Naam Zwartewaterland
Code 1896
Provincie Overijssel
Inwonertal 22468

2018

Bron

Categorie Risico Kans Max. impact Gewogen bedrag
Gemeentefonds Algemene Uitkering 50.0 200000.0 100000.0
GR / Verbonden partijen Debiteurenrisico algemeen None None None
Belasting OZB / WOZ None None None
Dividend/Rente Dividenden 10.5263157894737 475000.0 50000.0
GR / Verbonden partijen Debiteuren Sociale zaken None None None
GR / Verbonden partijen Garantstellingen en gewaarborgde geldleningen None None None
GR / Verbonden partijen Leningen aan personeel None None None
GR / Verbonden partijen Verbonden Partijen None None None
GR / Verbonden partijen Gemeenschappelijke Regelingen 30.0 150000.0 45000.0
Overig Onverzekerde risico’s None None None
Personeel Personeel (bestuur en ambtenaren) 30.0 200000.0 60000.0
Overig Werkprocessen None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Imagoschade None None None
Overig Organisatierisico’s None None None
Sociaal domein Participatiewet 30.0 400000.0 120000.0
Sociaal domein Wmo 30.0 300000.0 90000.0
Sociaal domein Jeugdzorg 50.0 400000.0 200000.0
Sociaal domein Bijzondere Bijstand en minimabeleid None None None
Sociaal domein Leerlingenvervoer 50.0 50000.0 25000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Rechtmatigheid None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Planschade None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Bezwaarschriften en andere procedures 30.0 50000.0 15000.0
Dividend/Rente Renteontwikkeling 50.0 100000.0 50000.0
Overig Contractbeheer None None None
Grondexploitatie Inkomsten lopende bouwexploitatie None None None
Kapitaalgoederen Kapitaalgoederen 29.9539170506912 1085000.0 325000.0
Belasting Lagere opbrengsten bouwvergunningen None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Verzekeringsrisico 33.3333333333333 75000.0 25000.0
Overig Specifieke uitkeringen None None None
Informatieveiligheid Automatiseringsbeveiliging 30.4878048780488 820000.0 250000.0
Calamiteiten, rampen Crisisbeheersing en rampenbestrijding None None None
Bodemsanering Milieu en verontreiniging 50.0 650000.0 325000.0
Onderwijs Onderwijs None None None
Omgevingswet Omgevingswet 33.3333333333333 300000.0 100000.0

0 1
0 Ratio weerstandsvermogen per 1 januari 2018
1 Beschikbare weerstandscapaciteit 24.449
2 Benodigde weerstandscapaciteit 3.766
3 Ratio 6,5
4 Waarderingscijfer A
5 Betekenis Uitstekend


0 1
0 Omschrijving Bedrag
1 Algemene reserve 19.969
2 Reserve grondexploitatie (voor risicoreservering) 2.356
3 Stille reserve 1.160
4 Onvoorzien 59
5 Totaal 23.544


0 1 2 3 4
0 1 januari 2018 1 januari 2019 1 januari 2020 1 januari 2021
1 O S M Begrotingsruimte nbenutte belastingcapaciteit tructurele investeringsruimte aatregelen financieel gezonde positie 135 92 0 678 135 92 0 1.172 135 92 250 1.213 135 92 250 1.114
2 Totaal 905 1.399 1.690 1.591


0 1 2
0 Kans / Verbeterpotentieel Score %
1 Zeer klein Klein Gemiddeld Groot Zeer groot 1 2 3 4 5 10% 30% 50% 70% 90%


0 1
0 Financiële impact Score
1 < € 50.000 € 50.001 - € 100.000 € 100.001 - € 500.000 € 500.001 - € 1.000.000 > € 1.000.001 1 2 3 4 5


0 1
0 Begrotingsruimte 135
1 Onbenutte belastingcapaciteit 92
2 Onbenutte nieuwe investeringen 0
3 Maatregelen financieel gezonde positie 678
4 Totale Structurele weerstandscapaciteit 905
5 I ncidentele en structurele weerstandscapaciteit 24.449
6 R i s i co-inventarisatie
7 Algemene dienst 1.424
8 Grondexploitatie 2.342
9 Totale risico-inventarisatie 3 . 766
10 Verschil weerstandscapaciteit en totale risicoinventarisatie 20.683


0 1 2 3 4 5 6
0 Risico Kans Impact Risico- Financiële Financiël score impact bij e impact Bedragen x € 1.000 100% x kans
1 Inkomsten
2 1 Algemene Uitkering 3 3 9 200 100
3 2 Debiteurenrisico algemeen - - - - -
4 3 OZB / WOZ - - - - -
5 4 Dividenden 1 3 3 475 50
6 5 Debiteuren Sociale zaken - - - - -
7 6 Garantstellingen en gewaarborgde geldleningen - - - - -
8 7 Leningen aan personeel - - - - -
9 Verbonden Partijen
10 8 Verbonden Partijen - - - - -
11 9 Gemeenschappelijke Regelingen 2 3 6 150 45
12 Bedrijfsvoering
13 10 Onverzekerde risico’s. - - - - -
14 11 Personeel (bestuur en ambtenaren) 2 3 6 200 60
15 12 Werkprocessen - - - - -
16 13 Imagoschade - - - - -
17 14 Organisatierisico’s - - - - -
18 Open eind regelingen
19 15 Participatiewet 2 3 6 400 120
20 16 Wmo 2 3 6 300 90
21 17 Jeugdzorg 3 3 9 400 200
22 18 Bijzondere Bijstand en minimabeleid - - - - -
23 19 Leerlingenvervoer 3 1 3 50 25
24 Juridisch
25 20 Rechtmatigheid - - - - -
26 21 Planschade - - - - -
27 22 Bezwaarschriften en andere procedures 2 1 2 50 15
28 23 Renteontwikkeling 2 2 4 100 50
29 Overig
30 24 Contractbeheer - - - - -
31 25 Inkomsten lopende bouwexploitatie - - - -
32 26 Kapitaalgoederen 2 5 10 1.085 325
33 27 Lagere opbrengsten bouwvergunningen - - - - -
34 28 Verzekeringsrisico 2 2 4 75 25
35 29 Specifieke uitkeringen - - - - -
36 30 Automatiseringsbeveiliging 2 4 8 820 250
37 31 Crisisbeheersing en rampenbest - - - - -
38 32 Milieu en verontreiniging 3 4 12 650 325
39 33 Onderwijs - - - - -
40 34 Omgevingswet 2 3 6 300 100
41 Totaal 1.780
42 80% van het totale risico (afgerond) 1.424


0 1 2
0 I nkomsten
1 1 Algemene uitkering De algemene uitkering betreft een sterk schommelende en onzekere Rijksuitkering. De financiële impact van met name de mei- en septembercirculaire kunnen groot zijn voor de gemeentelijke begroting. Het gaat hierbij vooral om de volgende risico’s: Risico’s die voortvloeien uit het verdeelsysteem • Risico’s die voortvloeien uit de accressystematiek • Integratie-uitkering Sociaal Domein • Daling Rijksuitgaven (trap op- trap af) • Aanpassingen maatstaven • De afgelopen jaren hebben wij als gemeente laten zien dat negatieve financiële consequenties vanuit de algemene uitkering opgevangen konden worden binnen de gemeentelijke begroting. Voor de komende jaren is het de verwachting dat het Rijk over wil gaan naar een andere wijze van verdeling van de algemene uitkering. Voorlopig hanteren wij een afwijking van maximaal € 200.000 per jaar ten opzichte van de huidige begroting. De kans van voorkomen in zowel de mei- als de septembercirculaire is maximaal 50% per jaar. 100
2 2 Debiteurenrisico algemeen Het risico bestaat dat debiteuren hun rekeningen niet tijdig betalen. Wij sturen er in de uitvoeringspraktijk op dat dit risico waar mogelijk wordt beperkt. In 2014 hebben we het invorderingstraject verder aangescherpt. Het debiteurenrisico wordt afgedekt door de voorziening dubieuze debiteuren. -
3 3 OZB/WOZ De kwaliteit van de OZB/WOZ administratie wordt beoordeeld door de Waarderingskamer. Bij het onthouden van goedkeuring mogen beschikkingen niet worden opgelegd waardoor begrote belastinginkomsten niet worden gerealiseerd. -
4 4 Dividend De dividendopbrengsten bedragen circa € 4,75 ton. Wij verwachten voor de komende jaren een redelijk consistent beleid van onze verbonden partijen waarbij de begrote dividenduitkering in onze begroting aan sluit bij de verwachte winstuitkeringen. 50
5 5 Debiteurenrisico Sociale Zaken Voor de vorderingen van sociale zaken is een voorziening gevormd. De hoogte van de voorziening is berekend op basis van te verwachten af te boeken vorderingen gerelateerd aan het verstrijken van de wettelijke termijn van 36 maanden. -
6 F i nanciering
7 6 Garantstellingen en gewaarborgde geldleningen Leningen of garanties worden uitsluitend verstrekt aan door uw raad goedgekeurde partijen. Om de kredietrisico’s te beheersen kunnen zekerheden of garanties worden verlangd van de debiteuren. Onze gemeente heeft de volgende garantstellingen uitstaan: Particulier € 2,5 miljoen en Niet particulier € 35.1 miljoen (woningcorporatie). De particuliere garantstellingen en gewaarborgde geldleningen betreffen leningen met een hypothecair onderpand. Het risico voor deze garantstellingen en geldleningen is daarmee nihil. Onze gemeente is met betrekking -


0 1 2
0 tot de niet-particuliere garantstellingen de tertiaire zekerheid (50% risico gemeente) waar het gaat om het verstrekken van leningen aan woningbouwcorporaties. De primaire en secundaire zekerheden zijn zodanig ingericht, dat tegenvallers goed kunnen worden opvangen.
1 7 Leningen aan personeel Tot 1 januari 2009 zijn, als onderdeel van de secundaire arbeidsvoorwaarden, hypotheken aan personeel verstrekt. Het risico dat hypotheeknemers niet aan hun verplichtingen voldoen is praktisch nihil, omdat tegenover deze leningen een hypothecair onderpand staat. -
2 Verbonden partijen
3 8 W V R N Voormalig Essent De aandelen van voormalig Essent staan voor € 5.500 op onze balans. Momenteel zijn er geen indicaties voor negatieve exploitaties of faillissementen van de voormalige Essent-bedrijven. Het financiële risico voor onze gemeente ligt in de verhouding van 0.06% van het totale faillissementsresultaat. Dit resultaat is op dit moment niet te kwantificeren. adinko Aandeelhouders zijn de provincie Overijssel en gemeenten in Overijssel, de Noordoostpolder en Zuid-West Drenthe. Onze gemeente bezit 83 van de in totaal 2.389 geplaatste aandelen (3.47%). Het financiële risico voor onze gemeente ligt in de verhouding van 3.47% van het totale faillissementsresultaat. Dit resultaat is op dit moment niet te kwantificeren. De totale balanswaarde van Wadinko bedraagt ongeveer € 67.1 miljoen. De afgelopen jaren maakte Wadinko volgens de jaarrekeningen voldoende winst en zijn de inschattingen voor de komende jaren positief. itens N.V. Onze gemeente bezit 38.453 aandelen. Dat is 0.66% van de uitstaande aandelen. Op 31 december 2016 bedroeg het eigen vermogen € 489 miljoen en het vreemd vermogen € 1.250 miljoen. Het financiële risico voor onze gemeente ligt in de verhouding van 0,66% van het totale faillissementsresultaat. Dit resultaat is op dit moment niet te kwantificeren. De afgelopen jaren maakte Vitens volgens de jaarrekeningen voldoende winst en zijn de inschattingen voor de komende jaren positief. endo Onze gemeente bezit 18 van de 991 aandelen. De totale balanswaarde bedraagt € 135 miljoen (balans 1 januari 2017). Het financiële risico voor onze gemeente ligt in de verhouding van 1.8% van het totale faillissementsresultaat. Dit resultaat is op dit moment niet te kwantificeren. De afgelopen jaren maakte Rendo volgens de jaarrekeningen voldoende winst en zijn de inschattingen voor de komende jaren positief. .V. ROVA Gemeenten Per 31 december 2016 heeft N.V. ROVA Holding 10.858 uitstaande aandelen A, B en C. Onze gemeente bezit 302 aandelen A. Dit is 4.29% van het uitstaande aandelenkapitaal A. De totale balanswaarde bedraagt € 86.2 miljoen. Het financiële risico voor onze gemeente ligt in de verhouding van 4.29% van het totale faillissementsresultaat. Dit resultaat is op dit moment niet te kwantificeren. De afgelopen jaren maakte ROVA volgens de jaarrekeningen voldoende winst en zijn de inschattingen voor de komende jaren positief. -


0 1 2
0 N.V. Bank Nederlands Gemeenten (BNG) Onze gemeente bezit 23.712 aandelen BNG. Dit is 0.04% van de uitstaande aandelen. De totale balanswaarde bedraagt € 154,0 miljoen. Het financiële risico voor onze gemeente ligt in de verhouding van 0.04% van het totale faillissementsresultaat. Dit resultaat is op dit moment niet te kwantificeren. De afgelopen jaren maakte BNG volgens de jaarrekeningen voldoende winst en zijn de inschattingen voor de komende jaren positief.
1 9 G B Gemeenschappelijke regelingen Veiligheidsregio Met ingang van 1 januari 2014 zijn de brandweerkorpsen in de regio IJsselland als één organisatie verder gegaan. Onze gemeente draagt hieraan jaarlijks een bedrag van ongeveer € 1.550.000 bij. Op dit moment is het eigen vermogen van de nieuwe brandweerorganisatie niet voldoende toereikend om de risico’s te kunnen afdekken. Onze gemeente heeft een aandeel van bijna 5% in de totale gemeentelijke bijdragen aan de regio. Uitgaande van een voorlopige risico van € 3 miljoen en een kans van voorkomen van 30% houden we rekening met een risico van € 45.000. GD De deelnemende gemeenten hebben hun samenwerking vastgelegd in een gemeenschappelijke regeling, de 'statuten' van de GGD. Zwartewaterland neemt deel in het bestuur. Onze jaarlijkse bijdrage aan de GGD is € 887.000, 4,3% aandeel in de totale gemeentelijke bijdragen aan de regio. De risico's zijn laag en niet gekwantificeerd. VO De deelnemende gemeenten dragen er zorg voor dat de bedrijfsvoerings-organisatie ten allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan haar verplichtingen te kunnen voldoen. In deze beginjaren zijn de kosten niet allemaal te voorspellen en derhalve is dit een onzekerheid. De begroting van de bedrijfsvoeringsorganisatie is beperkt tot programma- en exploitatiekosten. De genoemde risico's hierbij: Mogelijk noodzakelijke extra menskracht als het declaratiesysteem niet • volledig werkt in de matching van facturen. Mogelijk noodzakelijke extra menskracht bij inkoop en contractmanagement • als het relatiebeheer moeizamer verloopt en contractafspraken niet nageleefd worden. Omgevingsdienst IJsselland De Omgevingsdienst heeft op dit moment nog geen duidelijke analyse gemaakt van mogelijke organisatierisico’s. De verwachting is dat dit in 2019 wordt opgepakt middels een nota weerstandsvermogen en risicomanagement. De betaling door de deelnemende gemeenten is vooralsnog gekoppeld aan de ingebrachte taken en medewerkers; inputfinanciering. Vanaf het begrotingsjaar 2020 wordt gefaseerd overgegaan op outputfinanciering.. Vanuit een eerste analyse bij de oprichting van deze GR zijn de volgende risico’s wel benoemd. Begroting, deze was mede gebaseerd op de ervaringen van diverse andere • Omgevingsdiensten. Inputfinanciering loonkosten, de inputfinanciering is zodanig dat de • Omgevingsdienst geen financiële risico’s loopt bij de overname van personeel. Op dit moment zijn de genoemde risico’s niet te kwantificeren. 45


0 1 2
0
1 Bedrijfsvoering
2 10 Onverzekerde risico’s De afgelopen jaren kwam het nauwelijks voor dat niet geraamde claims van extern en intern personeel inzake werkzaamheden en activiteiten ten behoeve van onze gemeente werden ingediend. Ingediende claims bleven financieel beperkt en konden binnen de lopende exploitatie begroting opgevangen worden. -
3 11 Personeel Bij arbeidsongeschiktheid van medewerkers ontvangt onze gemeente de eerste twee jaar geen tegemoetkoming in de ziektekosten. Dit betreft een financieel risico. Na een periode van twee jaar ziekte en bij afkeuring voor minimaal 35%, heeft de medewerker recht op een WGA uitkering. Doordat de gemeente eigenrisicodrager is voor de WGA is dit risico herverzekerd. Gedurende de eerste 2 jaar komt ziektevervanging voor rekening van de gemeente. Een deel van dit risico kan opgevangen worden binnen de personeelsbegroting. Voor leden van het college van burgemeester en wethouders is het risico van arbeidsongeschiktheid en ontslag niet verzekerd. In dat geval vindt doorbetaling van de salariskosten plaats tot aan het moment van herstelmelding, het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, vinden van (vervangend) werk of overlijden. 60
4 12 Werkprocessen Alle hoofdprocessen zijn doorgelicht en gescreend op risico's. Waar nodig zijn beheersmaatregelen getroffen. Parallel daaraan is het traject leanmanagement ingevoerd, waarbij processen tegen het licht zijn/worden gehouden en ontdaan van onnodige processtappen. Op basis van het controleplan worden bij de interne controle de belangrijkste werkprocessen getoetst op rechtmatigheid en doelmatigheid. -
5 13 Imagorisico Gemeenten kunnen een imago of politiek risico lopen bij bijvoorbeeld nieuwe wetgeving of bij het niet behalen van doelstellingen. Imagorisico kan ontstaan door het onjuist of onduidelijk verstrekken van informatie aan burgers of het niet nakomen van bestuurlijke afspraken. De reputatie en integriteit kunnen dan onderwerp van discussie worden. Imagoschade kan worden beperkt door gerichte, adequate en snelle communicatie. De gemeente werkt aan het optimaliseren van het communicatieproces om de kans op imagoschade zoveel mogelijk te beperken. Beveiligingsincidenten brengen voor gemeenten het risico op imago- en financiële schade met zich mee. De politieke consequenties kunnen enorm zijn. Wat de eventuele financiële consequenties voor de gemeente kunnen zijn, is moeilijk in te schatten. -
6 14 Organisatierisico Gemeente Zwartewaterland loopt met betrekking tot haar eigen organisatie continu risico’s. Het gaat er dan vooral over of de organisatie in het geheel haar taken aankan en de medewerkers hier goed op zijn toegerust. Door de decentralisaties in het sociale domein zijn nieuwe taken op gemeenten afgekomen waardoor organisatierisico's worden gelopen. Tevens anticiperen we op de komst van de Omgevingswet en de komst van de fysieke Omgevingsdienst. Deze doelen die met de Omgevingswet worden beoogd, stellen ook eisen aan de doorontwikkeling op rolneming en werkwijze. De risico’s die hieruit voort kunnen vloeien, worden beperkt door het afstemmen van de politieke ambities van de gemeenteraad met de capaciteit van het ambtelijke apparaat, het beschrijven en controleren van werkprocessen, strategisch HR-beleid en het in gang zetten en bewaken van persoonlijke ontwikkelingsplannen in alle lagen van de ambtelijke organisatie Bij het organisatierisico zijn zowel kans als financieel -


0 1 2
0 gevolg niet te kwantificeren. Bij de taakuitoefening vindt telkens de afweging plaats of de de organisatierisico’s eigenstandig kunnen worden opgelost of dat deze beter kunnen worden beheerst door het aangaan van samenwerkingen met andere overheden.
1 Open eind regelingen
2 15 Participatiewet Per 1 januari 2015 is de Participatiewet ingevoerd. Voor 2018 en verdere jaren is het zeer lastig om te voorspellen wat de verwachting van het aantal uitkeringsgerechtigden ten opzichte van 2017 zal zijn. In 2017 hebben wij een flinke toename gezien van het aantal uitkeringsgerechtigden wat vooral het gevolg is van de instroom van statushouders en jongeren. De inkomsten vanuit de BUIG blijven op basis van het landelijke rekensystematiek (t-1) achter bij een stijging van het werkaanbod in het actuele jaar. Dit negatieve financiële verschil kan voor het grootste deel in het opvolgende jaar middels de vangnetregeling opgevangen worden. Voor de gemeente blijft 7½% van het tekort de eigen risico van de gemeente. Gemeente Zwartewaterland kon voor 2016 geen gebruik maken van de vangnetregeling omdat het verschil binnen de 7½% viel. Bij een totale BUIG inkomst van € 2,6 miljoen is de eerste 2 ton die boven deze inkomst uitkomt het risico van de gemeente. Bij de prognoses gaan we voorlopig uit van een uitgave van € 3,16 miljoen wat tot een risico van € 3,6 ton zal leiden. De integratie-uitkering Participatiewet wordt ieder jaar gemiddeld € 35.000 naar beneden bijgesteld. Deze daling dient binnen het participatiebudget opgevangen te worden. Dit wordt een steeds groter risico, omdat de uitstroom van deze doelgroep achter blijft bij de landelijke prognoses. De begroting Participatiewet is en blijft een financieel risico voor de komende jaren. Wanneer er geen positieve resultaten op de overige beleidsclusters binnen het Sociaal Domein behaald zijn, is de reserve Sociaal Domein beschikbaar om deze tegenvallers eventueel op te vangen. 120
3 16 Wmo De ontwikkeling van het Wmo-budget laat zich lastig voorspellen omdat sprake is van een open einde financiering. In die zin bestaat altijd het risico van een schommeling in het aantal aanvragen of een onverwachte grote uitgave voor bijvoorbeeld een woningaanpassing. Om de risico’s te beperken volgen wij de uitgaven op Wmo-gebied periodiek en maken op basis daarvan voorspellingen. Indien nodig, kan het beleid worden aangepast. Per kwartaal worden dashboards gemaakt voor uw raad waarin melding wordt gedaan van de financiële voortgang. In principe hanteert de gemeente Zwartewaterland binnen het Sociaal Domein het beleid dat de uitvoering en de rijksmiddelen budgettair integraal in evenwicht dienen te zijn. Er is een blijvende onzekerheid over de te hanteren grenzen tussen de Wmo, Zorgverzekeringswet en de Wet langdurige zorg. Dit maakt dat bepaalde zorgvragers alsnog onder de Wmo komen te vallen en daarmee zorgen voor extra onvoorziene lasten voor de gemeente. Dit risico is op dit moment financieel niet realistisch te kwantificeren en zal in de komende periode mogelijk duidelijker worden. Met ingang 1 januari 2020 wordt beschermd wonen/maatschappelijk opvang doorgedecentraliseerd naar gemeenten, waardoor gemeenten beleidsmatig en financieel verantwoordelijk zijn voor deze taak. Het landelijk budget is ongeveer € 2,3 miljard wat voor deze gemeente betekent dat het om een bedrag van € 2 miljoen gaat. Landelijk vindt op dit moment een discussie plaats over de invoering van een 90


0 1 2
0 financieel en objectief verdeelmodel, hetgeen negatief voor onze regio kan uitpakken. Het financiële risico hiervan is op dit moment nog niet kwantificeerbaar.
1 17 Jeugdhulp Sinds 1 januari 2015 is de verantwoordelijkheid voor de jeugdhulp overgeheveld naar ons als gemeente. Het bijbehorende Rijksbudget wordt hiervoor ingezet. De tweedelijns jeugdhulp (waar een beschikking voor nodig is) wordt door de BVO (Bedrijfsvoeringsorganisatie IJsselland) namens nog 10 andere gemeenten, ingekocht. Per 1 januari 2017 is de verevening (die gold over de jaren 2015 & 2016) afgeschaft en zijn wij als gemeente financieel verantwoordelijk voor onze eigen kosten t.a.v. de ingezette jeugdhulp. Dit brengt mogelijk een financieel risico met zich mee. Door de uitputting van de jaren 2015 en 2016 verwachten wij dat dit financiële risico in het jaar 2017 en 2018 uitkomt op € 300.000 - € 400.000. Een eventueel tekort kan worden opgevangen door de reserve Sociaal Domein. 200
2 18 Bijzondere bijstand en minimabeleid Met ingang van 1 januari 2015 is het merendeel van de regelingen op grond van de categoriale bijzondere bijstand komen te vervallen. Alleen de Regeling Collectieve Zorgverzekering blijft over. -
3 19 Leerlingenvervoer De toetsingskaders die onze gemeente hanteert vloeien voort uit landelijke wet- en regelgeving. Er is nauwelijks beleidsvrijheid. Het aantal aanvragen fluctueert. Dat geldt ook voor de inhoud van de aanvragen. Ritten naar afzonderlijke locaties en/of op afwijkende tijden kunnen leiden tot relatief hoge meerkosten. Daarnaast heeft ook de prijsontwikkeling in het personenvervoer invloed (bijvoorbeeld stijgende brandstofkosten in het taxivervoer en tariefsverhogingen in het openbaar vervoer). Ook de inkomsten uit eigen bijdragen variëren. 25
4 Juridisch
5 20 Planschade De kans op planschadekosten is klein, omdat waar mogelijk een overeenkomst wordt afgesloten met een externe partij om de planschadekosten te vergoeden. Dit kan in vrijwel alle gevallen. Planschade kan voorkomen bij exploitaties waar we (een deel van) de kosten niet kunnen verhalen, deze zijn echter doorgaans in de grondexploitatie ingecalculeerd. Gemeenten kunnen beoordelingskosten op planschade-risico’s niet verhalen op derden. -
6 21 Bezwaarschriften en andere procedures Het betreft het vergoeden van de kosten van juridische bijstand aan de tegenpartij, waartoe we verplicht zijn in geval van gegrondheid van het bezwaar/beroep. Gemiddeld gaat het om 5 zaken per jaar. 15
7 22 Renteontwikkelingen (Treasury) Gemeenten moeten ervoor zorgen dat zij duurzame toegang hebben tot financiële markten tegen acceptabele, marktconforme condities. Het is van belang de risico’s zoveel mogelijk te beperken en het beheer zo efficiënt mogelijk uit te voeren. Ingezet wordt op zo hoog mogelijke renteopbrengsten en zo laag mogelijke rentekosten, zonder dat daarbij overmatig risico wordt gelopen. In 2014 is een geactualiseerde beleidsnota Treasury door uw raad vastgesteld, waarin de beleidsmatige toetsingskaders zijn vastgesteld. Op de korte termijn verwachten wij geen grote financiële rente risico's. Bij de wijzigingen van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) is de toerekening van rente een belangrijk aandachtspunt. De rente moet vanaf 2017 worden toegerekend aan de taakvelden. Volgens de nieuwe BBV voorschriften wordt de omslagrente berekend door de aan de taakvelden toe te rekenen rente te delen door de boekwaarde per 1 januari van de vaste activa die 50


0 1 2
0 D integraal zijn gefinancierd. De omslagrente moet vervolgens op consistente en eenduidige wijze worden toegerekend aan de individuele activa. De rente-omslag voor 2017 komt uit op 1%. e marktrente ligt onder de gemeentelijke omslagrente en de herfinanciering van lopende leningen vindt op dit moment nog steeds tegen een lagere rente plaats. Bij een oplopende rente en noodzakelijke herfinanciering, waarbij de marktrente hoger is dan de omslagrente of de rente van de af te lossen lening, kunnen er wel risico's ontstaan. Vanuit treasury wordt getracht altijd een spreiding van deze risico's te realiseren middels het aangaan van een goed onderbouwde vorm van financiering en de looptijd van de financiering. De verwachting voor het komende jaar is dat de rente nog steeds laag is. De rente op de geld- en kapitaalmarkt wordt voornamelijk bepaald door het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB). De belangrijkste rentetarieven van de ECB zijn in 2016 niet gewijzigd en bevinden zich nog steeds op een zeer laag niveau. De ECB heeft het opkoopprogramma van obligaties, met als doel het aanjagen van de inflatie, tot maart 2017 verlengd. Het risico dat de rente zal gaan stijgen in de komende jaren bij een aantrekkende economie is beduidend hoger geworden. Voor Zwartewaterland betekent een stijging van het rentepercentage van 1% een bedrag van ongeveer € 100.000 extra kosten voor herfinanciering van lopende leningen. We schatten in dat de kans op een stijging van de rente ongeveer 50% is.
1 Overig
2 23 Contractbeheer Het gemeentelijke contractbeheer is in een digitaal contractenboek ondergebracht. In het contractenboek is een functionaliteit ingebouwd waarmee de organisatie een bericht ontvangt als de signaleringsdatum is bereikt. De interne contractverantwoordelijke biedt het contract aan om te registreren en wordt hierop geattendeerd over de signaleringsdatum . Deze contractverantwoordelijke gaat al dan niet tot actie over (verlengen contract, beëindigen contract, nieuwe contractbesprekingen en dergelijke). Het antwoord wordt weer verwerkt in het digitaal contractenboek. De risico’s zijn in beeld en de kans op voorkomen is nihil en acceptabel. -
3 24 Inkomsten lopende bouwexploitatie Op basis van een overeenkomst tussen onze gemeente en commerciële partijen hebben we in de begroting rekening gehouden met een jaarlijkse bijdrage per woning uit commerciële bouwexploitaties. Tag West is meegenomen in de grondexploitaties. Uitgangspunt is dat jaarlijks vanuit de grondexploitatie het vaste bedrag van € 260.000 wordt afgedragen aan de begroting. Eventuele jaarlijkse tekorten/risico’s komen daarom niet ten laste van de jaarrekening, maar van de exploitatie Tag. In het kader van de weerstandscapaciteit zou dan geen risico meer worden berekend. -
4 25 Onderhoud kapitaalgoederen De paraplunota Kapitaalgoederen is in 2017 door uw raad vastgesteld. Hierin is aangegeven dat het onderhoud van de openbare ruimte op kwaliteitsniveau C plaatsvindt. Alleen het onderhoud van civiele kunstwerken is vastgesteld op kwaliteitsniveau B. De huidige onderhoudsplannen bevatten risico’s, die mogelijk in de toekomst leiden tot incidentele vervangingen, reparaties of onderhoud. Jaarlijks vindt een actualisatie plaats van het uitvoeringsprogramma Werken. Hierin is een planning opgenomen voor het nieuwe jaar met de belangrijkste investeringen binnen het beheer van kapitaalgoederen. Bij de behandeling van de Zomernota heeft uw raad eenmalig een bedrag van € 600.000 vastgesteld voor een kwaliteitsverbetering van het groen en de voet- en 325


0 1 2
0 W K Riolerin B G O fietspaden binnen de openbare ruimte. Hieronder hebben we de belangrijkste risico’s binnen onze gemeente in beeld gebracht. egen Bij onderhoud aan wegen ontstaat risico wanneer er sprake is van extreme omstandigheden. Schade als gevolg van een strenge winter laat zich voorspellen, omdat hier diverse factoren invloed op hebben, zoals staat van onderhoud, mate van zout strooien en de daadwerkelijke kou. Het financiële risico ligt tussen de € 100.000 en € 500.000 per jaar. unstwerken Tijdens een inspectie is achterstallig onderhoud aan kunstwerken geconstateerd. Het geschatte risico ligt rond de € 175.000 structureel per jaar. De inschatting dat deze kosten daadwerkelijk zullen voorkomen ligt rond de 2 jaar. g Met de vaststelling van het huidige GRP wordt de reserve gebruikt om de schuldpositie te verminderen. Er is bijna geen reserve meer om grote onverwachte problemen op te vangen. Doordat alle rioleringsobjecten geïnspecteerd zijn weten we echter hoe de onderhoudstoestand is en wordt deze gemonitord. In het beheerssysteem en rapportages wordt dit vastgelegd. Mocht er toch een calamiteit optreden in de grote van € 100.000 tot € 500.000, dan is de reserve niet toereikend. De kans dat dit optreedt is klein. Met kleine onverwachte problemen als verstoppingen van huis- of kolkaansluitingen, ingroei van boomwortels of verstopte rioolpompen is in de exploitatie rekening gehouden. Er is voldoende budget en personeel om deze problemen te verhelpen. aggerwerken Voor baggerwerken zijn structurele voorzieningen in de begroting getroffen, voor een deel met eigen dekking door inkomsten uit heffingen. Risico’s zijn moeilijk in te schatten. Waterbodems met een vervuiling zijn voor het belangrijkste deel gesaneerd. Het risico van vervuiling en overige onvoorziene uitgaven kunnen worden opgevangen binnen het gemeentelijk rioleringsplan. emeentelijke gebouwen Het accommodatiebeleidsplan, welke door uw raad in 2017 is vastgesteld, zet in op krachtpanden. Krachtpanden zijn beleidsondersteunend, hebben een openbaar karakter en de functies die hierin zitten zijn levensvatbaar en toekomstbestendig. De keuze voor krachtpanden betekent ook dat in sommige gevallen afscheid wordt genomen van panden die niet het label van ‘krachtpand’ dragen. Krachtpanden kunnen gemeentelijke panden zijn, maar ook in bezit van particulieren (bijvoorbeeld ruimten van zorginstellingen of stichtingen). Waar sprake is van een ‘krachtpand’ worden indien nodig maatregelen getroffen om deze panden ook als zodanig te laten functioneren. In de huidige markt is een aantal panden zeer lastig te verkopen. Met de huidige stand van gebouwen die op de nominatie staan om verkocht te worden is het risico voor de gemeentelijke exploitatie begroting € 250.000 per jaar. De inschatting dat deze kosten daadwerkelijk voorkomen, ligt rond de 4 jaar. penbaar groen In het geval er sprake is van stormschade aan het openbaar groen, worden de extra kosten in deze situaties rond de € 60.000 geschat. Stormschade komt gemiddeld één keer in de drie jaar voor. Er is een toename van de kosten te verwachten wegens de groei van bomen in jonge wijken, de wijziging van weersomstandigheden en de aantasting van bomen door nieuwe boomziekten, zoals Essentaksterfte. lastig


0 1 2
0 Huur- en pachtbeleid Door uitvoering van het huur- en pachtbeleid generen we inkomsten.
1 26 Opbrengsten bouwleges De lokale woning-, bedrijfs- en industriële bouw trekt al weer duidelijk een paar jaar aan. Kleine en grote bouwvoornemens worden aangedragen. Dit wil niet direct zeggen dat hier uitvoering aan gegeven wordt. Wel is merkbaar dat de ondernemer weer wil investeren ten gunste van de bedrijfsvoering. Voor 2018 is het de verwachting dat de grote bouwaanvragen verder zullen aantrekken. Met name in Genemuiden is als gevolg van grondruilingen de ambitie voor uitbreiding van locatie op korte termijn aanzienlijk vergroot. Ook in Hasselt staan enkele bouwinitiatieven op de rol. Echter het blijft onduidelijk of deze verwachtingen de komende jaren tot grote investeringen of kleinere inpandige verbouwingen zullen leiden. Dit laatste geeft onzekerheden met betrekking tot de verwachting van de hoogte van de bouwlegesinkomsten. Hier kunnen grote verschillen uit voortkomen. Op basis van de bouwlegesinkomsten 2016 wordt het risico voor 2018 als nihil gezien. Met ingang van 1-1-2019 is het de verwachting dat het Rijk het wetsvoorstel aangaande de private kwaliteitsborging in de bouw gaat doorvoeren. Dit houdt in dat de toetsing, preventief als repressief, ten aanzien van het Bouwbesluit bij de private sector zal worden neergelegd. Aansluitend hierop is het de verwachting dat de bouwleges neerwaarts bijgesteld of (net als bij milieuvergunningen) niet meer geïnd zullen worden. Als deze verwachting zich doorzet, dient dit risico ondervangen te worden. Ten aanzien van de inkomsten bouwleges is het de verwachting dat de verlaging beperkt zal zijn als de legesverordening kostendekkend blijft. Als gemeente toetsen wij namelijk niet intensief aan het Bouwbesluit, dus zal het effect op de kostendekkendheid beperkt zijn. Volledige afschaffing van de leges zal door het Rijk aangevuld worden. -
2 27 Verzekeringsrisico’s De vaste activa zijn verzekerd tegen de meest voorkomende gevallen van schade. Daarnaast heeft de gemeente andere verzekeringen voor: Fraude en berovingen, Motorrijtuigen, Aansprakelijkheid (aansprakelijkheidsstelling gemeente), Ongevallen (waar onder verkeersbrigadiers, vrijwilligers en bedrijfshulpverleners), Rechtsbijstand, College beschermingspolis, Verzekering werkmaterieel, Dienstritten, Werkgeversaansprakelijkheid, Bouw- en montage. Tweejaarlijks wordt de gehele verzekeringsportefeuille doorlopen en geactualiseerd. Het risico van onder- of oververzekering blijft hierdoor beperkt. De afgelopen jaren zien we wel een flinke stijging van het aantal zaken waarbij de gemeente aansprakelijk wordt gesteld voor de geleden schade door burgers. Het aantal ligt jaarlijks rond de 30 zaken De gemeente is in principe verzekerd voor dit soort claims, maar dient wel bij toekenning van de claim rekening te houden met een eigen risico van € 2.500 per zaak. Met dit eigen risico is niet expliciet rekening gehouden in de gemeentelijke budgetten. 25
3 28 Specifieke uitkeringen Gemeenten lopen risico dat door vertraging of onduidelijke administratieve vastlegging gelden vanuit de specifieke uitkeringen terugbetaald moeten worden. Wij trachten dit te voorkomen door het zorgvuldig vastleggen van subsidievoorwaarden en de controle hierop. Dit leidt tot de vaststelling door de gemeenteraad van de SISAbijlage in de jaarrekening. -
4 29 Automatiseringsbeveiliging De risico's bestaan uit informatiecriminaliteit zoals hack-pogingen, stroomstoringen of ernstige computerstoringen door brand of iets dergelijks waardoor ICT systemen gedurende uren of dagen niet te gebruiken zijn. Het optreden van een gebeurtenis die, bij het ontbreken van passende maatregelen, duidelijk waarneembare gevolgen (materieel dan wel immaterieel) voor de organisatie heeft, noemen we een calamiteit. 250


0 1 2
0 Het gaat daarbij om gevolgen zoals vitale informatie die verloren gaat, financiële controle die niet meer mogelijk is, informatie die niet meer beschikbaar is, goederen en diensten die niet geleverd kunnen worden, demotivatie bij medewerkers, chaos en fraude. Op 1 januari 2016 is de meldplicht datalekken ingegaan. Deze meldplicht houdt in dat organisaties (zowel bedrijven als overheden) direct een melding moeten doen bij het College bescherming persoonsgegevens (CBP) zodra zij een ernstig datalek hebben. En soms moeten zij het datalek ook melden aan de betrokkenen (de mensen van wie de persoonsgegevens zijn gelekt). Is een datalek ten onrechte niet bij het CBP gemeld, dan kan het CBP een boete geven. Deze bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 820.000, het bedrag van de zesde categorie van artikel 23, vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht. Dat is per 1 januari 2016 maximaal 820.000 euro. Het risico op (ernstige) datalekken is reëel, met name door (onbewuste) onzorgvuldige gegevensverwerking en gegevensbeheer tijdens de werkprocessen waarbij persoonsgegevens worden gebruikt. Een aantal (beheerste) incidenten in het recente verleden heeft dit aangetoond. De benodigde ICT-beveiligingsmiddelen, die getroffen zijn zoals firewall, virusscanner, beveiligde email en beveiliging rondom de website, zijn operationeel maar het gevaar zit dus vooral in het handelen van de medewerkers. Voor wat betreft risico en schade door stroom- en netwerkschade is de financiële impact niet goed te kwantificeren aangezien vrijwel alle werkprocessen binnen het gemeentehuis komen stil komen te liggen. Noodvoorzieningen voor zowel stroom- als netwerkvoorzieningen zijn aanwezig (onder meer dagelijkse back-ups) maar de kosten gaan vooral in gevolgschade zitten doordat werkprocessen zoals subsidieaanvragen en de uitgifte van reisdocumenten geen doorgang kunnen vinden. De kosten komen voort uit de tijdelijke onderbreking van de primaire werkprocessen en besluitvormingsprocessen.
1 30 Crisisbeheersing en rampenbestrijding In 2012 heeft de provincie Overijssel een risicokaart van Zwartewaterland opgemaakt, die elke 4 jaar wordt geactualiseerd. Deze risicokaart biedt de gemeente en haar inwoners de mogelijkheid maatregelen te treffen. Om de operationele slagkracht bij crisissituaties in de responsfase te vergroten, is het van belang snel uitvoering te (kunnen) geven aan het opstarten van processen, inzetten van middelen en het doen van uitgaven zonder last of ruggespraak. De gemeente en andere organisaties nemen preventieve maatregelen om crisissituaties te voorkomen. Dit is echter geen garantie dat crisissituaties zich nooit meer voordoen. In geval van crisis dient direct gehandeld te kunnen worden. In de begroting is hiervoor geen budget opgenomen. De gemeenten in de veiligheidsregio IJsselland hebben gezamenlijk in het Handboek Bevolkingszorg de gemeentelijke processen nader een teamplan uitgewerkt. In de gevallen waar nodig is er mandaat geregeld, met daaraan een budget gekoppeld, om te trachten de noodzakelijke uitgaven te beheersen. Rampen kunnen zich in allerlei verschijningsvormen voordoen. Dit is een bestuurlijk en financieel risico. Indien nodig worden personeel en materieel ingezet. Dit leidt tot kosten voor onze gemeente. Onze gemeente beschikt over de benodigde rampenbestrijdingsplannen. Communicatie speelt hierbij een cruciale rol. -
2 31 Milieu- en bodemverontreiniging Bij gemeentelijke besluiten lopen wij het risico om bedrijven geluid (of lucht)ruimte toe te kennen die achteraf niet opgelegd had kunnen worden. Het betreft met name oudere vergunningen, waarbij mogelijk klachten over geluid/lucht komen dan wel naar aanleiding van handhaving. Het grootste risico is dat het bedrijf niet meer op die locatie kan functioneren en uitgekocht moet worden. Deze kosten zijn niet te voorzien. Een tweede mogelijkheid is dat er wel voorzieningen mogelijk zijn, maar niet afdwingbaar bij het bedrijf. Deze voorzieningen moeten wij dan als gemeente bekostigen. Daarnaast zijn er kosten als gevolg van noodzakelijke woningsanering zoals gevelisolatie maatregelen. Dit betreffen maatregelen die noodzakelijk zijn, nadat een 325


0 1 2
0 geluidwerend gebouw door de gemeente is gesloopt. Het effect is dat de geluidbelasting op de woning toeneemt en boven de voorkeursgrenswaarde uitkomt. Op basis van de afgelopen 10 jaar is de verwachting dat geluidsrisico’s eens in de vijf jaar kunnen voorkomen. De geschatte kosten zijn, afhankelijk van de saneringsmaatregel, ongeveer € 100.000. Hiervoor is geen dekking in de begroting of verzekering opgenomen. Bij calamiteiten kan er een bodemverontreiniging ontstaan op gemeentelijk grondgebied. Veelal worden de kosten verhaald op de verzekering van de veroorzaker. Risico is echter dat de dader niet te achterhalen is. Dit speelt bij grondwerkzaamheden, waarbij onverwachts een ernstige verontreiniging wordt aangetroffen. De kosten van een onderzoek naar de verontreiniging en de kosten van het opruimen kunnen variëren van enkele tienduizenden euro's tot een veelvoud daarvan. Op basis van gemeentelijke historie houden we rekening met een financieel risico van € 100.000 voor het onvoorzien en niet in de begroting afgedekte sanering van bodemverontreiniging. Gemeente Zwartewaterland houdt in zijn begroting voor de afvalstofheffing rekening met jaarlijkse bijdrage vanuit de producenten voor de aanlevering van plastic, metaal en drankenkarton verpakkingen door gemeenten. Dit is een aanzienlijke vergoeding (€ 450.000 p/jr). De vergoeding staat al enige tijd ter discussie en daarom kan hij als gemeentelijke inkomst-risico aangemerkt worden. Momenteel vindt op landelijk niveau overleg plaats tussen gemeenten, afvalverwerkers en de producenten over de wijze en garantie van vergoeding. Een eventueel structureel lagere vergoeding betekent mogelijk een structurele bijstelling naar boven van het afval tarief of een structurele onttrekking van middelen uit de algemene dienst om het huidige tarief zo veel mogelijk te garanderen. We prognosticeren voorlopig een risicobedrag van € 225.000, waarbij we inschatten dat de kans van voorkomen eens in de 2 jaar is.
1 32 Onderwijs De betalingen in het kader van de doordecentralisatie huisvesting Agnieten College locatie Zwartsluis vormen een financieel risico voor de gemeente. In de doordecentralisatie-overeenkomst is vastgelegd dat de hoogte van de jaarlijkse bijdrage, die het schoolbestuur van de gemeente ontvangt, deels afhankelijk is van het aantal leerlingen dat de school bezoekt. Voor iedere leerling boven de 475 ontvangt de school een extra bijdrage van € 552. De verwachting ten tijde van het afsluiten van de overeenkomst was dat het leerlingenaantal in 2014 een piek zou hebben bereikt, met een aantal van 598, en daarna langzaam zou gaan afnemen. Vanaf 2025 zou het aantal leerlingen volgens de prognose onder de 475 uitkomen. In de praktijk zien we deze daling nog niet. Momenteel ligt het aantal leerlingen zelfs rond de 650. Bij de besluitvorming rondom de Zomernota 2017 heeft uw raad ingestemd met een structurele ophoging van het budget ten behoeve van de jaarlijkse bijdrage aan de Agnietencollege van € 125.000. Door deze ophoging neemt het huidige risico af tot nihil. Echter een stijging van de inflatie en de leerlingenaantal in de toekomst kan weer tot een verhoging van dit risico leiden. De verwachting van een stijging van het leerlingenaantal aan de Agnietencollege Zwartsluis is op basis van de huidige beschikbare informatie echter beperkt. -
2 33 Omgevingswet Het tijdstip van invoering van de Omgevingswet is op dit moment nog onduidelijk. Echter er zijn nog veel onzekerheden en risico’s met betrekking tot de invoering, met name in relatie tot ICT. Het Rijk is bezig met het ontwikkelen van een Digitaal Stelsel Omgevingswet. De impact en gevolgen die dit met zich mee brengt zijn op dit moment onduidelijk. Ook is het gereserveerde bedrag voor de invoering onzeker. Dit komt omdat de startnotities nog niet zijn opgesteld. Deze moeten meer inzicht geven in de wijze van invoering van de Omgevingswet. In de loop van dit jaar zal steeds gerichtere informatie beschikbaar komen, waarmee de ramingen aangescherpt moeten worden. Voorlopig dienen wij rekening te houden met een geschat risicobedrag 100 van


0 1
0 € 300.000, waarvan wij op dit moment inschatten dat de kans van voorkomen 30% is.
1 Totaal 1.780
2 Totaal 80% 1.424


0 1 2 3 4
0 Exploitatie/NIEGG (Bedragen in € 1.000) Inschatting risico t.b.v. risicoreserve Risicobedrag Winstneming Afboeking / Voorziening Neg. Risicobedrag na afboeking / Voorziening
1
2 Waterfront Basis scenario 611 -565 46
3 Kranerweerd Basis scenario - - -
4 Om de Weede Midden scenario 2.734 - 2.734
5 Agnietenterrein Midden scenario 148 - 148
6 Totaal 3.493 -565 2.928


0 1
0 Weerstandscapaciteit
1 I ncidenteel
2 Algemene Reserve 19.969
3 Reserve Grondexploitatie 2.356
4 Stille Reserve 1.160
5 Onvoorzien 59
6 Totale Incidentele weerstandscapaciteit 23.544
7 S t r uctureel


0 1 2
0 Waarderingscijfer Ratio weerstandsvermogen Betekenis
1 A > 2,0 Uitstekend
2 B 1,4 < x < 2,0 Ruim voldoende
3 C 1,0 < x < 1,4 Voldoende
4 D 0,8 < x < 1,0 Matig
5 E 0,6 < x < 0,8 Onvoldoende
6 F < 0,6 Ruim onvoldoende


0 1 2 3 4 5 6
0 Verloop van de kengetallen
1 Kengetallen: Jaarrek 2016 Begr 2017 Begr 2018 Begr 2019 Begr 2020 Begr 2021
2 netto schuldquote 126% 149% 147% 133% 125% 113%
3 netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 117% 139% 137% 123% 115% 103%
4 Solvabiliteitsratio 23 % 23% 24% 27% 29% 34%
5 structurele exploitatieruimte 9,5% 8,7% 2,7% 2,5% 2,6% 2,4%
6 grondexploitatie 24 % 34% 32% 23% 21% 20%
7 belastingcapaciteit 125% 120% 113% 114% 116% 117%


2019

Bron

Categorie Risico Kans Max. impact Gewogen bedrag
Gemeentefonds Algemene Uitkering 50.0 200000.0 100000.0
GR / Verbonden partijen Debiteurenrisico algemeen None None None
Belasting OZB / WOZ None None None
Dividend/Rente Dividenden 10.0 400000.0 40000.0
Sociaal domein Debiteuren Sociale Zaken None None None
GR / Verbonden partijen Garantstellingen en gewaarborgde geldleningen None None None
Personeel Leningen aan personeel None None None
GR / Verbonden partijen Verbonden Partijen None None None
GR / Verbonden partijen Gemeenschappelijke Regelingen 30.0 150000.0 45000.0
Overig Onverzekerde risico's None None None
Personeel Personeel (bestuur en ambtenaren) 30.0 200000.0 60000.0
Overig Werkprocessen None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Imagoschade None None None
Personeel Organisatierisico's None None None
Sociaal domein Participatiewet 30.0 400000.0 120000.0
Sociaal domein Wmo 30.0 300000.0 90000.0
Sociaal domein Jeugdzorg 50.0 400000.0 200000.0
Sociaal domein Bijzondere Bijstand en minimabeleid None None None
Sociaal domein Leerlingenvervoer 50.0 50000.0 25000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Rechtmatigheid None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Planschade None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Bezwaarschriften en andere procedures 30.0 50000.0 15000.0
Dividend/Rente Renteontwikkeling 30.0 100000.0 30000.0
Aanbesteding Contractbeheer None None None
Gemeentefonds Inkomsten lopende bouwexploitatie None None None
Kapitaalgoederen Kapitaalgoederen 30.0 1085000.0 325500.0
Grondexploitatie Lagere opbrengsten bouwvergunningen None None None
Overig Verzekeringsrisico 30.0 75000.0 22500.0
Overig Specifieke uitkeringen None None None
ICT algemeen Automatiseringsbeveiliging 30.0 820000.0 246000.0
Calamiteiten, rampen Crisisbeheersing en rampenbestrijding None None None
Bodemsanering Milieu en verontreiniging 50.0 650000.0 325000.0
Onderwijs Onderwijs None None None
Omgevingswet Omgevingswet 30.0 300000.0 90000.0

2020

Bron

Categorie Risico Kans Max. impact Gewogen bedrag
Gemeentefonds Algemene uitkering 50.0 200000.0 100000.0
GR / Verbonden partijen Debiteurenrisico algemeen None None None
Belasting OZB / WOZ None None None
Dividend/Rente Dividenden 10.0 400000.0 40000.0
Sociaal domein Debiteuren Sociale Zaken None None None
GR / Verbonden partijen Garantstellingen en gewaarborgde geldleningen None None None
Personeel Leningen aan personeel None None None
GR / Verbonden partijen Verbonden partijen None None None
GR / Verbonden partijen Gemeenschappelijke regelingen 33.3 225000.0 74925.0
Overig Onverzekerde risico's None None None
Personeel Personeel (bestuur en ambtenaren) 30.0 200000.0 60000.0
Overig Werkprocessen None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Imagoschade None None None
Overig Organisatierisico's None None None
Sociaal domein Participatiewet 50.0 100000.0 50000.0
Sociaal domein WMO 30.0 300000.0 90000.0
Sociaal domein Jeugdzorg 30.0 100000.0 30000.0
Sociaal domein Bijzondere Bijstand en minimabeleid None None None
Sociaal domein Leerlingenvervoer 50.0 50000.0 25000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Rechtmatigheid None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Planschade None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Bezwaarschriften en andere procedures 30.0 50000.0 15000.0
Dividend/Rente Renteontwikkeling 50.0 100000.0 50000.0
Personeel Contractbeheer None None None
Grondexploitatie Inkomsten lopende bouwexploitatie None None None
Kapitaalgoederen Kapitaalgoederen 24.0740740740741 810000.0 195000.0
Belasting Lagere opbrengsten bouwvergunningen 50.0 400000.0 200000.0
Overig Verzekeringsrisico 33.3333333333333 75000.0 25000.0
Overig Specifieke uitkeringen None None None
ICT algemeen Automatiseringsbeveiliging 30.4878048780488 820000.0 250000.0
Calamiteiten, rampen Crisisbeheersing en rampenbestrijding None None None
Bodemsanering Milieu en verontreiniging 50.0 650000.0 325000.0
Onderwijs Onderwijs None None None
Omgevingswet Omgevingswet 33.3333333333333 300000.0 100000.0