptaanvraag | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
2.3 | Omgevingsvergunning | 1.801.592 | 848.631 | 2.650.223 | 2.600.000 | 98,10% |
2.4 | Vermindering | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
2.5 | Teruggaaf | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
2.6 | Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
2.7 | Bestemmingswijzingen zonder activiteiten | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
2.8 | Sloopmelding | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
2.9 | Openstellingsvergunning | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
2.10 | In deze titel niet benoemde beschikking | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
2 | Subtotaal titel 2 | 1.801.592 | 848.631 | 2.650.223 | 2.600.000 | 98,10% |
3.1 | Horeca | 12.133 | 10.253 | 22.386 | 17.645 | 78,82% |
3.2 | Organiseren van evenementen of markten | 4.467 | 3.775 | 8.242 | 6.792 | 82,41% |
3.3 | Prostitutiebedrijven | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
3.4 | Splitsingsvergunning woonruimte | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
3.5 | Leefmilieuverordening | 672 | 562 | 1.234 | 962 | 77,94% |
3.6 | Brandbeveiligingsverordening | 280 | 234 | 514 | 201 | 39,08% |
3.7 | Niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
3 | Subtotaal titel 3 | 17.552 | 14.824 | 32.376 | 25.600 | 79,07% |
Totaal legesverordening | 2.171.748 | 1.162.148 | 3.333.896 | 3.148.695 | 94,44% |
Bedragen x € 1.000 | |||
Nr. | Risico | Kans | Maximaal bedrag |
1 | Wilderszijde wordt niet meer ontwikkeld en grond afboeken naar restwaarde. | 30% | € 23.060 |
2 | Fiscale optimalisatie Westpolder wordt niet gerealiseerd. | 30% | € 12.500 |
3 | Vraag naar bedrijventerrein Oudeland komt onder druk. | 30% | € 9.370 |
4 | Perceel in Oudeland kan niet worden verworven en daardoor niet worden uit gegeven. | 50% | € 4.410 |
5 | Niet of later verkopen incourante restkavels Oudeland | 30% | € 6.200 |
6 | Lagere grondprijs Oudeland na 6 jaar. | 10% | € 12.435 |
7 | Projectrisico’s uitvoering Westpolder (parkeren, fietsen, ontsluiting) | 30% | € 2.500 |
8 | Lagere dekking Rijk inkomensdeel BUIG | 30% | € 1.200 |
9 | Niet halen targets deelplannen Westpolder | 30% | € 2.300 |
10 | Verwachte versnelling in GREX Groenzoom vindt niet plaats | 30% | € 2.000 |
Bedragen x € 1.000 | |||||
Stand per 31 december | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
Algemene reserve | 102.131 | 86.414 | 86.575 | 85.319 | 85.206 |
Totale weerstandscapaciteit | 102.131 | 86.414 | 86.575 | 85.319 | 85.206 |
Benodigde weerstandscapaciteit | 39.300 | 39.300 | 39.300 | 39.300 | 39.300 |
Ratio weerstandsvermogen | 2,6 | 2,2 | 2,2 | 2,2 | 2,2 |
Bedragen x € 1.000.000 | ||||
Effect op exploitatie saldo | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
Saldo begroting 2020-2023 | 1 | 0,9 | -0,5 | 0,4 |
1. Effect grondverkopen 50% van begroting | -0,4 | -0,7 | -0,9 | -1,1 |
2. Risico VPB | -0,5 | -0,5 | -0,5 | -0,5 |
3. Algemene uitkering 1% lager | -0,6 | -0,6 | -0,6 | -0,6 |
4. Effect indien decentralisaties 5% budgetoverschrijding | -0,75 | -0,75 | -0,75 | -0,75 |
Saldo begroting 2020-2023 | -1,25 | -1,65 | -3,25 | -2,55 |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Netto schuldquote | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 |
A) Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) | 224.433 | 183.711 | 156.367 | 138.098 | 121.903 | 80.709 |
B) Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) | 16.160 | 19.000 | 23.544 | 38.037 | 33.777 | 58.354 |
C) Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) | 18.708 | 17.003 | 17.003 | 17.003 | 17.003 | 17.003 |
D) Financiële activa (cf. art. 36 lid d, e en f) | 376 | 376 | 376 | 376 | 376 | 376 |
E) Uitzetting < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) | 16.992 | 25.111 | 12.000 | 12.000 | 12.000 | 12.000 |
F) Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
G) Overlopende activa (cf. art. 49 BBV) | 3.971 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 |
H) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 195.672 | 143.390 | 149.511 | 143.414 | 132.304 | 131.314 |
Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% | 122% | 133% | 121% | 124% | 119% | 107% |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 |
A) Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) | 224.433 | 183.711 | 156.367 | 138.098 | 121.903 | 80.709 |
B) Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) | 16.160 | 19.000 | 23.544 | 38.037 | 33.777 | 58.354 |
C) Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) | 18.708 | 17.003 | 17.003 | 17.003 | 17.003 | 17.003 |
D) Financiële activa (cf. art. 36 lid d, e en f) | 4.138 | 3.959 | 3.778 | 3.590 | 3.397 | 3.196 |
E) Uitzetting < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) | 16.992 | 25.111 | 12.000 | 12.000 | 12.000 | 12.000 |
F) Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
G) Overlopende activa (cf. art. 49 BBV) | 3.971 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 |
H) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 195.672 | 143.390 | 149.510 | 143.414 | 132.304 | 131.314 |
Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% | 120% | 131% | 119% | 122% | 117% | 105% |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Solvabiliteit | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 |
A) Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV) | 115.060 | 108.204 | 105.759 | 104.026 | 101.406 | 100.784 |
B) Balanstotaal | 395.709 | 347.273 | 323.208 | 319.399 | 297.962 | 282.242 |
Solvabiliteit (A/B) x 100% | 29% | 31% | 33% | 33% | 34% | 36% |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Structurele exploitatieruimte | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 |
A) Totaal structurele lasten | 147.033 | 145.941 | 123.930 | 124.196 | 124.955 | 123.679 |
B) Totaal structurele baten | 150.411 | 142.711 | 122.756 | 123.593 | 122.826 | 123.436 |
C) Totaal structurele toevoegingen aan de reserves | 1.071 | 2.543 | 745 | 730 | 744 | 727 |
D) Totale structurele onttrekkingen aan de reserves | 3.182 | 3.369 | 2.564 | 1.930 | 2.294 | 1.766 |
E) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 195.673 | 143.390 | 149.511 | 143.414 | 132.304 | 131.315 |
Structurele exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/E x 100% | 3% | -2% | 0% | 0% | 0% | 1% |
Bedragen x € 1,- | ||||||
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar ervoor | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 |
A) OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde | 381,33 | 366,00 | 366,00 | 366,00 | 366,00 | 366,00 |
B) Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde | 241,08 | 245,18 | 249,35 | 253,59 | 257,90 | 262,28 |
C) Afvalstoffenheffing voor een gezin | 237,24 | 240,48 | 290,49 | 294,30 | 288,56 | 282,89 |
D) Eventuele heffingskorting | 0,00 | 0,00 | 0,00 | 0,00 | 0,00 | 0,00 |
E) Totale woonlasten gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D) | 859,65 | 851,66 | 905,84 | 913,89 | 912,46 | 911,17 |
F) Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1 | 751,97 | 749,02 | 749,02 | 749,02 | 749,02 | 749,02 |
Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar ervoor (E/F) x 100% | 114% | 114% | 121% | 122% | 122% | 122% |
Bedragen x € 1.000 | ||||||
Grondexploitatie | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 |
A) Niet in exploitatie genomen gronden (cf. art. 38 lid a punt 1 BBV) | ||||||
B) Bouwgronden in exploitatie (cf. art. 38 lid b BBV) | 126.474 | 95.300 | 71.011 | 58.615 | 32.529 | 18.413 |
C) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 195.673 | 143.390 | 149.511 | 143.414 | 132.304 | 131.315 |
Grondexploitatie (A+B)/C x 100% | 65% | 66% | 47% | 41% | 25% | 14% |
Kengetal | Categorie A: minst risicovol | Categorie B: neutraal | Categorie C: meest risicovol | |||
1. Netto schuldquote | ||||||
a. zonder correctie doorgeleende gelden | < 90% | 90-130% | > 130% | |||
b. met correctie doorgeleende gelden | < 90% | 90-130% | > 130% | |||
2. Solvabiliteitsratio | > 50% | 20-50% | < 20% | |||
3. Grondexploitatie | < 20% | 20-35% | > 35% | |||
4. Structurele exploitatieruimte | Begr > 0% | Begr = 0% | Begr < 0% | |||
5. Belastingcapaciteit | < 95% | 95-105% | > 105% | |||
Kengetal | Realisatie 2018 | Begr 2019 | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 |
1. Netto schuldquote | ||||||
a. zonder correctie doorgeleende gelden | 122% | 133% | 121% | 124% | 119% | 107% |
b. met correctie doorgeleende gelden | 120% | 131% | 119% | 122% | 117% | 105% |
2. Solvabiliteitsratio | 29% | 31% | 33% | 33% | 34% | 36% |
3. Grondexploitatie | 65% | 66% | 47% | 41% | 25% | 14% |
4. Structurele exploitatieruimte | 3% | -2% | 0% | 0% | 0% | 1% |
5. Belastingcapaciteit | 114% | 114% | 121% | 122% | 122% | 122% |
Bedragen x € 1,- | |||
Kapitaalgoederen | Areaal | m2/st | Vervangingswaarde |
Groen - algemeen | 3.000.000 | m2 | 22.750.000 |
Groen - bomen | 23.000 | stuks | |
Wegen | 3.300.000 | m2 | 180.000.000 |
Riolering | 557.000 | m2 | 260.000.000 |
Civiele kunstwerken | 2.219 | stuks | 125.000.000 |
Gebouwen | 63 | stuks | 150.000.000 |
Totale vervangingswaarde | 737.750.000 |
Omschrijving Beheerplan | Vastgesteld door de raad | Frequentie Actualisatie | Actualisatie | Financiële vertaling in de begroting | Achterstallig onderhoud | Reserves en Voorzieningen |
Integraal Beheerplan Openbare Ruimte 2017-2024 | 27 oktober 2016 | 4 jaar. In 2018 verwerken we eenmalig eerder genomen besluiten. | 2020 | Ja | Deels, zie toelichting wegen. | Reserve Waterbaggeren |
Gemeentelijk Rioleringsplan 2015-2020 | 26 november 2015 | 5 jaar | 2020 | Ja | Deels, zie toelichting Riolering. | Voorziening Riool |
Beheerplan Gebouwen 2017-2024 | 27 oktober 2016 | 4 jaar. In 2019 verwerken we eenmalig de impact van verduurzaming. | 2019 | Ja | Nee | Bestemmingsreserve gebouwen |
Bedragen x € 1.000 | ||||
Kasgeldlimiet | Begroting | Begroting | Begroting | Begroting |
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
Omvang begroting 2020-2023 | 149.511 | 143.414 | 132.304 | 131.315 |
1. Toegestane kasgeldlimiet | ||||
In procenten van de grondslag | 8,5% | 8,5% | 8,5% | 8,5% |
In bedragen | 12.708 | 12.190 | 11.246 | 11.162 |
Renterisico's afgedekt met CAP | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal kasgeldlimiet | 12.708 | 12.190 | 11.246 | 11.162 |
2. Omvang vlottende schuld | ||||
Opgenomen gelden < 1 jaar | 12.000 | 12.000 | 12.000 | 12000 |
Schuld in rekening courant | 0 | 0 | 0 | 0 |
Gestorte gelden door derden < 1 jaar | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige geldleningen (geen vaste schuld) | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal omvang vlottende schuld | 12.000 | 12.000 | 12.000 | 12.000 |
3. Vlottende middelen | ||||
Contante gelden in kas | 0 | 0 | 0 | 0 |
Tegoeden in rekening courant | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige uitstaande gelden < 1 jaar | 12.000 | 12.000 | 12.000 | 12000 |
Totaal vlottende middelen | 12000 | 12000 | 12000 | 12000 |
Toets kasgeldlimiet | ||||
4. Totaal netto vlottende schuld (2-3) | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ruimte(+)/Overschrijding(-); (1-4) | 12.708 | 12.190 | 11.246 | 11.162 |
Bedragen x € 1.000 | ||||
Renterisico's vaste schuld | Begroting | Begroting | Begroting | Begroting |
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
Renterisico's | ||||
Renteherziening op vaste schuld o/g | 0 | 0 | 0 | 0 |
Renteherziening op vaste schuld u/g | 0 | 0 | 0 | 0 |
1. Saldo renteherziening op vaste schuld | 0 | 0 | 0 | 0 |
2. Aflossingen | 27.347 | 18.269 | 16.198 | 69.198 |
3. Renterisico op vaste schuld (1+2) | 27.347 | 18.269 | 16.198 | 69.198 |
4. Renterisiconorm (4) | 29.902 | 28.683 | 26.461 | 26.263 |
5. Ruimte renterisiconorm | ||||
5.a. Ruimte onder renterisiconorm | 733 | 8.453 | 9.825 | 0 |
5.b. Overschrijding renterisiconorm | 0 | 0 | 0 | 43.175 |
Berekening renterisiconorm | ||||
Begrotingstotaal | 149.511 | 143.414 | 132.304 | 131.315 |
Vastgelegd percentage (bij min. regeling) | 20% | 20% | 20% | 20% |
Renterisiconorm | 29.902 | 28.683 | 26.461 | 26.263 |
Bedragen x € 1.000.000 | |||||
Waarborgsommen en garantieleningen | Primaire zekerheid | Secundaire zekerheid | Tertiaire zekerheid | Oorpronkelijk bedrag | restant |
31-12-2018 | |||||
Garantiefonds WSW | woningbouwver. | WSW | gem.(50%) | 203,3 | 191,7 |
Garantiefonds SWS | sportver. | SWS | gem.(50%) | 0,4 | 0,1 |
Hypotheken particulieren | particulier | WEW | gem.(50%) | 3,4 | 2,5 |
Hypotheken personeel | personeel | gem.(100%) | - | 0,4 | 0,4 |
Onderwijsinstellingen | instelling | gem.(100%) | - | 53,4 | 39,6 |
Overige instellingen | instelling | gem.(100%) | - | 2,5 | 1,3 |
Totaal | 263,4 | 235,6 |
Bedragen x € 1.000 | |
Schema rentetoerekening 2019 | |
De externe rentelasten over de korte en lange financiering | 3.920 |
De externe rentebaten | 103 |
Saldo externe rentelasten en rentebaten | 3.817 |
De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend | -2.275 |
De rente van projectfinanciering die aan het betreffende taakveld moet worden toegerekend | 0 |
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente | -2.275 |
Saldo door te rekenen externe rente | 1.542 |
Rente over eigen vermogen | 0 |
Rente over voorzieningen (die gewaardeerd zijn op contante waarde) | 0 |
Totaal rentetoerekening intern | 0 |
De aan taakvelden (programma’s inclusief overzicht Overhead) toe te rekenen rente (renteomslag) | 1.542 |
Boekwaarde vaste activa die integraal zijn gefinancierd per 1 januari 2019 | 216.000 |
Berekende omslagrentepercentage | 0,71% |
Gekozen renteomslagpercentage (mag 0,5% afwijken van berekend) | 0,75% |
De werkelijk aan taakvelden (programma’s inclusief overzicht Overhead) toegerekende rente (renteomslag) | 1.620 |
Renteresultaat op het taakveld treasury | 78 |
Bedragen x € 1,- | |||
Jaar | Bedrag herfinanciering | Rentepercentage | Rentekosten nieuwe leningen |
2020 | 0 | 1,50% | 0 |
2021 | 0 | 1,50% | 0 |
2022 | 0 | 1,50% | 0 |
2023 | 34.080.000 | 1,50% | 511.000 |
Bedragen x € 1.000 | |
Jaar | Contractuele aflossingen op langlopende leningen |
2020 | 27.347 |
2021 | 18.269 |
2022 | 16.198 |
2023 | 69.198 |
Totaal | 131.012 |
Bedragen x € 1.000.000 | |||||||||||
Netto schuldquote | Begr 2020 | Begr 2021 | Begr 2022 | Begr 2023 | Begr 2024 | Begr 2025 | Begr 2026 | Begr 2027 | Begr 2028 | Begr 2029 | Begr 2030 |
A) Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) | 156 | 138 | 122 | 80 | 58 | 43 | 35 | 21 | 7 | 0 | 0 |
B) Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | 12 | 0 |
C) Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) | 24 | 37 | 30 | 55 | 28 | 28 | 28 | 28 | 28 | 28 | 28 |
D) Financiële activa (cf. art. 36 lid d, e en f) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
E) Uitzetting < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | 13 |
F) Liquide middelen (cf. art. 40 BBV) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
G) Overlopende activa (cf. art. 49 BBV) | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 |
Netto schuld ultimo jaar | 184 | 178 | 156 | 139 | 90 | 75 | 67 | 53 | 39 | 25 | 12 |
H) Totale baten (cf. art. 17 lid c BBV) | 150 | 143 | 132 | 131 | 131 | 131 | 131 | 131 | 131 | 131 | 131 |
Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% | 122% | 125% | 118% | 106% | 69% | 57% | 51% | 40% | 30% | 19% | 9% |
Bedragen x € 1.000 | |||||
2019 | 2020 | 2021 | |||
Omschrijving | Primitief | Actuele begroting | Meerjarenraming | ||
1 | Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) | -6.931 | -2.445 | -1.232 | |
2 | Mutatie (im)materiële vaste activa | 10.584 | 11.756 | 6.890 | |
3 | Mutatie voorzieningen | -1.994 | 1.180 | 1.699 | |
4 | Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie) | -30.452 | -23.970 | -22.220 | |
5 | Verwachte boekwinst/verlies bij de verkoop van financiële vaste activa en (im)materiële vaste activa, alsmede de afwaardering van financiële vaste activa | 0 | 0 | 0 | |
Berekend EMU-Saldo | 10.943 | 10.949 | 15.797 |
Gemeenschappelijke regelingen | Programma | Bijdrage 2018 | Begroot 2019 | Begroot 2020 |
Bedrijvenschap Hoefweg | 6. Lansingerland Ontwikkelt | Niet van toepassing | Niet van toepassing | Niet van toepassing |
Bleizo | 6. Lansingerland Ontwikkelt | Niet van toepassing | Niet van toepassing | Niet van toepassing |
DCMR Milieudienst Rijnmond | 6. Lansingerland Ontwikkelt | 1.280.610 | 1.401.891 | 1.456.591 |
Jeugdhulp Rijnmond | 4. Maatschappelijke ondersteuning | 5.994.118 | 6.693.193 | 7.690.033 |
MRDH (Metropoolregio Rotterdam-Den Haag) | 6. Lansingerland Ontwikkelt | 150.846 | 157.829 | 165.134 |
Openbare Gezondheidszorg Rotterdam-Rijnmond | 4. Maatschappelijke ondersteuning | 408.281 | 434.540 | 451.714 |
Recreatieschap Rottemeren | 3. Sport, cultuur en onderwijs | 187.807 | 191.497 | 196.400 |
Schadevergoedingsschap HSL-Zuid | 6. Lansingerland Ontwikkelt | Niet van toepassing | Niet van toepassing | Niet van toepassing |
SVHW (Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie, Heffingen en Waardebepaling) | 8. Algemene dekkingsmiddelen | 511.850 | 509.000 | 488.000 |
Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond | 2. Openbare orde en veiligheid | 2.923.595 waarvan: 2.895.595 basiszorg 28.000 individuele taken en bijdragen | 3.316.751 waarvan: 3.290.751 basiszorg 26.000 individuele taken en bijdragen | 3.617.368 waarvan: 3.591.368 basiszorg 26.000 individuele taken en bijdragen |
Vennootschappen en coöperaties | Programma | Dividend 2018 | Begroot 2019 | Begroot 2020 |
Dunea (vh Duinwater-bedrijf Zuid-Holland) | 8. Algemene dekkingsmiddelen | Te completeren | Te completeren | Te completeren |
Eneco Groep N.V. | 8. Algemene dekkingsmiddelen | 2,1 miljoen | 2,3 miljoen | 2,25 miljoen |
Stedin Holding N.V. | 8. Algemene dekkingsmiddelen | 0,9 miljoen | 1,5 miljoen | 1,6 miljoen |
Vennootschappen en coöperaties | Programma | Bijdrage 2018 | Begroot 2019 | Begroot 2020 |
Parkmanagement Bedrijvenpark Oudeland (PMBO) | 6. Lansingerland Ontwikkelt | 56.737 en 21.689 incidenteel | 57.000 | 57.000 |
Vennootschappen en coöperaties | Programma | Bijdrage 2018 | Begroot 2019 | Begroot 2020 |
BNG (Bank Nederlandse Gemeenten) | 8. Algemene dekkingsmiddelen | Niet van toepassing | Niet van toepassing | Niet van toepassing |
Naam verbonden partij | Bedrijvenschap Hoefweg |
Vestigingsplaats | Bleiswijk |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | Ontwikkeling van het bedrijventerrein Hoefweg (Hoefweg Noord) voor vestigingsmogelijkheden voor bedrijven. Met de ontwikkeling van dit gebied wil de gemeente een gunstig economisch klimaat en daarmee indirect een interessant werk – en woongebied creëren voor de inwoners. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | Geen structurele bijdrage aan of van het Bedrijvenschap. Art. 24 en 25 van de GR: de gemeente levert een financiële bijdrage aan het startkapitaal, de gemeenten zorgen voor voldoende middelen zodat de GR aan verplichtingen aan derden kan voldoen. De inbreng en risicoverdeling is op 50%- 50% voor elke gemeente vastgesteld. De GR neemt voor 30% deel aan de CV Prisma en voor 31% in de BV Prisma. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 3,4 mln. Per 31-12-2018: € 6,3 mln. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 53,2 mln. Per 31-12-2018: € 47,4 mln. |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | € 2,9 mln. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Geen. Het financiële belang blijft gelijk. Door gronduitgifte is de verwachting dat het resultaat verbetert. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | De gemeenten Lansingerland en Zoetermeer nemen beiden voor 50% deel in deze gemeenschappelijke regeling. De grondexploitatie van Bedrijvenschap Hoefweg per 1-1-2019 is positief: € 12,9 mln. Netto Contante Waarde (NCW). Bedrijvenschap Hoefweg heeft een risicoprofiel, waarbij ook rekening wordt gehouden met kansen, van ca. € -3,0 mln. De risico’s betreffen het uitgiftetempo en grondprijsontwikkeling. In Lansingerland is in de Jaarrekening 2018 bij de berekening van het benodigd weerstandsvermogen geen rekening gehouden met risico’s voor Bedrijvenschap Hoefweg. De grondexploitatie Hoefweg bevat nog voldoende weerstandscapaciteit om de risico’s zelf op te vangen. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Het onderzoek naar het ontwikkelprogramma van Bleizo kan mogelijk een wijziging van de opdracht voor de GR Bleizo oplveren. Een bestuurlijke keuze over de ontwikkelrichting is hierover nodig. Afstemming hierover binnen de samenwerking Corridor A12. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Financiële analyse: Gemiddeld Bestuurlijke analyse: Laag De grondexploitatie van Bedrijvenschap Hoefweg loopt tot 2026. In deze periode is bijsturing nog goed mogelijk. Bestuurlijk hebben we (indirecte) invloed. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | De ontwikkeling van het bedrijventerrein Hoefweg stimuleert de vestigingsmogelijkheden voor bedrijven en een gunstig economisch klimaat. |
Naam verbonden partij | BLEIZO |
Vestigingsplaats | Bleiswijk |
Deelnemende partijen | Gemeente Zoetermeer en Gemeente Lansingerland |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | Het doel van deze GR is het ontwikkelen van het gebied rondom het OV knooppunt Bleizo (station Lansingerland-Zoetermeer), gericht op het realiseren van een nieuw economisch knooppunt met een eigen identiteit. Met de ontwikkeling van een OV-knooppunt en het gebied daarom heen wil de gemeente een gunstig economisch klimaat en een interessant werk- en woongebied creëren voor de inwoners. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | (art. 32 GR Bleizo) Beide gemeenten staan ervoor in dat de GR Bleizo altijd over voldoende middelen beschikt om verplichtingen aan derden te voldoen. Verder komt een batig/nadelig saldo voor 50% ten gunste/laste van Lansingerland, waarbij tevens de afspraak is gemaakt dat Zoetermeer garant staat voor een bedrag van € 9,5 mln. (nadelig saldo) in relatie tot de bijdrage die GR Bleizo levert aan de financiering van het OV Knooppunt Bleizo. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 6,9 mln. Per 31-12-2018: € 2,4 mln. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 56,0 mln. Per 31-12-2018: € 59,0 mln. |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | € 4,6 mln. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Het financiële belang van Lansingerland is ongewijzigd: 50% van winst of verlies van GR Bleizo. Zoetermeer staat garant voor € 9,5 mln. voor de bijdrage van GR Bleizo aan de vervoersknoop Bleizo. De afspraken hierover zijn in 2017 uitgewerkt en met brief U17.03185 is de gemeenteraad hierover geïnformeerd. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | De gemeenten Lansingerland en Zoetermeer nemen beiden voor 50% deel in deze gemeenschappelijke regeling. De grondexploitatie van GR Bleizo per 1-1-2017 is negatief: € 6,9 mln. Netto Contante Waarde (NCW). Bleizo heeft een risicoprofiel, waarbij ook rekening wordt gehouden met kansen, van ca. € -5,3 mln. De risico’s betreffen het uitgiftetempo, grondprijsontwikkeling en kostenstijging. In Lansingerland is in de Jaarrekening 2017 voor de berekening van het benodigd weerstandsvermogen rekening gehouden met een bruto risicoprofiel van € 1,75 mln. De hoogte van dit bedrag is bepaald op basis van de risicoanalyse van Bleizo, rekening houdend met onze eigen grondslag van 90% zekerheid. Daarbij is ook gekeken naar een scenario waarbij niet tot ontwikkeling van leisure wordt overgegaan en het risicoprofiel wat daaraan verbonden is en wordt rekening gehouden met de dekking vanuit Zoetermeer (garantstelling tot maximaal € 9,5 mln.). |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Het onderzoek naar het ontwikkelprogramma van Bleizo kan mogelijk een wijziging van de opdracht voor de GR Bleizo opleveren. Een bestuurlijke keuze over de ontwikkelrichting is hierover nodig. Afstemming hierover binnen de samenwerking Corridor A12. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Financiële analyse: Gemiddeld Bestuurlijke analyse: Laag De GR Bleizo kent nog een behoorlijke looptijd. Ondanks dat de belangen aanzienlijk zijn, maakt dit dat bijsturing mogelijk is. Bestuurlijk hebben we (indirecte) invloed. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | De realisatie van vervoersknooppunt Bleizo (station Lansingerland-Zoetermeer' en de ontwikkeling van het gebied rondom het knooppunt dragen bij aan de ontwikkeling van Lansingerland als gemeente waarin aantrekkelijk en op duurzame wijze kan worden gewerkt en gewoond. |
Naam verbonden partij | DCMR Milieudienst Rijnmond |
Vestigingsplaats | Schiedam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | Uitvoeren van de Wet Milieubeheer (Wm), de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de Wet bodembescherming (Wbb) voor de Gemeente Lansingerland en advisering op het gebied van milieu en ruimtelijke ordening. Het publieke belang is het bereiken van een goed leefmilieu voor burgers en bedrijven. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | 2020: € 1.456.591 2019: € 1.401.891 |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 8.117.000 Per 31-12-2018: € 5.680.000 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 11.838.000 Per 31-12-2018: € 9.669.000 |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Het financieel resultaat over 2018 na bestemming bedraagt € -839.000. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | De informatieplicht energiebesparing verplicht bedrijven om uiterlijk 1 juli 2019 bij de RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) te rapporteren welke energiebesparende maatregelen zij hebben genomen met een terugverdientijd van vijf jaar of lager. Deze taak voert DCMR namens ons uit. Aangezien deze taak extra kosten met zich meebrengt, heeft het Rijk besloten een bijdrage te verstrekken ter dekking van eenmalige voorbereidingskosten en de structurele uitvoeringskosten. Dit bedrag is als bijdrage voor de jaren 2019 en 2020 aan de uitkering van het gemeentefonds in 2019 toegevoegd. Lansingerland heeft een bedrag van € 11.500 ontvangen voor deze taak. Deze doeluitkering uit de decembercirculaire is overgeheveld naar het budget voor de DCMR. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | Er is sprake van een aantal financiële risico’s, die met name zitten in het op orde krijgen van de bedrijfsvoeringsystemen. De nu begrote en gedekte bedragen zijn zo realistisch mogelijk geraamd, maar ervaringen uit het verleden laten zien dat dit soort projecten toch hoger uit kan vallen dan verwacht. Om dit risico te verkleinen zal een ambtelijke afvaardiging van de participanten (financiële en ICT-experts) een soort klankbordgroep vormen voor de DCMR bij het verder uitwerken van deze bedrijfsvoeringssystemen. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Vanwege de toegenomen werkzaamheden voor Lansingerland (o.a. groter bedrijvenbestand gekregen de afgelopen jaren) en enkele nieuwe taken, hebben we in 2019 het budget structureel verhoogd. We verwachten dat we hiermee de komende jaren voldoende dekking hebben voor de uit te voeren werkzaamheden. Vanaf eind 2019 voert de DCMR in mandaat ook alle asbestgerelateerde taken uit. Hiervoor is op basis van een voorcalculatie bepaald hoeveel dit jaarlijks gaat kosten. Lopende 2019 en 2020 monitoren we de uitvoering van deze taak nauwlettend om te kunnen sturen op de voortgang van het beschikbaar gestelde budget (€43.000). De komst van de Omgevingswet en het voorbereiden hierop kan financiële consequenties hebben. Op dit moment zijn de kosten voor 2020 hiervoor gedekt, maar het is nog onduidelijk welke werkzaamheden we daarna nog verwachten en wat dit gaat kosten. Dit zal eind 2019/ begin 2020 duidelijker zijn. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Het financiële risico is gemiddeld. Dit heeft te maken met het feit dat in de Gemeenschappelijke Regeling een garantstelling voor de deelnemende gemeenten is opgenomen. De bedrijfsvoering is zoals gezegd nog niet volledig op orde, maar Lansingerland heeft slechts deels invloed om hierop financieel bij te sturen (een belang van 2,5%). Lansingerland heeft vooral invloed op het financieel bijsturen op de bijdrage die wij betalen voor de uitvoering van het werkplan. In die laatste zit geen risico. Het bestuurlijke (inhoudelijke) risico is laag, omdat de belangen van DCMR hetzelfde zijn als onze belangen, en er duidelijke afspraken met de DCMR zijn gemaakt die we regelmatig monitoren. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | De DCMR Milieudienst Rijnmond levert met inzet van wettelijke instrumenten en vanuit zijn specifieke deskundigheid een bijdrage aan het verlagen van de milieubelasting van bedrijven en aan het verhogen van de milieukwaliteit en veiligheid in het Rijnmondgebied. Hiermee draagt het bij aan de ontwikkeling van Lansingerland als gemeente waarin aantrekkelijk kan worden gewoond, gewerkt en gerecreëerd. |
Naam verbonden partij | Jeugdhulp Rotterdam |
Vestigingsplaats | Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | 1. Uitvoering te geven aan de wettelijke verplichtingen tot regionale samenwerking uit de Jeugdwet in het kader van Veilig Thuis (AMHK), jeugdreclassering en jeugdbescherming. 2. Het uitvoeren van bovenlokale taken door middel van het contracteren en/of subsidiëren van aanbieders van jeugdhulp, -reclassering en -beschermingsmaatregelen in het kader van de Jeugdwet. 3. Realiseren van overleg, kennisontwikkeling- en overdracht tussen de aangesloten gemeenten. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | De GR Jeugdhulp is opgericht voor de inkoop van verschillende vormen van jeugdhulp waar gemeenten verantwoordelijk voor zijn. De inleg van de gemeente Lansingerland bedraagt in 2019 € 6.693.193 (inclusief organisatiekosten). |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 3.648.144 Per 31-12-2018: € 2.249.090 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Vreemd vermogen: Per 1-1-2018: € € 2.747.007 Per 31-12-2018: € 0 Overlopende passiva: Per 1-1-2018: € 44.031.554 Per 31-12-2018: € 35.377.589 |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | € 0 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | In april 2018 heeft het Algemeen Bestuur van de GRJR ingestemd met het verhogen van de begroting van de GRJR over 2018 door de volgende ontwikkelingen: 1. Uitkering transformatiefonds 2. De verlengde pleegzorg 3. De verhoging van de bijdrage voor de accountant 4. Verhoging subsidiebudget JBRR 5. Verhoging subsidiebudget VTRR 6. Ophoging ZIN De bovenstaande ontwikkelingen leiden voor 2019 tot een extra bijdrage voor Lansingerland van € 472.296. Deze bijdrage is meegenomen in de zomerrapportage. In april 2019 is tevens de begroting van de GRJR over 2020 bijgesteld. Hierin is de bijdrage van de gemeente Lansingerland verhoogd tot € 7.690.033. Dit is € 379.675 hoger dan het voor deze jaarschijf in vastgestelde begroting opgenomen budget (€ 7.310.358). |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | Toenemend zorggebruik in een open einde regeling De jeugdwet bevat een open einde regeling. Omdat er sprake lijkt te zijn van een toenemend zorggebruik is Lansingerland levert dit een financieel risico op. Wij sturen hierop door middel van de (lokale) toegang, de samenwerking met onze toegangspartners en samenwerking met huisartsen. Resultaatgerichte inkoop 2018 Met ingang van 1 januari 2018 is de GRJR overgegaan op het resultaatgericht inkopen van ondersteuning. De insteek hiervan is om bij de inzet van ondersteuning minder product- en meer resultaatgericht te werken. De insteek van deze gewijzigde inkoop is budgetneutraliteit. Niettemin houdt deze wijziging een zeker risico van een verhoging van de kosten in. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | 1. In het licht van de (financiële) ontwikkelingen in de specialistische jeugdhulp intensiveren en versterken wij onze inspanningen op het gebied van de transformatie. Wij formuleren hiertoe een samenhangende aanpak, op zowel lokaal als subregionaal niveau. 2. In subregionaal verband brengen wij in beeld of en in hoeverre de resultaatgerichte inkoop leidt tot hogere kosten. Wij betrekken de bevindingen hiervan bij het besluit over de inkoop van specialistische jeugdzorg in 2022 en verder. 3. In 2019 beoordelen en verbeteren wij (waar nodig) het functioneren en de interne aansturing van de Gemeenschappelijke Regeling. Wij implementeren de aanbevelingen uit het ‘Berenschot-onderzoek’ naar de toename van jeugdhulp in onze gemeente. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Risicobeleid GR In het kader van de begroting 2018 heeft de GR een risico-inventarisatie opgesteld. Op basis van deze inventarisatie is besloten het risicopercentage in de huidige begroting op 1,5% te zetten. Een update van deze inventarisatie in 2018 resulteerde in een gewogen risicopercentage van 3,0 % voor 2018 en 2,3% voor 2019. Dit wordt mede veroorzaakt door enkele (incidentele) grote risico’s die voortkomen uit de nieuwe resultaatgerichte financiering van de Jeugdhulp. Het Algemeen Bestuur heeft besloten om het risicopercentage 2018 en 2019 te handhaven op 1,5%. De risico-inventarisatie wordt gedurende 2018 enkele malen geactualiseerd op basis van de dan bekende informatie. De eerste actualisatie vindt in april plaats en de tweede in principe in september. Voor de deelnemende gemeenten geldt daarbij dat eventuele overschrijdingen in het budget lopende het begrotingsjaar, of bij jaarrekening door de gemeenten moeten worden vergoed. Gemeentelijk risicobeleid Op basis van de financiële analyse is er een hoog risico verbonden aan de GR Jeugdhulp. De gemeente heeft een hoge jaarlijkse financiële bijdrage. In 2015 is besloten dat eventuele tekorten door de deelnemende gemeenten worden gedekt waardoor het weerstandsvermogen van de GR bij de gemeenten wordt gelegd. Op basis van de bestuurlijke analyse is er een gemiddeld risico verbonden aan de GR. De te leveren afspraken zijn van invloed op de gemeentelijke doelstellingen. Lansingerland is vertegenwoordigd in het AB en DB. Omdat Rotterdam een grote invloed heeft op de besluitvorming (50% van de GR gevormd wordt door de gemeente Rotterdam) brengt dit een zeker risico met zich mee. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | De GRJR heeft tot taak de gemeenschappelijke inkoop zodanig vorm te geven dat lokale ambities kunnen worden gerealiseerd en dat zorgcontinuïteit is geboden |
Naam verbonden partij | Metropoolregio Rotterdam Den-Haag (MRDH) |
Vestigingsplaats | Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | Het versterken van de internationale concurrentiepositie van de regio. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | De Brede Doeluitkering (BDU) voor verkeer en vervoer is de belangrijkste dekking voor de kosten van de twee programma’s exploitatie verkeer en openbaar vervoer, infrastructuur verkeer en openbaar vervoer. De inwonerbijdrage bedraagt € 2,68 per inwoner voor het programma economisch vestigingsklimaat; voor 2020 is dat een totaalbedrag van € 6,34 miljoen. Uitgaande van het inwoneraantal van Lansingerland op 1 januari 2019 van 61.617 bedraagt dit voor Lansingerland € 165.134. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 7.425.581 Per 31-12-2018: € 15.361.267 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 1.348.170.234 Per 31-12-2018: € 1.543.298.479 |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | € 7.935.876 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Op dit moment zijn er geen veranderingen in het financiële belang voor 2019 en 2020. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | De MRDH heeft de komende jaren tijdelijk te maken met een tekort (overbesteding) op de BDU-middelen. Overbesteding houdt in dat het saldo van beschikbare middelen en bestedingen in enig jaar negatief is. Tot en met de Begroting 2018 hanteerde de MRDH het uitgangspunt dat een tekort op de BDU-middelen is toegestaan onder de voorwaarde dat over een periode van tien jaar het saldo van beschikbare middelen en bestedingen positief is. Een extern kader voor deze termijn ontbrak toen nog. Een externe partij is daarom gevraagd om nader onderzoek te doen naar de kaders voor overbesteding. De provincie is betrokken geweest bij dit onderzoek. Conclusie uit dit onderzoek is dat de MRDH zich voor wat betreft de termijn van overbesteding dient te houden aan de uitgangspunten voor structureel begrotingsevenwicht die de provincie Zuid-Holland als toezichthouder hiervoor hanteert. De wettelijke termijn van overbesteding is daarmee bepaald op een maximale periode van drie achtereenvolgende kalenderjaren. Een tekort in 2019 moet dus uiterlijk in 2022 zijn aangezuiverd. Hierbij geldt ook dat de begroting in de drie jaar na het inlopen van het tekort geen tekort mag laten zien. Vanwege de afronding van een aantal grote infrastructurele projecten in deze periode (o.a. Hoekse Lijn, Bleizo) is er vanaf 2022 weer sprake van een overschot. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Projecten zijn vaak gemeente en regio overschrijdend waardoor ook andere overheden en/of bestuurslagen bij betrokken zijn. Investeringen voor de projecten moeten bedrijven, kennisinstellingen en overheden bij elkaar brengen. De aandachtspunten voor Lansingerland zijn de verdere uitwerking van de projecten uit het investeringsprogramma en de daarbij behorende financiën te genereren. In het investeringsprogramma zijn ook andere projecten opgenomen zoals corridor A12 (o.a. logistieke hotspot, railterminal), energie-infrastructuur (warmtenet), geothermie, greenport en vaarroutes (Rotte – Rijn – Vliet). De MRDH kan in het samenbrengen van gemeenten en het definiëren van regionale projecten een voortrekkersrol vervullen om in gesprek te gaan met andere gemeenten en marktpartijen. Als vervolg op de MIRT Rotterdam Den Haag (Meerjarenprogramma Infrastructuur Ruimte en Transport) wordt aan een aantal tafels de strategie van de regio uitgewerkt. Deze studies moeten richting geven aan nieuwe grote infrastructurele projecten in relatie tot andere ruimtelijke ontwikkelingen zoals de woningbouwopgave. Dit geeft richting aan de doorontwikkeling van het hoogwaardige OV-net in onze regio. Ook in Lansingerland worden OV-lijnen verkend, zoals de ZoRo. De projecten en de organisatie van de Vervoersautoriteit (VA) worden grotendeels bekostigd uit de reguliere Brede Doeluitkering verkeer en vervoer (BDU). Daarnaast zijn er nog specifieke rijksbijdragen, zoals gelden voor het programma Beter Benutten Vervolg en het Actieprogramma Regionaal OV die beiden zijn toegevoegd aan de BDU. De komende jaren is er een stevige opgave om de kosten van het openbaar vervoer te drukken. Door een oplopende beheerlast neemt het investeringsvermogen af. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Uit de financiële analyse blijkt dat het risico gemiddeld is. Dit is met name gelegen in het beperkte weerstandsvermogen van de MRDH enerzijds en de afdekking van de risico’s door de MRDH anderzijds zoals ook opgenomen in het treasurystatuut. De wettelijke termijn van overbesteding is bepaald op een maximale periode van drie achtereenvolgende kalenderjaren. Om in de toekomst meer duidelijkheid te hebben over de (financiële) risico’s van grote infrastructurele projecten verwachten we dat de MRDH de reeds aangekondigde beleidsnota risicomanagement en weerstandsvermogen in 2018 opstelt. Het bestuurlijk risico is laag. Lansingerland onderschrijft het belang van de MRDH en staat achter de missie en de visie. De uitwerking van de programma’s vindt in goed overleg met alle gremia plaats. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | In de gemeenschappelijke regeling (GR) Metropoolregio Rotterdam Den Haag is opgenomen dat er vijfjaarlijks geëvalueerd wordt en de eerste evaluatie plaatsvindt twee jaar na inwerkingtreding van de GR. Uit het evaluatierapport, afgerond eind 2017, komt naar voren dat de steun voor MRDH is toegenomen, de relatie tussen de MRDH en provincie is verbeterd en dat er binnen de bestaande structuur gezocht moet worden naar verbeteringen. Met name de rol van de adviescommissie behoeft verdere uitwerking. In de zienswijze (U17.13458) heeft de raad van Lansingerland aan gegeven dat de adviescommissie niet een lichtere maar een andere invulling dient te krijgen. Een concrete verbetering is de invoering van portefeuillehouders in het AB waardoor het bestuurlijk eigenaarschap is versterkt. De MRDH heeft in 2016 en 2017 grote stappen voorwaarts gezet met de uitwerking van de aanbevelingen uit het OESO-rapport en Roadmap Next Economy als leidraad voor het investeringsprogramma. De MRDH werkt in 2018 verder aan de concretisering, ook voor projecten waarbij Lansingerland is betrokken. |
Naam verbonden partij | Gemeenschappelijke Regeling GGD Rotterdam-Rijnmond |
Vestigingsplaats | Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | Artikel 3 van de GR: Het lichaam heeft tot doel: • het beschermen en bevorderen van de gezondheid van de bevolking of van specifieke groepen daarbinnen, in het rechtsgebied van het lichaam; • het voorkómen en het vroegtijdig opsporen van ziekten onder de bevolking; • alles wat met het bovenstaande in de ruimste zin verband houdt. De regeling regelt de deelnemersbijdrage van de deelnemende gemeente voor de inkoop van het basispakket. De GGD is leverancier en uitvoerder van het basispakket. Het publieke belang is de openbare gezondheid. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | De gemeenschappelijke regeling van de GGD-RR kent geen balans en andere financiële staten om in de begroting op te nemen aangezien alleen de gemeente Rotterdam eigenaar is van de organisatie. Personeel en eventuele risico’s zijn daarmee voor rekening van de gemeente Rotterdam. De gemeenschappelijke regeling GGD-RR regelt in materiële zin slechts de inkoop van producten. Lansingerland draagt in 2019 € 434.540 bij, bestaande uit € 320.183 voor de inkoop van het algemene basistakenpakket en € 114.357 voor de inspecties kinderopvang. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | De gemeenschappelijke regeling van de GGD-RR kent geen balans en andere financiële staten om in de begroting op te nemen aangezien alleen de gemeente Rotterdam eigenaar is van de organisatie. Personeel en eventuele risico’s zijn daarmee voor rekening van de gemeente Rotterdam. De gemeenschappelijke regeling GGD-RR regelt in materiële zin slechts de inkoop van producten. Daarmee is de gemeenschappelijke regeling financieel “leeg”, dus zonder bezittingen, waardoor er ook geen balans is. Het financiële risico voor deelname aan de regeling is voor regiogemeenten dus ook niet aanwezig. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Niet van toepassing, zie tekst bij ‘Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018’. |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Niet van toepassing, zie tekst bij ‘Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018’. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Geen, voor zover nu bekend. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | Geen. De gemeente Rotterdam is risicodrager. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Uitvoering van de verplichtingen uit de Wet publieke gezondheid (WPG) tegen een aanvaardbare kostprijs blijft een aandachtspunt. Het basispakket moet garanderen dat wij voldoen aan de verplichtingen die wij hebben vanuit de Wpg. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Er is zowel financieel als bestuurlijk een beperkt risico. De gemeente Rotterdam is financieel risicodrager. Daarnaast dragen de activiteiten van de verbonden partij bij aan het oorspronkelijke doel van de verbonden partij. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | De Gemeentelijke Gezondheidsdienst Rotterdam-Rijnmond zet zich in voor een goede en voor iedereen toegankelijke gezondheidszorg. Daarnaast zet de GGD zich in om ziekten en andere problemen te voorkomen. Hiermee draagt het bij aan Lansingerland als gezonde samenleving. |
Naam verbonden partij | Recreatieschap Rottemeren |
Vestigingsplaats | Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | In stand houden, ontsluiten en exploiteren van recreatiegebied Rottemeren. Openluchtrecreatie, natuurbescherming en natuur- en landschapsschoon bewaren en bevorderen. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | Deelnemers: Zuidplas 4%, Rotterdam 91%,en Lansingerland 5%, bijdrage in 2018 € 187.807. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 17.242.221 Per 31-12-2018: € 16.300.718 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 5.397.134 Per 31-12-2018: € 6.991.129 |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | € 24.348 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Geen veranderingen in het financiële belang van 5%. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | Concrete risico's, overigens van een laag en middel gehalte, worden genoemd bij de weerstandsparagraaf in de begroting van het recreatieschap: • invoering VPB; • koersrisico ingeval van gedwongen verkoop beleggingen bij calamiteiten; • locatie asfaltfabriek; • essentaksterfte; • baggeren watergangen; • nazorg grondwaterverontreiniging Lage Bergse Bos; • warmteleiding |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Met de vaststelling van het Kader voor het Recreatieschap Rottemeren worden de recreatiekaders gesteld waaraan het Recreatieschap uitvoering geeft. Dit wordt uitgewerkt in een ontwikkelplan met uitvoeringsacties. De kwaliteitsimpuls Lage Bergse Bos en de essentaksterfte maken dat het gebied in de picture staat en de (deel)gebieden de komende jaren aangepakt gaan worden. In de samenwerkingsovereenkomst met Staatsbosbeheer is afgesproken dat vanaf 2019 de jaarlijkse kosten niet meer als fixed price bepaald worden maar kostendekkend (op basis van nacalculatie) worden. Samen met de herijking van het Terrein Beheer Model (t.b.v. onderhoud) en het ontwikkelplan met uitvoeringsagenda verwachten wij dat dit tot financiële veranderingen kan leiden. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Het financiële risico is laag. Er is sprake van een hoge Algemene reserve. De genoemde risico’s zijn dusdanig beperkt van aard, dat er sprake is van meer dan gewenste weerstandsratio. Daarnaast is de financiële bijdrage van de provincie in overgenomen door Rotterdam en dit is tevens vastgelegd in de aangepaste GR. Bestuurlijk risico is laag vanwege (indirecte) invloed via AB en DB. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | Het in stand houden, ontsluiten en exploiteren van het recreatiegebied Rottemeren draagt bij aan de ontwikkeling van Lansingerland als gemeente waarin op aantrekkelijke wijze gewoond, gewerkt en gerecreëerd kan worden. |
Naam verbonden partij | Schadevergoedingsschap HSL-Zuid, A16 en A4 |
Vestigingsplaats | Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | In artikel 2 van de gemeenschappelijke regeling staat opgenomen; “Het doel van de regeling is het bevorderen dat de behandeling van verzoeken om schadevergoeding die verband houden met de aanleg van de HSL-Zuid en de verbreding, verlegging en reconstructie van de A-16 (...)respectievelijk de A-4, zoals bedoeld in artikel 1 onder f, en de beslissingen op die verzoeken doelmatig, deskundig en op gelijke wijze plaatsvinden. Door deze regeling wordt tevens voor de burgers duidelijkheid geschapen over de terzake bevoegde instantie.” |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | Alle kosten van het Schap en van de door het Schap toegekende schadevergoedingen worden betaald door de Rijksoverheid. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Er is geen sprake van een eigen vermogen. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Er is geen sprake van vreemd vermogen. |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Financieel resultaat 2018: Algemene kosten € 55.380,86 Deskundigenkosten € 6.400,90 Schadevergoedingen € 0,00 Totaal € 61.781.76 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Vanwege het feit dat alle kosten voor rekening komen van het Ministerie van I&W is er geen sprake van een financieel belang voor de gemeente. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | Er zijn thans geen financiële risico’s bekend. Het Schap heeft met de accountmanager van het Ministerie de afspraak gemaakt dat wanneer er een schadeverzoek met een aanmerkelijk belang wordt ingediend dat deze, met het oog op risicomanagement, direct bij het Ministerie kenbaar wordt gemaakt. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Naar verwachting zal eind 2018 inzicht bestaan in het effect van het maatregelenpakket. Het Schap kan de nieuwe en aanvullende aanvragen tot schadevergoeding eerst in behandeling nemen als door de geluidsdeskundige (belast met de akoestische berekeningen) uitsluitsel wordt gegeven op de vraag of er sprake is van een toename van geluid en de mitigerende effecten van de maatregel bekend zijn. ProRail coördineert de uitvoering van het maatregelenpakket. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Er is geen sprake van een financieel risico omdat alle kosten voor rekening komen van het Ministerie van I&W. In bestuurlijke zin is geen risico te verwachten omdat het Algemeen bestuur van het Schap bevoegd is te beslissen op de aanvragen. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | Het doelmatig, deskundig en gelijkmatig behandelen van alle verzoeken om schadevergoeding in verband met de aanleg van de HSL-Zuid draagt bij aan het minimaliseren van de negatieve impact. |
Naam verbonden partij | SVHW (Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie, Heffingen en Waardebepaling) |
Vestigingsplaats | Klaaswaal |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | (art 3 GR) Een zo doelmatig mogelijke uitvoering van werkzaamheden met betrekking tot - de heffing en invordering van belastingen - de uitvoering van Wet waardering onroerende zaken (woz) - de administratie van vastgoedgegevens - het verstrekken van vastgoedgegevens aan deelnemers en derden |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | De bijdrage van Lansingerland voor 2020 bedraagt € 491.000. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 1.273.000 Per 31-12-2018: 1.507.000 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 5.633.000 Per 31-12-2018: € 5.488.000 |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Een positief resultaat van € 589.000. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Geen. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | Het SVHW streeft ernaar om risico's zoveel mogelijk te ondervangen. Dat is de reden waarom diverse verzekeringen afgesloten zijn voor het onroerend goed, inventaris en personeel. De risico’s waarmee het SVHW geconfronteerd zou kunnen worden zijn: - automatiseringsomgeving - calamiteiten van huisvesting - renterisico op een geldlening - personeel SVHW is een belangrijke organisatie voor haar 22 deelnemers. Continuïteit van de bedrijfsvoering is daarom essentieel. Het borgen van de bedrijfsvoering dient op het niveau van directie en DB te kunnen worden beslist. Bij het opvangen van de gevolgen van calamiteiten is het onwenselijk dat de organisatie afhankelijk zou zijn van de besluitvorming van de deelnemers. Gelet op genoemde risico's en de behoefte aan continuïteit van de bedrijfsvoering is het gewenst een financiële buffer in stand te houden. In de vergadering van het Algemeen bestuur van 5 december 2013 is daarom besloten de omvang vast te stellen op minimaal € 400.000 en maximaal € 700.000. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Door gemeentelijke herindelingen (samenvoeging) zullen in 2019 deelnemers uittreden en nieuwe toetreden als gevolg van gemeentelijke herindelingen. Het aantal deelnemers gaat daardoor van 22 naar 15. Het veranderproces is reeds in 2018 ingezet. De uittredende deelnemers betalen een uittredingsvergoeding die de frictiekosten van dit proces dekken. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Op basis van de financiële en bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel gemiddeld is. De jaarlijkse bijdrage is gemiddeld en de gemeente is deels financieel aansprakelijk. Het weerstandsvermogen van SVHW is op peil en de bedrijfsvoering en kwaliteit van het risicomanagement zijn toereikend. Uit de financiële analyse komt derhalve de score gemiddeld. De bestuurlijke analyse geeft tevens een score van gemiddeld. Lansingerland is vertegenwoordigd in het Algemeen Bestuur, er zijn duidelijke afspraken over de informatievoorziening en het belang van het SVHW komt volledig overeen met het belang van Lansingerland. De te leveren prestaties door het SVHW zijn echter maximaal van invloed. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | De uitbesteding van de werkzaamheden m.b.t. belastingen past in het streven van de gemeente om waar mogelijk in regie te werken en een kostenbesparing te realiseren. |
Naam verbonden partij | Veiligheidsregio Rotterdam - Rijnmond |
Vestigingsplaats | Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | De VRR behartigt ons publieke belang door het voorkomen, beperken en bestrijden van rampen en crises. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | Bijdrage 2019 is € 3.316.751. Dit bedrag is als volgt opgebouwd: € 3.290.751 (Basiszorg) en € 26.000 (Individuele taken en bijdragen). Bijdrage 2020 is € 3.617.368. Dit bedrag is als volgt opgebouwd: € 3.591.368 (basiszorg) en € 26.000 (individuele taken en bijdragen). |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 10.902.995 Per 31-12-2018: € 12.781.473 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 76.442.548 Per 31-12-2018: € 64.799.541 |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | € 1.421.373 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | De gemeentelijke bijdrage basiszorg is aangepast aan de actuele inwonersaantallen per 1 januari 2018. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | In de begroting 2020 zijn de volgende risico’s opgenomen: • Vrijwaring van gemeenten voor aansprakelijkheid niet verzekerbare risico’s. Het gaat hier om juridische gevolgen, zoals claims; • Overdracht van de meldkamer aan de Landelijke Meldkamer Organisatie (LMO) in 2020; • Gevolgen van (veranderde) wet en regelgeving niet tijdig op kunnen vangen; • Vertraagd tempo en/of onvoldoende aanpassingen bijdragen van stakeholders van de VRR t.b.v. kostenontwikkeling; • Het niet halen van aanrijtijden en het niet leveren van een aantal diensten door de ambulance, als gevolg van een tekort aan verpleegkundig personeel (ingehuurd duurder personeel leidt tot extra kosten). Het niet halen van de aanrijtijden leidt mogelijk tot een (straf)korting van de zorgverzekeraars; • Wegvallen en niet toereikend zijn van subsidie impuls Omgevingsveiligheid; • De invoering van de Omgevingswet, verwacht vanaf 2021; • Wegvallen en niet toereikend zijn van gelden landelijk expertisecentrum (LEC); • De dekking van de brandweerzorg staat onder druk bij gebrek aan vrijwilligers die overdag beschikbaar zijn. Ondanks alternatieven, zoals opgenomen in het Plan brandweerzorg, lukt het niet om de gewenste dekking te garanderen. Verwachting is dat verdere aanpassingen gaan knellen qua financiën; • Afstemmen taken/budgetten VRR. De samenleving veranderd. Denk hierbij aan klimaatverandering, energietransitie, vluchtelingenvraagstuk, cyber, terrorisme en hoog water. De VRR gaat hierover met gemeenten in gesprek; • Gezien de leeftijdsopbouw van het brandweerpersoneel is de verwachting dat in de nabije toekomst veel nieuwe medewerkers worden aangetrokken en opgeleid, waardoor de uitgaven stijgen. • De ambulancedienst AZRR gaat voor de overname van de BIOS groep een lening aan. De VRR staat garant voor deze lening die een looptijd heeft van 15 jaar. In geval van een faillissement is de VRR verantwoordelijk voor de restschuld. • Als gevolg van het bereikte principeakkoord over een nieuwe CAO stijgen de lonen in de periode 2019-2021 met in totaal 6,25%. Tevens is er sprake van een eenmalige uitkering van € 750,- in 2019. In 2019 dekt de VRR deze stijging middels een onttrekking aan de algemene reserve. Verwachting is dat in 2020 en 2021 de basisbijdrage per inwoner met in totaal met € 3,01 stijgt. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | De belangrijkste punten zijn: • Invoering van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) en het risico dat de vrijwilligersstatus bij de brandweer vervalt; • Er is een risico dat er kosten ten laste van de VRR overblijven na overname van het beheer van de meldkamer door de politie in 2020; • In 2020 verhoogt de inwonersbijdrage met 0,69 per inwoner als gevolg van het wegvallen van de inkomsten uit het Openbare meldsysteem (OMS) • Samen met de regiogemeenten onderzoekt de VRR of budgetten en taken van de VRR nog voldoende op elkaar zijn afgestemd. Het is op dit moment niet in te schatten of dit financiële gevolgen heeft. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | De omvang van de jaarlijkse financiële bijdrage aan de VRR is hoog. Ondanks dat de jaarlijkse financiële bijdrage hoog is, is het financiële risico gemiddeld. Dit heeft ermee te maken dat VRR vaste taken heeft. De in kaart gebrachte negatieve risico’s zijn laag. Het risico wordt verspreid doordat 15 gemeenten deelnemen aan deze Gemeenschappelijke regeling. Het bestuurlijke inhoudelijke risico is laag. Er zijn duidelijke afspraken gemaakt met de VRR die we regelmatig monitoren. De gemeente Lansingerland is in het Dagelijks Bestuur vertegenwoordigd door de burgemeester, met de portefeuille ‘Bedrijfsvoering’. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | De Veiligheidsregio voert taken uit op het gebied van rampenbestrijding, crisisbeheersing, risicobeheersing, brandweerzorg, ambulancezorg en geneeskundige hulpverlening. Daarmee draagt het bij aan Lansingerland als een veilige en leefbare gemeente. |
Naam verbonden partij | NV Duinwaterbedrijf Zuid-Holland Handelsnaam Dunea |
Vestigingsplaats | 's Gravenhage |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | Dunea wil een vitale organisatie zijn die toekomstbestendige producten en diensten levert en daarbij duidelijk zichtbaar is als maatschappelijke onderneming. De nieuwe strategie Koers 2020 heeft vier accenten: • Klantaccent, onderscheidend in dienstverlening en kwaliteit; • Beter voorbereid op de toekomst door verbreding producten & diensten; • Het zijn van duinbeheerder van wereldklasse; • Strijden voor het drinkwaterbelang van de Lek en de Maas. Het publieke belang bestaat uit de gewaarborgde levering van drinkwater aan alle klanten binnen het verzorgingsgebied en het natuurbeheer in de duingebieden. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | Statutair mag Dunea geen dividend uitkeren. Lansingerland bezit 186.584 aandelen (na de periodieke herverdeling in 2018) van de in totaal 4.000.000 uitgegeven aandelen. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 205,3 mln. Per 31-12-2018: € 220,9 mln. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 371,7 mln. Per 31-12-2018: € 358,5 mln. |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | € 15,7 mln. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Geen. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | Geen. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | De aandachtspunten blijven het verzorgen van een goede drinkwatervoorziening en beheer van het duingebied. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Op basis van de financiële en bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel laag is. Lansingerland is aandeelhouder en loopt daardoor in principe geen of een beperkt financieel of bestuurlijk risico. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | Dunea beheert de natuur (duinlandschap) en het water in Zuid-Holland. Dunea zorgt voor schoon drinkwater, rust en ruimte in Lansingerland. |
Naam verbonden partij | Eneco Groep N.V. |
Vestigingsplaats | Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | Deze verbonden partij draagt niet meer bij aan de realisatie of borging van een publiek belang. Ter toelichting het volgende. De gemeente Lansingerland heeft zich in 2017 bezonnen op het toekomstig aandeelhouderschap van Eneco Groep N.V. Daartoe is in 2017 een traject gelopen, gezamenlijk met alle aandeelhouders van Eneco, om hier op een zorgvuldige wijze naar te kijken. In dit proces is de raad intensief betrokken. Uitkomst is dat Lansingerland constateert dat het aandeelhouderschap in Eneco niet noodzakelijk is om publieke belangen te realiseren of te borgen. Mede om die reden heeft Lansingerland op 31 oktober 2017 besloten om het aandelenbelang in Eneco af te bouwen. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | Het geprognotiseerde dividend is in de meerjarenbegroting opgenomen als algemeen structureel dekkingsmiddel. Lansingerland is de vijfde aandeelhouder met een aandeel van 3,38% in het aandelenkapitaal. Het geprognotiseerde jaarlijkse dividend bedraagt voor 2020 éénmalig € 2,25 mln. en voor de jaren daarna € 1,6 mln. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 2.869 mln. Per 31-12-2018: € 2.939 mln. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018.: € 2.787 mln. Per 31-12-2018: € 2.804 mln. |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Het nettoresultaat over boekjaar 2018 bedraagt € 136 mln. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | In 2019 zijn nog geen veranderingen in het financiële belang te verwachten. De uitkomst van het transactieproces is op dit moment (peildatum: augustus 2019) nog niet bekend. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | De dividenduitkering is een vast dekkingsmiddel in onze begroting. De omvang van het uit te keren dividend is afhankelijk van de nettowinst in enig jaar en de solvabiliteit. De mogelijke tegenvallers in de nettowinst van de onderneming én een eventuele verkoop van het aandelenbelang zijn een financieel risico. Als gevolg van verkoop valt een structureel geraamd dividend weg. Het resultaat over het jaar 2018 van Eneco bedraagt € 136 mln. De verwachting is dat het resultaat over 2019 (ons boekjaar 2020) niet lager is dan het resultaat over 2018. Om die reden is het dividend over ons boekjaar 2020 inzake Eneco geraamd op € 2,25 mln. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | De gemeente Lansingerland heeft zich in 2017 bezonnen op het toekomstig aandeelhouderschap van Eneco Groep. Uitkomst is dat Lansingerland constateert dat het aandeelhouderschap in Eneco niet noodzakelijk is om publieke belangen te realiseren of te borgen, dat de zeggenschap over Eneco beperkt is en dat het risicoprofiel van Eneco significant veranderd is en op basis van de huidige strategie verder veranderen zal. Daarom heeft Lansingerland op 31 oktober 2017 besloten om het aandelenbelang in Eneco af te bouwen. Van alle aandeelhouders heeft meer dan 96 procent van het geplaatst kapitaal hetzelfde afbouwbesluit genomen (peildatum: augustus 2019). Naar verwachting eind 2019 / begin 2020 resulteert het transactieproces resulteren in een concreet bod. Op dat moment is er dus zicht op de uiteindelijke waarde van het te verkopen aandelenpakket zullen voorstellen gedaan worden over de aanwending van deze verkoopopbrengst. Verkoop van het aandelenbelang heeft onder meer een direct effect op de omvang van het jaarlijkse geprognotiseerde dividend van Eneco én de totale financieringspositie van de gemeente. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Uitkomst van de financiële analyse is dat het financieel risicoprofiel gemiddeld is. De geraamde dividenden zijn aanzienlijk, terwijl Eneco opereert in een commerciële markt met een aanzienlijk investeringsprogramma, mede in het buitenland. Dit geeft een vergroot risico met betrekking tot de stabiliteit van de nettowinst en daarmee van het dividend. Ook heeft Eneco in 2018 een meerjarig intern verandertraject ingezet met als doel het rendement te verbeteren. De financiële effecten daarvan zijn al merkbaar in boekjaar 2018. Uitkomst van de bestuurlijke analyse is dat het bestuurlijke risicoprofiel hoog is. Eneco bevindt zich in een complex transactieproces c.q. privatiseringsproces. Eneco is een zogenaamde structuurvennootschap. De rechtstreekse invloed van aandeelhouder(s) op de RvC en RvB is daardoor beperkt. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | Niet van toepassing. |
Naam verbonden partij | Stedin Holding N.V. |
Vestigingsplaats | Rotterdam |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | De waarborging van levering van energie aan de klanten binnen het verzorgingsgebied door middel van netbeheer als bedoeld in de Electriciteitswet en de Gaswet. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | Het geprognotiseerde dividend is in de meerjarenbegroting opgenomen als algemeen structureel dekkingsmiddel. Lansingerland is de vijfde aandeelhouder met een aandeel van 3,38% in het aandelenkapitaal. Het geprognotiseerde jaarlijkse dividend bedraagt € 1,6 mln. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 2.583 mln. Per 31-12-2018: € 2.699 mln. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 3.968 mln. Per 31-12-2018: € 4.292 mln. |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Het nettoresultaat over boekjaar 2018 bedraagt € 118 mln. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Lansingerland is niet voornemens om wijzigingen aan te brengen in het aandelenbelang in Stedin. Stedin heeft in 2018 de commerciële activiteit Joulz Energy Solutions (JES) verkocht aan VolkerWessels en in 2019 de commerciële activiteit Joulz Diensten aan 3i Infrastructure. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | De dividenduitkering is een vast dekkingsmiddel in onze begroting. De omvang van het uit te keren dividend is afhankelijk van de nettowinst in enig jaar en de solvabiliteit. De solvabiliteit is mede afhankelijk van de hoogte van het investeringsprogramma uit hoofde van de energietransitie. De mogelijke tegenvallers in de nettowinst van de onderneming én een verslechtering van de solvabiliteit zijn een financieel risico. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Aandachtspunten zijn met name de vereiste operationele snelheid ten opzichte van de aard en omvang van de energietransitie en de beschikbare financiële investeringsruimte. De commerciële activiteiten zijn in 2018 en 2019 grotendeels afgebouwd en zijn daarmee geen belangrijk aandachtspunt meer. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Uitkomst van de financiële analyse is dat het financieel risicoprofiel gemiddeld is. De geraamde dividenden zijn aanzienlijk. Stedin opereert in een gereguleerde markt echter de verwachte investeringen uit hoofde van de energietransitie zijn aanzienlijk hetgeen druk legt op de solvabiliteit. Uitkomst van de bestuurlijke analyse is dat het bestuurlijke risicoprofiel laag is. Enerzijds is Stedin een zogenaamde structuurvennootschap waarbij de rechtstreekse invloed van aandeelhouder(s) op de raad van commissarissen en de raad van bestuur beperkt is. Anderzijds zijn er met Stedin eenduidige afspraken gemaakt over ondermeer het goedkeuringsrecht van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders met betrekking tot (des-)investeringsbeslissingen en een adviesrecht ten aanzien van de vaststelling van het meerjarig strategisch plan alsmede een herziening daarvan, alsmede een daarop aansluitend jaarplan en de herziening daarvan, voor zover de inhoud daarvan ziet op het gereguleerde domein. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | De waarborging van levering van energie aan de klanten binnen het verzorgingsgebied door middel van netbeheer als bedoeld in de Elektriciteitsnet en de Gaswet. Vanuit deze rol heeft de verbonden partij een belang rijke rol in de energietransitie. Daarnaast is met betrekking tot Stedin een structureel dividend geraamd. |
Naam verbonden partij | Stichting Parkmanagement Bedrijvenpark Oudeland (PMBO) |
Vestigingsplaats | Berkel en Rodenrijs |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | De stichting heeft ten doel: a. het uitvoeren of doen uitvoeren van het algemeen management voor de dienstverlening met als doel het initiële kwaliteitsniveau van en het verblijfsklimaat op bedrijvenpark Oudeland te behouden en waar mogelijk te verhogen, een en ander overeenkomstig de daartoe in het parkmanagementplan opgenomen prestatie-eisen; b. het uitvoeren of doen uitvoeren van terreinbeveiliging op bedrijvenpark Oudeland overeenkomstig de daartoe in het parkmanagementplan opgenomen prestatie-eisen; c. het (doen) realiseren, (doen) beheren en (doen) onderhouden van bedrijfsverwijzingen op bedrijvenpark Oudeland overeenkomstig de daartoe in het parkmanagementplan opgenomen prestatie-eisen; d. het beheren en onderhouden of doen beheren en onderhouden van de openbare ruimte op bedrijvenpark Oudeland overeenkomstig het daartoe opgestelde beheerplan; en voorts al hetgeen met een en ander verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn. Het publieke belang is het creëren van een gunstig economisch klimaat. Daarnaast is de taak van de stichting PMBO het organiseren, in stand houden en daar waar mogelijk verbeteren van het kwaliteitsniveau (ruimtelijk, technisch en voor veiligheid) op bedrijvenpark Oudeland. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | De gemeente Lansingerland draagt het beschikbare budget voor het dagelijks beheer en onderhoud van de openbare ruimte over aan de stichting PMBO. Het gaat om een bedrag van € 57.000. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 292.981 Per 31-12-2018: € 332.090 |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 40.803 Per 31-12-2018: € 10.295 |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | € 1.609 |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Er hebben zich geen veranderingen in het financieel belang voorgedaan. In 2014 is de Beheerovereenkomst tussen de gemeente Lansingeland en de stichting PMBO ondertekend. In deze overeenkomst zijn de afspraken voor het dagelijks beheer en onderhoud van Oudeland vastgelegd. De kaders hiervoor staan beschreven in het bijbehorende beheerplan. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | Geen bijzonderheden. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Het beheerplan is aan actualisering toe. We kijken opnieuw naar de werkzaamheden die de komende jaren nodig zijn om het gewenste kwaliteitsniveau te behalen en het budget dat daarvoor nodig is. Uitgangspunt daarbij is dat het kostenneutraal voor de gemeente moet zijn. We evalueren bestaande afspraken met de stichting PMBO en kijken waar aanscherping en/of verduidelijking nodig is. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Financieel en bestuurlijk zijn de risico’s vooralsnog laag. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | Een goed georganiseerd en vitaal bedrijventerrein levert een belangrijke bijdrage aan de plaatselijke en regionale economie. |
Naam verbonden partij | Bank Nederlandse Gemeenten |
Vestigingsplaats | Den Haag |
Doelstelling van de VP. (Hoe ziet ons publiek belang eruit? ) | BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. De bank draagt duurzaam bij aan het laag houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. |
Veranderingen in 2019 en 2020 in het bestuurlijke en publieke belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft. | Er worden geen veranderingen verwacht. |
Wat draagt LL financieel bij aan deze VP? (Hoe ziet ons financieel belang eruit?) | Wij dragen financieel niets bij. Als aandeelhouder van 15.015 van de totaal circa 56 mln. aandelen ontvangen wij dividend. |
Eigen vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 4.687 mln. Per 31-12-2018: € 4.991 mln. |
Vreemd vermogen begin en einde begrotingsjaar 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | Per 1-1-2018: € 135.185 mln. Per 31-12-2018: € 132.518 mln. |
Financieel resultaat 2018 (Uit: jaarrekening 2018) | De netto winst 2018 bedraagt € 337 mln. (in 2017: € 393). Per aandeel zal € 2,83 worden uitgekeerd aan dividend. De dividenduitkering over 2017, die in 2018 uitgekeerd is, bedroeg € 2,53. In 2019 kan BNG de pay-out per aandeel verhogen van 37,5% naar 50%. |
Veranderingen gedurende het begrotingsjaar 2019 in het financiële belang dat de gemeente in de verbonden partij heeft | Niet van toepassing. |
Welke financiële risico’s zijn er nu bekend? | Niet van toepassing. |
Wat zijn de belangrijkste aandachtspunten of mogelijke knelpunten voor LL de komende 2 jaar? | Niet van toepassing. |
Resultaat financiële en bestuurlijke (inhoudelijke) risicoanalyse met toelichting | Op basis van de financiële en bestuurlijke analyse kan worden vastgesteld dat het risicoprofiel laag is. Lansingerland is aandeelhouder en loopt daardoor in principe geen of een beperkt financieel of bestuurlijk risico. |
Op welke wijze draagt de verbonden partij bij aan realisatie van de doelstellingen van het programma? | Lansingerland is aandeelhouder. De dividenduitkering is een vast dekkingsmiddel in onze begroting. |
Kern | Woningbouw | Bedrijventerreinen | Centrum-ontwikkeling | Overig |
Berkel en Rodenrijs | Meerpolder | Oudeland | Berkel Centrum | |
Westpolder/Bolwerk | ||||
Rodenrijse Zoom | ||||
RvR Groenzoom | ||||
Bergschenhoek | Wilderszijde (doorlopende deel) | Leeuwenhoekweg | Landscheidingspark Horeca | |
Parkzoom | ||||
Kavels Boterdorp | ||||
Bleiswijk | De Tuinen |
Verwachte uitgifte bedrijfsterrein in hectare (ha) | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
Oudeland | 1,5 | 6,1 | 3,0 | 2,5 | 2,3 |
Leeuwenhoekweg | 0,8 | 0,4 | 1,0 | 0,0 | 0,0 |
Bleizo | 9,5 | 8,6 | 1,8 | 1,8 | 1,8 |
Hoefweg | 9,6 | 2,4 | 2,4 | 2,0 | 2,0 |
MPG 2019 | ||||
2018 en 2019 | 2019 en 2020 | 2021 t/m 2028 | vanaf 2029* | |
Prijsontwikkeling kosten | ||||
Kosten | 3,00% | 3,00% | 2,00% | 2,00% |
Prijsontwikkeling grondopbrengsten | ||||
Woningbouw | 3,00% | 2,00% | 1,00% | 0,00% |
Bedrijventerreinen | 3,00% | 2,00% | 1,00% | 0,00% |
Lopende contracten | conform overeenkomsten | conform overeenkomsten | conform overeenkomsten | 0,00% |
Rente | 1,70% | 1,70% | 1,70% | 1,70% |
Disconteringsvoet | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% |
* conform het BBV mogen we de opbrengsten na een termijn van 10 jaar niet meer indexeren. Dit is op dit moment enkel van toepassing op de grondexploitatie Oudeland. | ||||
Bedragen x € 1.000.000 | |||
A= Actualisatie 2018 | B= MPG 2019 / JR 2018 | C= Verschil B t.o.v. A | |
prijspeil | 1-1-2018 | 1-1-2019 | |
Totaal negatieve grexen op NCW | -45,63 | -42,46 | 3,17 |
Totaal positieve grexen op NCW | 4,44 | 19,42 | 14,98 |
Totaal op NCW | -41,19 | -23,04 | 18,15 |
Risicoprofielen | 2019 |
Parkzoom | Laag |
Wilderszijde | Midden |
De Tuinen | Laag |
Leeuwenhoekweg | Laag |
Scholen Boterdorp | Laag |
Meerpolder | Laag |
Berkel Centrum | Laag |
Westpolder | Hoog |
Oudeland | Hoog |
Rodenrijse Zoom | Laag |
RvR Groenzoom | Laag |
Landscheidingspark Horeca | Laag |
Bleizo | Hoog |
Hoefweg | Hoog |
Wilderszijde (MVA) | Hoog |
Bedragen x € 1.000,- | ||||
Verloop grondexploitaties | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
Kostensoort: | ||||
Verwerving | 5259 | 277 | 273 | 389 |
Tijdelijk beheer | 215 | 211 | 201 | 137 |
Sloop | 25 | 11 | 11 | 11 |
Milieu | 181 | 5.428 | 77 | 62 |
Civiel technische werken | 14.284 | 9.225 | 5.351 | 5.090 |
VTA | 3.097 | 2.482 | 1.907 | 1.231 |
Fondsen en afdrachten | 394 | 181 | 184 | 78 |
Rente | ||||
Totaal kosten | 23.455 | 17.815 | 8.004 | 6.998 |
Opbrengstensoort: | ||||
Grondopbrengsten | 44.953 | 38.547 | 31.990 | 19.666 |
Overige opbrengsten | 2.473 | 1.488 | 1.529 | 1.544 |
Totaal opbrengsten | 47.426 | 40.035 | 33.519 | 21.210 |
Saldo kosten en opbrengsten | 23.971 | 22.220 | 25.515 | 14.212 |
Boekwaarde per einde jaar | -122.132 | -81.440 | -58.171 | -38.481 |
Boekwaarde 31-12-2018 | -161.533 | |||
Bedragen x € 1.000,- | ||||
Project | Nog te realiseren kosten | Nog te realiseren opbrengsten | ||
Meerpolder | 6.656 | 4.786 | ||
Berkel Centrum | 9.579 | 6.119 | ||
Westpolder Bolwerk | 8.316 | 74.872 | ||
Oudeland | 35.565 | 107.813 | ||
Rodenrijse Zoom | 452 | 1.362 | ||
De Tuinen | 1.006 | 857 | ||
Parkzoom | 8.472 | 2.907 | ||
Leeuwenhoekweg | 570 | 5.901 | ||
Wilderszijde | 13.436 | 25.803 | ||
Scholen Boterdorp | 51 | 228 | ||
RvR Groenzoom | 13.357 | 15.778 | ||
Landscheidingspark Horeca | 704 | 350 |