Naam Reimerswaal
Code 703
Provincie Zeeland
Inwonertal 22555

2018

Bron

Categorie Risico Kans Max. impact Gewogen bedrag
Sociaal domein Jeugdzorg None None None
Sociaal domein Wet werk en bijstand (WWB) None None None
Sociaal domein Ondersteuning en begeleiding Wmo None None None
Belasting Vennootschapsbelastingplicht (vpb-plicht) None None None
GR / Verbonden partijen Veiligheidsregio Zeeland (VRZ) None None None
Sociaal domein Huishoudelijke hulp None None None
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Aansprakelijkheid vermogensschade None None None
Personeel Pensioen- en wachtgeldvoorziening wethouders None None None
Personeel Disfunctioneren None None None
ICT algemeen Automatisering None None None

0 1 2
0 Kans op een risico Klasse Percentage
1 Gemiddeld een keer per jaar Gemiddeld een keer per 2 jaar Gemiddeld een keer per 3 jaar Gemiddeld een keer per 4 jaar Gemiddeld een keer per 5 jaar Gemiddeld minder dan één keer per 5 jaar 5 4 3 2 1 0,5 90 70 50 30 10 5


0 1
0 Financieel gevolg (x) Klasse
1 x > € 480.000 € 240.000 < x < € 480.000 € 120.000 < x < € 240.000 € 60.000 < x < € 120.000 x < € 60.000 5 4 3 2 1


0 1 2 3
0 R isico top 10 Portefeuillehouder Soort Invloed
1  1. Jeugdzorg De jeugdwet is per 1 januari 2015 in werking getreden. De afgelopen 2 jaar heeft de focus gelegen op de transitie en het uitvoeren van de wettelijke taak. 2017 en verder ligt de focus op transformatie. De financiële afwikkeling 2016 is inmiddels bekend en laat zien dat er sprake is van een geringe overschrijding van de totale kosten Jeugdhulp. Risico op overschrijding is gezien de kosten van de zorgtrajecten afgezet tegen het (geringe) budget de komende paar jaren behoorlijk te noemen. Mogelijkheden voor vermindering of vermijding van het risico: Doordat de gemeente de regie heeft over de gehele keten van jeugdzorg en daarmee ook over de toegang, streven we naar een beperking van de inzet van specialistische (meestal duurdere) zorg. Dit doen we door te investeren in een kwalitatief goed loket (gebiedsteam) waar enkelvoudige vragen over opvoeden en opgroeien worden beantwoord en waar problemen snel worden opgepakt en zo nodig worden doorverwezen. Daarnaast wordt geïnvesteerd in welzijn en preventie-activiteiten om de netwerken in - en samenhang tussen de dorpen te versterken. J.J.L. de Kunder Structureel 35%
2 2. Wet werk en bijstand (WWB) Er is een - voorzichtig - economisch herstel zichtbaar. Daarnaast ondervinden we inmiddels wel effect op de instroom door het feit dat inwoners de maximale WW periode hebben bereikt en nu aangewezen zijn op bijstand (WWB). Ook zijn en worden forse aantallen toegelaten vluchtelingen gehuisvest danwel herenigd met hun gezin of familie. Dit alles resulteert in een toename van het uitkeringsbestand WWB terwijl de uitstroom WWW toch wat achterblijft bij de economische verwachting. Hiernaast dient rekening te worden gehouden met een korting op het budget WWB/inkomensdeel. Dit betekent voor de gemeente een financieel risico Mogelijkheden voor vermindering of vermijding van het risico:  Niet te verminderen, onder meer afhankelijk van de economie en macro factoren, het aantal te huisvesten statushouders etc. Hoe groot het financiële risico zal zijn hangt af van de mate waarin – enerzijds – het bestand toeneemt en – anderzijds – de mate waarin de centrale overheid kort op het gemeentelijke budget. Voor de organisatie ligt hierin een taakstelling; ingezet wordt op het terugdringen van het bestand. Alleen zo kan het financiële risico worden beperkt. J.J.L. de Kunder Structureel 18%
3 3. Ondersteuning en begeleiding Wmo Door ontwikkelingen van het aantal aanvragen en daaruit voortvloeiende toekenningen en daarnaast de kostenontwikkeling binnen het sociaal domein ontstaat een risico op de hoogte van de beschikbare budgettaire middelen. Mogelijkheden voor vermindering of vermijden van het risico:  Door middel van onder meer keukentafel gesprekken goed in beeld brengen wat nu werkelijk nodig is en het ‘voorveld’ binnen het sociaal domein goed ontwikkelen. Met name de GGZ sector is relatief nieuw voor gemeenten. Hier ligt een risico met name door de forse korting op het budget vanuit de rijksoverheid en de veelal dure (zorg)trajecten.. J.J.L. de Kunder Structureel 8%


0 1 2 3
0 Risico top 10 Portefeuillehouder Soort Invloed
1  4. Vennootschapsbelastingplicht (vpb-plicht) Met de komst van de vennootschapsbelastingplicht wordt – onder druk van de Europese Commissie – beoogd om een gelijk speelveld tussen vpb-plichtige particuliere ondernemingen en overheidsbedrijven die niet aan vpb zijn onderworpen, te creëren. Hierdoor ontstaat mogelijk een belastingplicht waarmee in de begroting vooralsnog geen rekening is gehouden. Mogelijkheden voor vermindering of vermijding van het risico: Aan de vpb kan niet worden ontkomen. Aangetoond moet worden welke activiteiten wel of niet onder de vpb vallen of kunnen worden uitgesloten. De activiteiten die onder de vpb vallen en die gekoppeld kunnen worden aan een reserve (bouwgrondexploitatie, jacht- en vissershaven) kunnen het budgettaire beslag voor de organisatie mogelijk dempen. Daarmee is hier op voorhand rekening gehouden. J.J.L. de Kunder Structureel 7%
2 5. Veiligheidsregio Zeeland (VRZ) Door allerlei exogene factoren (o.a. stijgende loonkosten) en vervangingsinvesteringen zullen de kosten voor de veiligheidsregio naar verwachting in de komende jaren weer fors toenemen. Mogelijkheden voor vermindering of vermijding van het risico:  Actief anticiperen op ontwikkelingen. J.S. van Egmond Structureel 4%
3 6. Huishoudelijke hulp Het budgettaire risico wordt bepaald door: • een toename van aanvragen, • de kostenontwikkelingen, • de mogelijke decentralisaties en voorstellen zoals geformuleerd in het regeerakkoord, • en de daarmee verband houdende bezuinigingen door de centrale overheid. Steeds meer taken op het terrein van de AWBZ – zonder volledige financiële compensatie – komen bij de gemeenten te liggen. Mogelijkheden voor vermindering of vermijding van het risico:  De mogelijkheden om het risico te verminderen of vermijden zijn beperkt omdat de vraag voor een groot deel de uitgaven bepaalt. Wel is er constante aandacht voor de uitgaven ontwikkeling, met name door de invoering van de kanteling en de keukentafelgesprekken. In regionaal verband is het beleid erop gericht de huishoudelijke hulp budgettair neutraal uit te voeren. J.J.L. de Kunder Incidenteel 3%
4  7. Aansprakelijkheid vermogensschade Personen- en zaakschade (kort gezegd materiële schade aan persoon of goed) bestaat naast vermogensschade (alle andere vormen van schade naast personen- en zaakschade). Doordat claimcultuur - o.a. door toenemen juridisering - toeneemt, kan het risico op vermogensschade toenemen. Mogelijkheden voor vermindering of vermijding van het risico: Toepassen van juridische kwaliteitszorg en risico- en contractbeheer. J.S. van Egmond Structureel 3%
5 8. Pensioen- en wachtgeldvoorziening wethouders Wanneer een wethouder stopt met de functie kan dat leiden tot een verplichting voor de gemeente tot uitbetaling van wachtgelden. De gemeente dient een voorziening te treffen die deze uitbetalingen van wachtgelden mogelijk maakt. Daarnaast dient de gemeente rekening te houden met uitkering aan overlijdensuitkeringen aan nabestaanden van (ex) bestuurders. Tenslotte moet de gemeente rekening houden met de mogelijkheid van verplichte overdracht van pensioenen aan bestuurders die daartoe een verzoek doen. Mogelijkheden voor vermindering of vermijding van het risico:  Nemen van verdergaande maatregelen om de voorziening op toekomstig niveau te houden. J.S. van Egmond Structureel 2%
6 9. Disfunctioneren Het disfunctioneren van personeelsleden kan tot hogere personeelskosten voor de gemeente leiden. Mogelijkheden voor vermindering of vermijding van het risico:  Optimaliseren HRM beleid. J.S. van Egmond Incidenteel 2%


0 1 2 3
0 Risico top 10 Portefeuillehouder Soort Invloed
1  10. Automatisering Door uitval of verloren gaan van computeromgeving en data(verbindingen) kan de organisatie vertraging oplopen. Het risico bestaat voornamelijk uit loonkosten tijdens improductiviteit. Mogelijkheden voor vermindering of vermijding van het risico: Afspraken aanscherpen, met name in relatie tot de GR Samenwerking De Bevelanden, afdeling ICT. J.S. van Egmond Structureel 2%


0 1 2
0 O mschrijving Bedrag Toelichting
1 Vrij aanwendbaar deel algemene reserve (juli 2016) Onvoorzien incidenteel en structureel Onbenutte belastingcapaciteit 71 120 4.166 Berekende stand algemene reserve per eind 2017 (excl. gelabelde bedragen) min de vastgelegde absolute minimumstand van € 2 miljoen. 2017: stand na besluitraad juli 2017 2018 raming primaire begroting - Verschil tussen volledige en geraamde kostendekkendheid van reiniging en riolering 2018. Dit leidt niet daadwerkelijk tot een verhoging van de weerstandscapaciteit, omdat voor zowel de reiniging als de riolering wordt gewerkt met een egalisatievoorziening.
2 Beschikbare weerstandscapaciteit 4.357


0 1
0 O Bedrag mschrijving
1 Beschikbare weerstandscapaciteit Benodigde weerstandscapaciteit 4.357 2.541
2 Uitkomst (+ = voldoende beschikbaar) 1.816
3 indicator: (beschikbare / door benodigde capaciteit)  Programmabegroting 2018-2021 (juli 2017)  Jaarstukken 2016 (maart 2017)  Bestuursrapportage 2016 (september 2016) 1,7 1,8 1,6


0 1 2
0 Realisatie Raming Begroting Omschrijving 2016 2017 2018
1 A Vaste schulden (conform art. 46 BBV) B Netto vlottende schuld (conform art. 48 BBV) C Overlopende passiva (conform art. 49 BBV) D Financiële activa (conform art. 36, lid b, c, d, e, f) E Uitzettingen < 1 jaar (conform art. 39 BBV) F Liquide middelen (conform art. 40 BBV) G Overlopende activa (conform art. 40a BBV) 29.716 2.545 2.302 -6.660 -26 -748 27.315 25.005 2.500 2.838 2.500 2.500 -5.000 -3.982 -396 -20 -1.000 -1.000
2 H Netto schuld 27.128 25.919 25.341 I Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art. 17, lid c BBV) 51.202 47.586 47.586
3 Netto schuldquote (H/I)x100% 53% 54% 53%


0 1 2
0 Realisatie Raming Begroting Omschrijving 2016 2017 2018
1 A Vaste schulden (conform art. 46 BBV) B Netto vlottende schuld (conform art. 48 BBV) C Overlopende passiva (conform art. 49 BBV) D Financiële activa (conform art. 36, lid b, c, d, e, f) E Uitzettingen < 1 jaar (conform art. 39 BBV) F Liquide middelen (conform art. 40 BBV) G Overlopende activa (conform art. 40a BBV) 29.716 2.545 2.302 -2.860 -6.660 -26 -748 27.315 25.005 2.500 2.838 2.500 2.500 -1.414 -2.720 -5.000 -3.982 -396 -20 -1.000 -1.000
2 H Netto schuld 24.267 24.505 22.621 I Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art. 17, lid c BBV) 51.202 47.586 47.586
3 Netto schuldquote (H/I)x100% 47% 51% 48%


0
0 Realisatie Raming Begroting Omschrijving 2016 2017 2018
1 A Niet in exploitatie genomen bouwgronden (conform art. 38, lid a, punt 1 7 843 843 BBV) B Bouwgronden in exploitatie (conform art. 38, lid b BBV) 2.555 1.274 1.731
2 Totaal 2.562 2.117 2.574 C Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art. 17, lid c BBV) 51.202 47.586 47.586
3 Grondexploitatie: (A+B)/Cx100% 5,00% 4,45% 5,41%


0 1 2
0 Realisatie Raming Begroting Omschrijving 2016 2017 2018
1 A Totale structurele lasten 46.849 45.892 45.892
2 B Totale structurele baten 49.867 47.528 47.528
3 C Totale structurele toevoegingen aan de reserves 1.597 3.175 3.175
4 D Totale structurele onttrekkingen aan de reserves 1.507 2.151 2.151
5 E Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art. 17, lid c BBV) 51.202 47.586 47.586
6 Structurele exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/E x 100% 6% 1% 1%


0
0 Realisatie Raming Begroting Omschrijving 2016 2017 2018
1 A OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde 202 201 203 B Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde 221 230 228 C Afvalstoffenheffing voor een gezin 342 345 347 - - - D Eventuele heffingskorting
2 E Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde 765 776 778 F Woonlasten landelijk gemiddelde voor gezin in t-1 723 723 723
3 Woonlasten t.o.v. landelijk gemiddelde jaar er voor: (E/F)x100% 106% 107% 108%


2019

Bron

Categorie Risico Kans Max. impact Gewogen bedrag
Sociaal domein Jeugdzorg De jeugdwet is per 1 januari 2015 in werking getreden. De afgelopen 3 jaar heeft de focus gelegen op de transitie en het uitvoeren van de wettelijke taak. Vanaf 2017 en verder ligt de focus op transformatie. De financiële afwikkeling 2017 is voorlopig bekend en laat zien dat er sprake is van een forse overschrijding van de totale kosten Jeugdhulp. Risico op overschrijding is gezien de kosten van de zorgtrajecten afgezet tegen het (geringe) budget de komende paar jaren behoorlijk te noemen. Daarbij komt nog dat wettelijk bepaald is dat de zorgaanbieders tot 5 jaar na dato mogen factureren None None 1125000.0
Overig Wet werk en bijstand (WWB) Er is een voorzichtig economisch herstel zichtbaar. Daarnaast ondervinden we inmiddels wel effect op de instroom door het feit dat inwoners de maximale WW periode hebben bereikt en nu aangewezen zijn op bijstand (WWB). Ook zijn en worden forse aantallen toegelaten vluchtelingen gehuisvest danwel herenigd met hun gezin of familie. Dit alles resulteert in een toename van het uitkeringsbestand WWB terwijl de uitstroom WWW toch wat achterblijft bij de economische verwachting. Los daarvan dient rekening te worden gehouden met een korting op het budget WWB/inkomensdeel. Dit betekent voor de gemeente een financieel risico! None None 563000.0
Belasting Precariobelasting Enduris heeft bezwaar gemaakt tegen de precariobelasting. Omdat als eerste bij de gemeente Hulst bezwaar is ingediend is besloten het bewaar door de gemeente Hulst te laten afhandelen en de uitspraak te volgen. Onlangs heeft het gerechtshof in Den Haag een uitspraak gedaan die ongunstig is voor de gemeente Hulst (en de overige Zeeuwse gemeenten). De toekenning van het bezwaar van Enduris heeft aanzienlijke gevolgen voor Reimerswaal. Inmiddels is ook de uitspraak van de Hoge Raad inzake precario 2015 voor de gemeente Hulst nadelig uitgevallen. Zeeuws breed is afgesproken voor 2016 opnieuw in beroep te gaan. Evenals in 2015 zal Hulst de procedure voeren. De andere Zeeuwse gemeenten wachten de uitspraak inzake het beroep van de gemeente Hulst af. None None 475000.0
Sociaal domein Ondersteuning en begeleiding Wmo Door ontwikkeling van het aantal aanvragen en daaruit voortvloeiende toekenningen en daarnaast de kostenontwikkeling binnen het sociaal domein ontstaat een risico op de hoogte van de beschikbare budgettaire middelen. None None 250000.0
Gemeentefonds Algemene uitkering BCF, voorschotregeling 2018 en volgende jaren. Tot nu toe werd een voorschot gegeven op de inschatting in welke mate de declaraties van gemeenten onder het BCF-plafond blijven. Die bedragen liepen op tot ± € 569 miljoen aan het eind van de meerjarenraming. De fondsbeheerders hebben in de meicirculaire 2018 , na aankondiging in maart 2018, de systematiek drastisch aangepast. Met ingang van 2019 worden namelijk de opgenomen voorschotten volledig afgeraamd tot het volledige bedrag dat in 2022 cumuleert naar € 569 miljoen. In de toekomst wordt jaarlijks op basis van de laatste inzichten bij de septembercirculaire van dat jaar een nieuw voorschot gegeven. Dat voorschot wordt vervolgens afgerekend bij de meicirculaire in het volgende jaar. Als overgangsregeling blijft thans het voorschot 2018 ad € 274 miljoen nog wel intact. Bijstelling vindt plaats in september 2018, terwijl afrekening volgt bij de meicirculaire 2019. Wel wordt in de meicirculaire 2018 de structurele doorwerking ervan naar latere jaren afgeraamd. Al met al een flinke aderlating in het budgettair kader. De provinciaal toezichthouder stond de voorschotregeling immers als structureel dekkingsmiddel toe in de (meerjaren)-begroting. Met toestemming van de toezichthouder Provincie Zeeland, wordt voorgesteld vanaf 2019 de volledig weggevallen jaarlijkse bijdragen via een stelpost, 50% van het weggevallen bedrag, toch terug te laten komen in de raming van de algemene uitkering None None 250000.0
Overig Vennootschapsbelastingplicht (Vpb) Met de komst van de vennootschapsbelastingplicht wordt – onder druk van de Europese Commissie – beoogd om een gelijk speelveld tussen vpb-plichtige particuliere ondernemingen en overheidsbedrijven die niet aan vpb zijn onderworpen, te creëren. Hierdoor ontstaat mogelijk een belastingplicht waarmee in de vooralsnog geen rekening is gehouden. None None 214000.0
Overig Veiligheidsregio Zeeland (VRZ) Door allerlei exogene factoren (o.a. stijgende loonkosten) en vervangingsinvesteringen zullen de kosten voor de veiligheidsregio naar verwachting in de komende jaren weer fors toenemen. None None 131000.0
Sociaal domein Huishoudelijke hulp Het budgettaire risico wordt bepaald door: •een toename van aanvragen, • de kostenontwikkelingen (Alpha hulp constructie verboden).Steeds meer taken op het terrein van de AWBZ (zonder volledige financiële compensatie) komen bij de gemeenten te liggen. Het aantal ouderen neemt toe en door de afbouw van verzorgingsplaatsen blijven ouderen langer thuis wonen. Daarnaast heeft ook de extramuralisatie effect op het aantal aanvragen None None 100000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Aansprakelijkheid vermogensschade Personen- en zaakschade (kort gezegd materiële schade aan persoon of goed) bestaat naast vermogensschade (alle andere vormen van schade naast personen- en zaakschade). Doordat claimcultuur - o.a. door toenemen juridisering - toeneemt, kan het risico op vermogensschade toenemen None None 88000.0
Personeel Pensioen- en wachtgeldvoorziening wethouders Wanneer een wethouder stopt met de functie kan dat leiden tot een verplichting voor de gemeente tot uitbetaling van wachtgelden. De gemeente dient een voorziening te treffen die deze uitbetalingen van wachtgelden mogelijk maakt. Daarnaast dient de gemeente rekening te houden met uitkering aan overlijdensuitkeringen aan nabestaanden van (ex) bestuurders. Tenslotte moet de gemeente rekening houden met de mogelijkheid van verplichte overdracht van pensioenen aan bestuurders die daartoe een verzoek doen. None None 75000.0

0 1 2
0 Kans op een risico Klasse Percentage
1 Gemiddeld een keer per jaar Gemiddeld een keer per 2 jaar Gemiddeld een keer per 3 jaar Gemiddeld een keer per 4 jaar Gemiddeld een keer per 5 jaar Gemiddeld minder dan één keer per 5 jaar 5 4 3 2 1 0,5 90 70 50 30 10 5


0 1
0 Financieel gevolg (x) Klasse
1 x > € 480.000 € 240.000 < x < € 480.000 € 120.000 < x < € 240.000 € 60.000 < x < € 120.000 x < € 60.000 5 4 3 2 1


0 1 2 3 4
0 Risico top 10 Portefeuillehouder Soort Invloed Bedrag
1 1. Jeugdzorg De jeugdwet is per 1 januari 2015 in werking getreden. De afgelopen 3 jaar heeft de focus gelegen op de transitie en het uitvoeren van de wettelijke taak. Vanaf 2017 en verder ligt de focus op transformatie. De financiële afwikkeling 2017 is voorlopig bekend en laat zien dat er sprake is van een forse overschrijding van de totale kosten Jeugdhulp. Risico op overschrijding is gezien de kosten van de zorgtrajecten afgezet tegen het (geringe) budget de komende paar jaren behoorlijk te noemen. Daarbij komt nog dat wettelijk bepaald is dat de zorgaanbieders tot 5 jaar na dato mogen factureren. 2. Wet werk en bijstand (WWB) Er is een voorzichtig economisch herstel zichtbaar. Daarnaast ondervinden we inmiddels wel effect op de instroom door het feit dat inwoners de maximale WW periode hebben bereikt en nu aangewezen zijn op bijstand (WWB). Ook zijn en worden forse aantallen toegelaten vluchtelingen gehuisvest danwel herenigd met hun gezin of familie. Dit alles resulteert in een toename van het uitkeringsbestand WWB terwijl de uitstroom WWW toch wat achterblijft bij de economische verwachting. Los daarvan dient rekening te worden gehouden met een korting op het budget WWB/inkomensdeel. Dit betekent voor de gemeente een financieel risico! 3. Precariobelasting Enduris heeft bezwaar gemaakt tegen de precariobelasting. Omdat als eerste bij de gemeente Hulst bezwaar is ingediend is besloten het bewaar door de gemeente Hulst te laten afhandelen en de uitspraak te volgen. Onlangs heeft het gerechtshof in Den Haag een uitspraak gedaan die ongunstig is voor de gemeente Hulst (en de overige Zeeuwse gemeenten). De toekenning van het bezwaar van Enduris heeft aanzienlijke gevolgen voor Reimerswaal. Inmiddels is ook de uitspraak van de Hoge Raad inzake precario 2015 voor de gemeente Hulst nadelig uitgevallen. Zeeuws breed is afgesproken voor 2016 opnieuw in beroep te gaan. Evenals in 2015 zal Hulst de procedure voeren. De andere Zeeuwse gemeenten wachten de uitspraak inzake het beroep van de gemeente Hulst af. C.A. Verburg D.A. Verburg D.A. Verburg Structureel Structureel Structureel 29,1% 14,5% 12,3% 1.125 563 475


0 1 2 3 4
0 Risico top 10 Portefeuillehouder Soort Invloed Bedrag
1 4. Ondersteuning en begeleiding Wmo Door ontwikkeling van het aantal aanvragen en daaruit voortvloeiende toekenningen en daarnaast de kostenontwikkeling binnen het sociaal domein ontstaat een risico op de hoogte van de beschikbare budgettaire middelen. 5. Algemene uitkering BCF, voorschotregeling 2018 en volgende jaren. Tot nu toe werd een voorschot gegeven op de inschatting in welke mate de declaraties van gemeenten onder het BCF-plafond blijven. Die bedragen liepen op tot ± € 569 miljoen aan het eind van de meerjarenraming. De fondsbeheerders hebben in de meicirculaire 2018 , na aankondiging in maart 2018, de systematiek drastisch aangepast. Met ingang van 2019 worden namelijk de opgenomen voorschotten volledig afgeraamd tot het volledige bedrag dat in 2022 cumuleert naar € 569 miljoen. In de toekomst wordt jaarlijks op basis van de laatste inzichten bij de septembercirculaire van dat jaar een nieuw voorschot gegeven. Dat voorschot wordt vervolgens afgerekend bij de meicirculaire in het volgende jaar. Als overgangsregeling blijft thans het voorschot 2018 ad € 274 miljoen nog wel intact. Bijstelling vindt plaats in september 2018, terwijl afrekening volgt bij de meicirculaire 2019. Wel wordt in de meicirculaire 2018 de structurele doorwerking ervan naar latere jaren afgeraamd. Al met al een flinke aderlating in het budgettair kader. De provinciaal toezichthouder stond de voorschotregeling immers als structureel dekkingsmiddel toe in de (meerjaren)-begroting. Met toestemming van de toezichthouder Provincie Zeeland, wordt voorgesteld vanaf 2019 de volledig weggevallen jaarlijkse bijdragen via een stelpost, 50% van het weggevallen bedrag, toch terug te laten komen in de raming van de algemene uitkering. 6. Vennootschapsbelastingplicht (Vpb) Met de komst van de vennootschapsbelastingplicht wordt – onder druk van de Europese Commissie – beoogd om een gelijk speelveld tussen vpb-plichtige particuliere ondernemingen en overheidsbedrijven die niet aan vpb zijn onderworpen, te creëren. Hierdoor ontstaat mogelijk een belastingplicht waarmee in de begroting vooralsnog geen rekening is gehouden. 7. Veiligheidsregio Zeeland (VRZ) Door allerlei exogene factoren (o.a. stijgende loonkosten) en vervangingsinvesteringen zullen de kosten voor de veiligheidsregio naar verwachting in de komende jaren weer fors toenemen. 8. Huishoudelijke hulp Het budgettaire risico wordt bepaald door: •een toename van aanvragen, • de kostenontwikkelingen (Alpha hulp constructie verboden).Steeds meer taken op het terrein van de AWBZ (zonder volledige financiële compensatie) komen bij de gemeenten te liggen. Het aantal ouderen neemt toe en door de afbouw van verzorgingsplaatsen blijven ouderen langer thuis wonen. Daarnaast heeft ook de extramuralisatie effect op het aantal aanvragen D.A. Verburg D.A. Verburg D.A. Verburg J.S. van Egmond D.A. Verburg Structureel Incidenteel Structureel Structureel Incidenteel 6,5% 6,5% 5,5% 3,4% 2,6% 250 250 214 131 100


0 1 2 3 4
0 Risico top 10 Portefeuillehouder Soort Invloed Bedrag
1 9. Aansprakelijkheid vermogensschade Personen- en zaakschade (kort gezegd materiële schade aan persoon of goed) bestaat naast vermogensschade (alle andere vormen van schade naast personen- en zaakschade). Doordat claimcultuur - o.a. door toenemen juridisering - toeneemt, kan het risico op vermogensschade toenemen. 10. Pensioen- en wachtgeldvoorziening wethouders Wanneer een wethouder stopt met de functie kan dat leiden tot een verplichting voor de gemeente tot uitbetaling van wachtgelden. De gemeente dient een voorziening te treffen die deze uitbetalingen van wachtgelden mogelijk maakt. Daarnaast dient de gemeente rekening te houden met uitkering aan overlijdensuitkeringen aan nabestaanden van (ex) bestuurders. Tenslotte moet de gemeente rekening houden met de mogelijkheid van verplichte overdracht van pensioenen aan bestuurders die daartoe een verzoek doen. J.S. van Egmond J.S. van Egmond Structureel Structureel 2,3% 1,9% 88 75
2 3.271


0 1 2
0 Omschrijving Bedrag Toelichting
1 Vrij aanwendbaar deel algemene reserve (juli 2018) Onvoorzien incidenteel en structureel Onbenutte belastingcapaciteit 582 120 4.136 Berekende stand algemene reserve per eind 2018 (excl. gelabelde bedragen) min de vastgelegde absolute minimumstand van € 2 miljoen. 2018: stand na besluitraad juli 2018 2019 raming primaire begroting - Verschil tussen volledige en geraamde kostendekkendheid van reiniging en riolering 2018. Dit leidt niet daadwerkelijk tot een verhoging van de weerstandscapaciteit, omdat voor zowel de reiniging als de riolering wordt gewerkt met een egalisatievoorziening.
2 Beschikbare weerstandscapaciteit 4.835


0 1
0 OBedrag mschrijving
1 Beschikbare weerstandscapaciteit Benodigde weerstandscapaciteit 4.835 3.095
2 Uitkomst (+ = voldoende beschikbaar) 1.740
3 indicator: (beschikbare / door benodigde capaciteit)  Programmabegroting 2019-2022 (juli 2018)  Jaarstukken 2017 (juli 2018)  Bestuursrapportage 2017 (september 2017) 1,5 1,7 1,7


0 1 2
0 Realisatie Begroting Omschrijving 2017 2018 2019
1 A Vaste schulden (conform art. 46 BBV) B Netto vlottende schuld (conform art. 48 BBV) C Overlopende passiva (conform art. 49 BBV) D Financiële activa (conform art. 36, lid b, c, d, e, f) E Uitzettingen < 1 jaar (conform art. 39 BBV) F Liquide middelen (conform art. 40 BBV) G Overlopende activa (conform art. 40a BBV) 27.315 1.924 3.983 -6.523 -19 -515 25.005 25.854 2.838 2.500 2.500 2.500 -3.982 -4.000 -20 -20 -1.000 -900
2 H Netto schuld 26.165 25.341 25.934 I Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art. 17, lid c BBV) 51.940 47.586 51.058
3 Netto schuldquote (H/I)x100% 50% 53% 51%
4 Netto schuldquote per inwoner 1,16 1,13 1,15


0 1 2
0 Realisatie Begroting Omschrijving 2017 2018 2019
1 A Vaste schulden (conform art. 46 BBV) B Netto vlottende schuld (conform art. 48 BBV) C Overlopende passiva (conform art. 49 BBV) D Financiële activa (conform art. 36, lid b, c, d, e, f) E Uitzettingen < 1 jaar (conform art. 39 BBV) F Liquide middelen (conform art. 40 BBV) G Overlopende activa (conform art. 40a BBV) 27.315 1.924 3.983 -1.914 -6.523 -19 -515 25.005 25.854 2.838 2.500 2.500 2.500 -2.720 -1.835 -3.982 -4.000 -20 -20 -1.000 -900
2 H Netto schuld 24.251 22.621 24.100 I Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art. 17, lid c BBV) 51.940 47.586 51.058
3 Netto schuldquote (H/I)x100% 47% 48% 47%
4 1,08 1,01 1,07 Netto schuldquote per inwoner


0
0 Realisatie Begroting Omschrijving 2017 2018 2019
1 A Niet in exploitatie genomen bouwgronden (conform art. 38, lid a, punt 1 6 843 843 BBV) B Bouwgronden in exploitatie (conform art. 38, lid b BBV) 2.653 1.731 2.688
2 Totaal 2.659 2.574 3.531 C Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art. 17, lid c BBV) 51.940 47.586 51.058
3 Grondexploitatie: (A+B)/Cx100% 5,12% 5,41% 6,91%


0 1
0 Realisatie Begroting Omschrijving 2017 2018 2019
1 A Totale structurele lasten 51.564 45.892 49.062
2 B Totale structurele baten 52.293 47.528 51.035
3 C Totale structurele toevoegingen aan de reserves 1.563 3.175 1.831
4 D Totale structurele onttrekkingen aan de reserves 1.522 2.151 1.574
5 E Totale baten (excl. mutaties reserves) (conform art. 17, lid c BBV) 51.398 49.810 51.050
6 Structurele exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/E x 100% 1% 1% 3%


0
0 Realisatie Begroting Omschrijving 2017 2018 2019
1 A OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde 201 203 205 B Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde 230 228 230 C Afvalstoffenheffing voor een gezin 345 347 349 D Eventuele heffingskorting - - -
2 E Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde 776 778 784 F Woonlasten landelijk gemiddelde voor gezin in t-1 723 721 721
3 Woonlasten t.o.v. landelijk gemiddelde jaar er voor: (E/F)x100% 107% 108% 109%


2020

Bron

Categorie Risico Kans Max. impact Gewogen bedrag
Sociaal domein Jeugdzorg De Jeugdwet is per 1 januari 2015 in werking getreden. De eerste 2 jaar heeft de focus gelegen op de transitie en het uitvoeren van de wettelijke taak.Ingaande 2017 lag de focus op transformatie. De financiële afwikkeling 2018 is voorlopig bekend en laat zien dat er sprake is van een forse overschrijding van de totale kosten Jeugdhulp. Risico op overschrijding is, gezien de kosten van de zorgtrajecten afgezet tegen het (geringe) budget de komende paar jaren, behoorlijk te noemen. Daarbij komt nog dat wettelijk bepaald is dat de zorgaanbieders tot 5 jaar na dato mogen factureren. None None 1125000.0
Sociaal domein Wet Werk en bijstand (WWB) Er is een economisch herstel zichtbaar. Daarnaast ondervinden we inmiddels wel effect op de instroom door het feit dat inwoners de maximale WW periode hebben bereikt en nu aangewezen zijn op bijstand(WWB). Ook zijn en worden forse aantallen toegelaten vluchtelingen gehuisvest dan wel herenigd met hun gezin of familie. Dit alles resulteert in een toename van het uitkeringsbestand WWB terwijl de uitstroom WWB toch wat achterblijft bij de economische verwachting. Los daarvan dient rekening te worden gehouden meteen korting op het budget WWB/inkomensdeel.Dit betekent voor de gemeente een financieel risico! None None 563000.0
Sociaal domein Ondersteuning en begeleiding WMO. Door ontwikkeling van het aantal aanvragen en daaruit voortvloeiende toekenningen en daarnaast de kostenontwikkeling binnen het sociaal domein ontstaat een risico op de hoogte van de beschikbare budgettaire middelen. None None 250000.0
Gemeentefonds Algemene uitkering BCF voorschotregeling 2018 en volgende jaren.Tot nu toe werd een voorschot gegeven op deinschatting in welke mate de declaraties van gemeenten onder het BCF-plafond blijven. Die bedragen liepen op tot ± € 569 miljoen aan het eind van de meerjarenraming. De fondsbeheerders hebben in de mei circulaire 2018, na aankondiging in maart 2018, de systematiek drastisch aangepast.Met ingang van 2019 worden namelijk de opgenomen voorschotten volledig af geraamd tot het volledige bedrag dat in 2022 cumuleert naar € 569 miljoen. In de toekomst wordt jaarlijks op basis van de laatste inzichten bij de septembercirculaire van dat jaar een nieuw voorschot gegeven. Dat voorschot wordt vervolgens afgerekend bij de mei circulaire in het volgende jaar. Als overgangsregeling blijft thans het voorschot 2018 ad€ 274 miljoen nog wel intact. Bijstelling vindt jaarlijks plaats in september, terwijl afrekening volgt bij de mei circulaire van het volgende jaar. Al met al een flinke aderlating in het budgettair kader. None None 250000.0
Belasting Vennootschapsbelasting Met de komst van de vennootschapsbelastingplicht wordt – onder druk van de Europese Commissie –beoogd om een gelijk speelveld tussen vpb-plichtige particuliere ondernemingen en overheidsbedrijven die niet aan vpb zijn onderworpen, te creëren.Hierdoor ontstaat mogelijk een belastingplicht waarmee in de begroting vooralsnog geen rekening is gehouden. None None 214000.0
GR / Verbonden partijen Veiligheidsregio Zeeland (VRZ) Door allerlei exogene factoren (o.a. stijgende loonkosten) en vervangingsinvesteringen zullen de kosten voor de veiligheidsregio naar verwachting inde komende jaren weer fors toenemen. None None 131000.0
Sociaal domein Huishoudelijke hulp Het budgettaire risico wordt bepaald door: • een toename van aanvragen, • de kostenontwikkelingen (Alfahulp constructieverboden). Steeds meer taken op het terrein van de AWBZ(zonder volledige financiële compensatie) komen bij de gemeenten te liggen. Het aantal ouderen neemt toe en door de afbouw van verzorgingsplaatsen blijven ouderen langer thuis wonen. Daarnaast heeft ook de extramuralisatie effect op het aantal aanvragen. None None 100000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Aansprakelijkheid vermogensschade Personen- en zaakschade (kort gezegd materiële schade aan persoon of goed) bestaat naast vermogensschade (alle andere vormen van schade naast personen- en zaakschade). Doordat claimcultuur - o.a. door toenemen juridisering -toeneemt, kan het risico op vermogensschade toenemen. None None 88000.0
Personeel Pensioen- en wachtgeldvoorziening wethouders Wanneer een wethouder stopt met de functie kan dat leiden tot een verplichting voor de gemeente tot uitbetaling van wachtgelden. De gemeente dient een voorziening te treffen die deze uitbetalingen van wachtgelden mogelijk maakt. Daarnaast dient de gemeente rekening te houden met uitkering van overlijdensuitkeringen aan nabestaanden van (ex)bestuurders. Ten slotte moet de gemeente rekening houden met de mogelijkheid van verplichte overdracht van pensioenen aan bestuurders die daartoe een verzoek doen. None None 75000.0
ICT algemeen Automatisering Door uitval of het verloren gaan van computeromgeving en data(verbindingen) kunnen de werkzaamheden binnen de organisatie vertraging oplopen. Het risico bestaat voornamelijk uit loonkosten tijdens improductiviteit. None None 70000.0