Naam | Oirschot |
---|---|
Code | 823 |
Provincie | Noord-Brabant |
Inwonertal | 18558 |
2018
Categorie | Risico | Kans | Max. impact | Gewogen bedrag |
---|---|---|---|---|
Sociaal domein | Indicaties Jeugdzorg | 25.0 | 310000.0 | 77500.0 |
Sociaal domein | Wmo: Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang | 10.0 | 450000.0 | 45000.0 |
Bodemsanering | Bodemsanering | 25.0 | 100000.0 | 25000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Bestemmingsplan Buitengebied: Het is niet in te schatten in welke mate schadeclaims ondanks alle communicatie en maatregelen worden ingediend | 25.0 | 400000.0 | 100000.0 |
Bodemsanering | Bodemsanering / crimineel afval | 75.0 | 100000.0 | 75000.0 |
Belasting | Naheffing Attero | 25.0 | 220000.0 | 55000.0 |
Overig | Een duurzame bestuurlijke toekomst | 10.0 | 3200000.0 | 320000.0 |
GR / Verbonden partijen | Verbonden partijen | 50.0 | 250000.0 | 125000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Schadeclaims: Verwachte jaarlijkse schadeclaims die niet specifiek zijn gekoppeld aan dossiers | 90.0 | 10000.0 | 9000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Wet Ketenaansprakelijkheid | 25.0 | 100000.0 | 25000.0 |
Informatieveiligheid | Gegevensbescherming en informatiebeveiliging | 75.0 | 120000.0 | 90000.0 |
GR / Verbonden partijen | Garantstellingen | 10.0 | 8599950.0 | 859995.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Bestemmingsplan Buitengebied: Omdat we niet voldoen aan plicht om tijdig reparaties vast te stellen is risico op dwangsom aanwezig | 50.0 | 100000.0 | 50000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Schadeclaims: Claims in het kader van rechtszaken (specifieke dossiers) | 25.0 | 280000.0 | 70000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Schadeclaims: Mogelijke planschadeclaims | 25.0 | 100000.0 | 25000.0 |
0 | 1 | 2 | |
---|---|---|---|
0 | Waardering | Ratio | Betekenis |
1 | A | > 2 | Uitstekend |
2 | B | 1,4 – 2 | Ruim voldoende |
3 | C | 1 – 1,4 | Voldoende |
4 | D | 0,8 – 1 | Matig |
5 | E | 0,6 – 0,8 | Onvoldoende |
6 | F | < 0,6 | Ruim onvoldoende |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Indicaties Jeugdzorg Sinds 1 januari 2015 zijn we verantwoordelijk voor de indicaties en uitvoering van Jeugdzorg. Het afgelopen jaar is hard gewerkt om te komen tot betrouwbare prognoses op basis van de toegekende zorg opgenomen in de cliëntenadministratie. Op basis van huidige ontwikkelingen en de op handen zijnde aanpassingen van de tarieven zijn extra kosten geraamd in de begroting 2018 en volgende jaren. | ||||
1 | 1. | Landelijk is er sprake van afwijkingen in bestedingen ten opzichte van de door het rijk ontvangen uitkeringen. De berichtgevingen vanuit Eindhoven en Helmond zijn hier een voorbeeld van. M.i.v. 2016 is een nieuw verdeelmodel van toepassing. Het risico is dat ervaringscijfers uit 2016 leiden tot aanpassingen in het verdeelmodel. Omdat moeilijk in te schatten is om welke bedragen het gaat sluiten wij aan bij de bedragen genoemd in de begroting 2017, ook al kennen deze een andere grondslag. | 25% | € 310.000 | € 77.500 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Wmo: Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang Gemeenten zijn verantwoordelijk voor Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. De financiering moet aansluiten op de inhoud. | ||||
1 | 2. | In de huidige situatie zijn centrumgemeenten verantwoordelijk voor deze taak en krijgen die gemeenten op basis van een landelijk verdeelmodel middelen aangereikt van het rijk. M.i.v. 2020 gaat dit veranderen en krijgen individuele gemeenten op basis van een nieuw verdeelmodel middelen. Samenwerking blijft echter noodzakelijk. Het risico is dat deze ontwikkeling de gemeente als gevolg van het nieuwe verdeelmodel meer geld gaat kosten | 10% | € 450.000 | € 45.000 |
0 | |
---|---|
0 | Bodemsanering De risico’s die voor de gemeente voortvloeien uit bodemverontreiniging, zijn moeilijk vooraf in te schatten. Voor saneringsobjecten in het kader van de Wet Bodembescherming wordt de omvang van het risico sterk bepaald door factoren als eigendomssituatie en oorzaak van de bodemverontreiniging. Zoveel mogelijk worden saneringskosten opgenomen in de grondexploitaties. Daarnaast kunnen sommige kosten verhaald worden op eigenaren (bijv. bij een asbestbrand). Maar overige onverwachte kosten zijn niet uitgesloten, waarbij sprake kan zijn van het volledig voor rekening komen van de saneringskosten voor de gemeente. |
1 | 3. Verwachte bodemsanering, potentiële risico’s 25% € 100.000 € 25.000 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Bestemmingsplan Buitengebied In juni 2013 is het bestemmingsplan Buitengebied (fase 2) vastgesteld. Dit is in 2015 onherroepelijk geworden met een verplichting vanuit de Raad van State om een aantal zaken aan te passen binnen 1 jaar. Dit bestemmingsplan beperkt op een aantal gebieden mogelijkheden van de (intensieve) veehouderij. Daaruit kunnen planschadeclaims ontstaan. Via uitgebreide communicatie en een overgangsregeling verwachten wij dat we er alles aan gedaan hebben om deze claims te vermijden. Het risico blijft de komende jaren nog aanwezig. Vanuit een totale inschatting op basis van een planschaderisico analyse verdeeld over de jaren waarop beroep op planschade mogelijk is, komen we tot onderstaande bedragen. | ||||
1 | 4. | Het is niet in te schatten in welke mate schadeclaims ondanks alle communicatie en maatregelen worden ingediend Omdat we niet voldoen aan plicht om tijdig reparaties vast te stellen is risico op dwangsom aanwezig | 25% 50% | € € 400.000 100.000 | € € 100.000 50.000 |
0 | |
---|---|
0 | Bodemsanering / crimineel afval Het illegaal storten van afval, zoals XTC uit laboratoria komt steeds vaker voor in Zuid Nederland. Hoewel de dumpingen in onze gemeenten minder zijn dan in andere Brabantse gemeenten, zijn de opruimingskosten aanzienlijk. |
1 | 5. Verwachte kosten voor opruimen van dumping(en) 75% € 100.000 € 75.000 |
0 | |
---|---|
0 | verplichtingen. Op 18 februari 2015 heeft Attero via haar advocaat een arbitrageaanvraag naar het Nederlands Arbitrage Instituut gestuurd. Ondertussen is een arbitraal eindvonnis gewezen, waaruit blijkt dat Attero geen naheffing in rekening mag brengen. Attero heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot het indienen van een vordering tot vernietiging van het vonnis. Deze vordering is zeer recent afgewezen op grond van het ontbreken van schade voor Attero. Niet bekend is of Attero tegen deze afwijzing in cassatie gaat. In dezelfde kwestie hebben zij een claim weggelegd voor het jaar 2015 . Het is mogelijk dat zij dit ook gaan doen voor de resterende looptijd van het contract, 2016 en januari 2017. Het risico tot naheffing is daardoor nog niet van de baan. Het moge duidelijk zijn dat de gewesten en gemeenten iedere vorm van claim van Attero afwijzen. |
1 | 6. Verwachte naheffing niet behalen volumeplicht 25% € 220.000 € 55.000 |
0 | |
---|---|
0 | Een duurzame bestuurlijke toekomst In een interactief proces met inwoners en instellingen wordt eind 2017 een heroverweging gemaakt over de slagvaardigheid en zelfstandigheid van de gemeente Oirschot. Varianten die hierbij aan de orde komen zijn: van bestuurlijke fusie tot geïntensiveerde samenwerking, van splitsing van de gemeente tot zelfstandig blijven. In die varianten is mogelijk ook een uittreding aan de orde uit de WSD en/of de GRSK. De gemeente blijft wel verantwoordelijk voor de taken die nu aan deze (verbonden) partijen zijn uitbesteed. Naast frictiekosten als gevolg van uittreden moet de gemeente dan zelf deze nieuwe taken gaan organiseren. |
1 | 7. Zoals genoemd bestaat het risico uit frictiekosten en 10% € 3.200.000 € 320.000 kosten van de opzet van een nieuwe organisatie die duurder uitvalt dan de bestaande kosten. |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Verbonden partijen Bij tegenvallende exploitaties kan aanspraak worden gemaakt op extra gemeentelijke middelen. Tot op heden worden de begrotingen van de verbonden partijen/gemeenschappelijke regelingen één op één verwerkt in de begroting van de gemeente. Verbonden partijen dienen te opereren binnen de vastgestelde begrotingen en als er tekorten ontstaan, dan dekken ze dat uit hun reserves. De GRSK heeft geen reserves, dus tekorten moeten de deelnemende gemeenten zelf bijpassen. | ||||
1 | 8. | Het risico bestaat dat exploitaties tegenvallen en dat vertegenwoordigers van gemeenschappelijke regelingen een beroep doen op de gemeentelijke middelen. | 50% | € 250.000 | € 125.000 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Schadeclaims De gemeente kan schadeclaims ontvangen als gevolg van activiteiten die zij verricht. De vraag is of we in een dergelijke situatie aansprakelijk gesteld kunnen worden. Wij zijn daarvoor verzekerd. Her risico betreft schadeclaims, waarvoor we niet of maar deels zijn verzekerd. | ||||
1 | 9. | Verwachte jaarlijkse schadeclaims die niet specifiek zijn gekoppeld aan dossiers Claims in het kader van rechtszaken (specifieke dossiers) Mogelijke planschadeclaims | 90% 25% 25% | € € € 10.000 280.000 100.000 | € € € 9.000 70.000 25.000 |
0 | |
---|---|
0 | Wet Ketenaansprakelijkheid De gemeente kan op grond van de Wet Ketenaansprakelijkheid aangesproken worden voor het niet afdragen van belastingen en premies sociale verzekeringen door aannemers of inleenpersoneel. In het kader van deze wet is de gemeente niet aansprakelijk wanneer het de aanleg van gemeenschapsvoorzieningen betreft, zoals wegen en rioleringen in openbaar gebied. Voor projecten die niet over openbare voorzieningen gaan, is de wet van toepassing. Denk hierbij aan het ophogen van bouwterreinen en andere zaken, voor de verkoop bestemd. Risico beperkende maatregelen bij deze projecten kunnen o.a. zijn.: het opvragen van verklaringen van goed betalingsgedrag alsook rechtstreekse storting van de af te dragen loonheffingen en omzetbelasting op rekening van de Belastingdienst of op een geblokkeerde rekening. |
1 | 10. Aansprakelijkheidsstelling voor het niet afdragen van 25% € 100.000 € 25.000 sociale lasten en premies door aannemers of inleen personeel. |
0 | |
---|---|
0 | Gegevensbescherming en informatiebeveiliging Per 25 mei 2016 is de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking getreden. Vanaf 25 mei 2018 moet de Verordening worden toegepast. Het gaat om alles wat gegevensverwerkende organisaties moeten doen om ervoor te zorgen dat de regels opgenomen in de AVG worden nageleefd en dat hierover verantwoording wordt afgelegd. Als gemeente hebben wij hierin een eigen verantwoordelijkheid, al dan niet in samenwerking met de GRSK. Op dit moment wordt een businesscase opgesteld om te inventariseren welke knelpunten er zijn en welke maatregelen genomen moeten worden. |
1 | 11. Naar verwachting is de uitkomst dat zowel op formatief 75% € 120.000 € 90.000 vlak als op het gebied van informatiebeveiliging aanvul lende middelen nodig zijn. |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Garantstellingen In 2012 is het WBO verkocht aan Laurentius in Breda. In 2013 heeft Laurentius haar Oirschotse bezittingen verkocht aan de corporatie Wooninc. Voor de financiering van het aandeel van niet sociale huurwoningen betrokken bij de verkoop, heeft Wooninc. een gemeentegarantie gekregen van € 11,8 miljoen. Het risico bestaat dat Wooninc. op enig moment niet aan de rente- en aflossingsverplichtingen kan voldoen, waardoor de betrokken bank de gemeente aanspreekt op garantstelling. Onderzoek door een accountantskantoor heeft aangetoond dat Wooninc. een solide partner is. Dit beeld wordt bevestigd in hun jaarverslag 2016. | ||||
1 | 12. | Het aanspreken van de gemeente op haar garantstelling. In dat geval maakt de gemeente gebruik van haar eerste recht van hypotheek en verkoopt het betreffende vastgoed. Het risico is dat de opbrengst onvoldoende is. | 10% | € 8.599.950 | € 860.000 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | |
---|---|---|---|---|---|---|
0 | Kans Financieel gevolg | 10% zeer klein | 25% klein | 50% gemiddeld | 75% groot | 90% zeer groot |
1 | x > € 1.000.000 | 1 | ||||
2 | € 500.000 < x> € 7500.000 | |||||
3 | € 250.000 < x> € 500.000 | 1 | ||||
4 | € 100.000 < x> € 250.000 | 1 | 1 | |||
5 | € 50.000 < x> € 100.000 | 3 | 1 | 2 | ||
6 | x < € 50.000 | 1 | 3 | 1 |
0 | 1 | |
---|---|---|
0 | B eschikbare weerstandscapaciteit per 1 januari 2017 o.b.v. jaarrekening 2016 | Bedrag (x €1.000) |
1 | Algemene reserve Algemene Dienst, een bedrag van € 3.500 is reeds bedoeld als reserve Weerstandsvermogen en risicobeheersing | 9.066 |
2 | Algemene reserve Grondexploitatie / risicoreserve | 3.457 |
3 | Overige bestemmingsreserves algemene dienst | 17.886 |
4 | Overige bestemmingsreserves grondexploitatie | 830 |
5 | Stille reserve(s) (voor zover binnen 1 jaar verkoopbaar en voor zover verkoop de continuïteit van de uitvoering niet aantast | n.v.t. |
6 | Andere onbenutte inkomstenbronnen | 0 |
7 | Post onvoorzien in de begroting 2018 | 19 |
8 | Begrotingsresultaat 2018 | 143 |
9 | Ondergrens weerstandscapaciteit | -/- 397 |
10 | Totaal | 31.004 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
0 | Netto schuldquote | 43,93% | 31,66% | 68,36% | 72,55% | 54,01% | 72,34% | 72,18% |
1 | Netto schuldquote gecorr | 40,89% | 29,33% | 64,77% | 69,27% | 50,87% | 68,46% | 68,38% |
2 | Solvabilteitsratio | 47,46% | 46,09% | 43,98% | 32,72% | 34,31% | 34,33% | 33,61% |
3 | Grondexploitatie | 23,54% | 17,31% | 23,43% | 10,85% | -0,99% | 0,00% | 0,00% |
4 | Structurele exploitatieruimte | -1,36% | 1,01% | -1,41% | 0,15% | 0,60% | 1,79% | 1,87% |
5 | Belastingcapaciteit | 112,32% | 123,51% | 123,45% | 101,73% | 101,73% | 101,73% | 101,73% |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | |
---|---|---|---|---|---|---|
0 | Nr | Omschrijving | Goed | Voldoende | Onvold | |
1 | Ondergr | Bovengr | ||||
2 | 1A | Netto schuldquote | < 53% | 53% | 72% > 72% | |
3 | 1B | Netto schuldquote corr verstr leningen | < 51% | 51% | 69% > 69% | |
4 | 2 | Solvabiliteit | > 36% | 26% | 36% < 26% | |
5 | 3 | Grondexploitatie | < 28% | 28% | 38% > 38% | |
6 | 4 | Structurele exploitatieruimte | > 1,5% | 0,00% | 1,50% < - 0% | |
7 | 5 | Belastingcapaciteit | < 80% | 80% | 110% > 110% |
2019
Categorie | Risico | Kans | Max. impact | Gewogen bedrag |
---|---|---|---|---|
Sociaal domein | Sinds 1 januari 2015 zijn we verantwoordelijk voor de indicaties en uitvoering van Jeugdzorg. Het afgelopen jaar is hard gewerkt om te komen tot betrouwbare prognoses op basis van de toegekende zorg opgenomen in de cliëntadministratie. Daarnaast is een nieuwe Product Diensten Catalogus (PDC) vastgesteld inclusief bijbehorende tarieven. Ook is gebleken dat meer jeugdigen bereikt worden waardoor een groter beroep is gedaan op ondersteuning. Ondanks alles zijn wij in mei 2018 verrast toen de afrekening van de kosten van Jeugdhulp 2017 bekend werd. Het tekort blijkt structureel en is verwerkt in de begroting 2019. | 25.0 | 300000.0 | 75000.0 |
Sociaal domein | Gemeenten zijn verantwoordelijk voor Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. De financiering moet aansluiten op de inhoud. | 50.0 | 450000.0 | 225000.0 |
Sociaal domein | Met ingang van 1 januari 2019 is de eigen bijdrage voor de Wmo gemaximeerd op € 17,50 per vier weken ongeacht het inkomen of de draagkracht. De ISD heeft een onderzoek gedaan naar de mogelijke effecten op het beroep op hulp vanuit de Wmo en verwacht een stijging van het beroep op de Wmo | 75.0 | 100000.0 | 75000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | In juni 2013 is het bestemmingsplan Buitengebied (fase 2) vastgesteld. Dit is in 2015 onherroepelijk geworden met een verplichting vanuit de Raad van State om een aantal zaken aan te passen binnen 1 jaar. Dit bestemmingsplan beperkt op een aantal gebieden mogelijkheden van de (intensieve) veehouderij. Daaruit kunnen planschadeclaims ontstaan. Via uitgebreide communicatie en een overgangsregeling verwachten wij dat we er alles aan gedaan hebben om deze claims te vermijden. Het risico blijft de komende jaren nog aanwezig. Vanuit een totale inschatting op basis van een planschaderisico analyse verdeeld over de jaren waarop beroep op planschade mogelijk is, komen we tot onderstaande bedragen. | 10.0 | 400000.0 | 40000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Omdat we niet voldoen aan plicht om tijdig reparaties vast te stellen is risico op een dwangsom aanwezig | 50.0 | 100000.0 | 50000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Verwachte naheffing niet behalen volumeplicht. Dit risico is sterk afhankelijk van de uitkomst van juridische procedures en verschilt zeer van gemeente tot gemeent | 25.0 | 220000.0 | 55000.0 |
Bodemsanering | De risico’s die voor de gemeente voortvloeien uit bodemverontreiniging, zijn moeilijk vooraf in te schatten. Voor saneringsobjecten in het kader van de Wet Bodembescherming wordt de omvang van het risico sterk bepaald door factoren als eigendomssituatie en oorzaak van de bodemverontreiniging. Zoveel mogelijk worden saneringskosten opgenomen in de grondexploitaties. Daarnaast kunnen sommige kosten verhaald worden op eigenaars (bijv. bij een asbestbrand). Maar overige locaties zijn niet uitgesloten. Daarbij kan sprake zijn van het volledig voor rekening komen van de saneringskosten voor de gemeente. | 25.0 | 100000.0 | 25000.0 |
Bodemsanering | Het illegaal storten van afval, zoals XTC uit laboratoria komt steeds vaker voor in Zuid Nederland. Hoewel de dumpingen in onze gemeenten minder zijn dan in andere Brabantse gemeenten, zijn de opruimingskosten aanzienlijk. | 50.0 | 100000.0 | 50000.0 |
Overig | In het najaar 2018/voorjaar 2019 worden de beleids- en beheerplannen van het ruimtelijk beheer geactualiseerd en opgenomen in een Integraal maatschappelijk beheerkader. Dit geldt ook voor het OVVP. | 25.0 | 400000.0 | 100000.0 |
GR / Verbonden partijen | De provincie heeft de bestuurlijke toekomst van de vijf Kempengemeenten nader bezien en op 14 februari 2018 een rapport uitgebracht: Sterk merk, sterk bestuur! In dit rapport is geconcludeerd dat vanwege de oriëntatie op zowel het stedelijk gebied als de Kempen, Oirschot een zelfstandige positie in blijft nemen binnen de Kempen. Dienstverleningsafspraken met de Kempengemeenten zijn dan leidend voor een te volgen gezamenlijke inhoudelijke koers. GRSK en Kempencommissie kunnen worden opgeheven. Uitwerking van dit rapport vindt plaats in definitieve keuzes die alle Kempengemeenten in het najaar 2018 maken. | 10.0 | 3200000.0 | 320000.0 |
GR / Verbonden partijen | Bij tegenvallende exploitaties kan aanspraak worden gemaakt op extra gemeentelijke middelen. Tot op heden worden de begrotingen van de verbonden partijen/gemeenschappelijke regelingen één op één verwerkt in de begroting van de gemeente. Verbonden partijen dienen te opereren binnen de vastgestelde begrotingen en als er tekorten ontstaan, dan dekken ze dat uit hun reserves | 25.0 | 300000.0 | 75000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | De gemeente kan schadeclaims ontvangen als gevolg van activiteiten die zij verricht. De vraag is of we in een dergelijke situatie aansprakelijk gesteld kunnen worden. Wij zijn daarvoor verzekerd. Her risico betreft schadeclaims, waarvoor we niet of maar deels zijn verzekerd. Verwachte jaarlijkse schadeclaims die niet specifiek zijn gekoppeld aan dossiers | 90.0 | 18000.0 | 16200.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | De gemeente kan schadeclaims ontvangen als gevolg van activiteiten die zij verricht. De vraag is of we in een dergelijke situatie aansprakelijk gesteld kunnen worden. Wij zijn daarvoor verzekerd. Her risico betreft schadeclaims, waarvoor we niet of maar deels zijn verzekerd. | 25.0 | 280000.0 | 70000.0 |
GR / Verbonden partijen | In 2012 is het WBO verkocht aan Laurentius in Breda. In 2013 heeft Laurentius in 2013 haar Oirschotse bezittingen verkocht aan de corporatie Wooninc. Voor de financiering van het aandeel van niet sociale huurwoningen betrokken bij de verkoop, heeft Wooninc. een gemeentegarantie gekregen. Het risico bestaat dat Wooninc. op enig moment niet aan de rente- en aflossingsverplichtingen kan voldoen, waardoor de betrokken bank de gemeente aanspreekt op garantstelling. Onderzoek door een accountantskantoor heeft aangetoond dat Wooninc. een solide partner is. Dit beeld wordt bevestigd in hun jaarverslag 2016. | 10.0 | 9424000.0 | 942400.0 |
Overig | Oirschot is via de gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Eindhoven aangesloten bij de gemeenschappelijke archiefdienst, het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven (RHCe). Op dit moment loopt een onderzoek naar de bedrijfsvoering van het RHCe. Dit naar aanleiding van de financiële en personele tekorten en de weerslag die dit heeft op de uitvoering van haar wettelijke taken en de dienstverlening aan deelnemende gemeenten. Na 1 januari 2019 volgt een onderzoek naar de nadere positionering van het RHCe als archiefinstelling, gescheiden van de Metropoolregio Eindhoven. Als de bestuurscommissie in januari 2019 vaststelt dat een voorlopige doorstart onvoldoende mogelijkheden biedt om het vertrouwen van de deelnemende gemeenten te herstellen, zullen andere toekomstscenario’s voor besluitvorming voorgelegd worden. | 25.0 | 600000.0 | 150000.0 |
0 | 1 | 2 | |
---|---|---|---|
0 | Waardering | Ratio | Betekenis |
1 | A | > 2 | Uitstekend |
2 | B | 1,4 – 2 | Ruim voldoende |
3 | C | 1 – 1,4 | Voldoende |
4 | D | 0,8 – 1 | Matig |
5 | E | 0,6 – 0,8 | Onvoldoende |
6 | F | < 0,6 | Ruim onvoldoende |
0 | |
---|---|
0 | Indicaties Jeugdzorg Sinds 1 januari 2015 zijn we verantwoordelijk voor de indicaties en uitvoering van Jeugdzorg. Het afgelopen jaar is hard gewerkt om te komen tot betrouwbare prognoses op basis van de toegekende zorg opgenomen in de cliëntadministratie. Daarnaast is een nieuwe Product Diensten Catalogus (PDC) vastgesteld inclusief bijbehorende tarieven. Ook is gebleken dat meer jeugdigen bereikt worden waardoor een groter beroep is gedaan op ondersteuning. Ondanks alles zijn wij in mei 2018 verrast toen de afre-kening van de kosten van Jeugdhulp 2017 bekend werd. Het tekort blijkt structureel en is verwerkt in de begroting 2019. |
1 | 25% 300.000 € 75.000 €1. Op dit moment is een onderzoek gaande naar de mogelijkheid om de kosten beter voorspelbaar te maken maar ook beter beheersbaar. |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Wij ontwikkelen hiertoe een rekenmodel dat uitgaat van de variabelen die de kosten beïnvloeden en deze beter voorspelbaar maken. Eind oktober is dit model afgerond. |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Schadeclaims De gemeente kan schadeclaims ontvangen als gevolg van activiteiten die zij verricht. De vraag is of we in een dergelijke situatie aansprakelijk gesteld kunnen worden. Wij zijn daarvoor verzekerd. Her risico betreft schadeclaims, waarvoor we niet of maar deels zijn verzekerd. | ||||
1 | 11. | (cid:1) Verwachte jaarlijkse schadeclaims die niet specifiek zijn gekoppeld aan dossiers (cid:1) Claims in het kader van rechtszaken (specifieke dossiers) | 90% 25% | 18.000 € 280.000 € | 16.200 € 70.000 € |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Wmo: Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang Gemeenten zijn verantwoordelijk voor Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang in het kader van de Wet Maatschappelij-ke Ondersteuning. De financiering moet aansluiten op de inhoud. | ||||
1 | 2. | In de huidige situatie zijn centrumgemeenten verant-woordelijk voor deze taak en krijgen die gemeenten op basis van een landelijk verdeelmodel middelen aange-reikt van het rijk. M.i.v. 2020 gaat dit veranderen en krijgen individuele gemeenten op basis van een nieuw verdeelmodel middelen. Samenwerking blijft echter noodzakelijk. Het risico is dat deze ontwikkeling de gemeente, als gevolg van het nieuwe verdeelmodel, meer geld gaat kosten. Dit risico is latent aanwezig omdat de “dure” cliënten in de Jeugdzorg op termijn van twee tot drie jaar uitstromen naar een voorziening in het kader van Beschermd Wonen. | 50% | 450.000 € | 225.000 € |
0 | |
---|---|
0 | Wmo: Maximering eigen bijdrage in het kader van de Wmo Met ingang van 1 januari 2019 is de eigen bijdrage voor de Wmo gemaximeerd op € 17,50 per vier weken o ngeacht het inkomen of de draagkracht. De ISD heeft een onderzoek gedaan naar de mogelijke effecten op het beroep op hulp vanuit de Wmo en verwacht een stijging van het beroep op de Wmo |
1 | 3. De stijging is voor Oirschot berekend op een bedrag 75% 100.000 € 75.000 €van € 100.000. |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | 4 | (cid:1) Het is niet in te schatten in welke mate schade-claims ondanks alle communicatie en maatregelen worden ingediend (cid:1) Omdat we niet voldoen aan plicht om tijdig repara-ties vast te stellen is risico op een dwangsom aan-wezig | 10% 50% | 400.000 € 100.000 € | 40.000 € 50.000 € |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Naheffing Atterro Het SRE en vijf andere Brabantse gewesten hebben (vertegenwoordigd door de Vereniging van Contracten, VvC) in 1995 een verwerkingsovereenkomst met Atterro afgesloten. Dit contract startte op 1 februari 1997 en loopt op 31 januari 2017 af. In mei 2014 heeft Attero de gemeenten geïnformeerd over het feit dat Attero voornemens is om over de periode 2011-2014 een nahef-fing te factureren i.v.m. het niet voldoen aan de minimale volumeverplichtingen. Op 18 februari 2015 heeft Attero via haar advo-caat een arbitrageaanvraag naar het Nederlands Arbitrage Instituut gestuurd. Ondertussen is een arbitraal eindvonnis gewezen, waaruit blijkt dat Attero geen naheffing in rekening mag brengen. Attero heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot het indie-nen van een vordering tot vernietiging van het vonnis. Deze vordering is zeer recent afgewezen op grond van het ontbreken van schade voor Attero. In dezelfde kwestie hebben zij een claim weggelegd voor het jaar 2015. Tot veler verrassing heeft het Nederlands Arbitrage Instituut (NAI), in een tussenvonnis, Attero in het gelijk gesteld. Als Attero ook in het eindvonnis in het gelijk wordt gesteld, dan zal de VvC een procedure aanspannen tot vernietiging van dit vonnis. Inmiddels heeft Attero ook een naheffing opgelegd over de periode 2016 t/m januari 2017 (einde contract). Nu al staat vast dat de VvC ook die naheffing voorlegt aan het NAI. Mochten de gewesten uiteindelijk aan het kortste eind trekken, dan zullen waarschijnlijk ook de gemeenten binnen de gewesten een (deel van die) naheffing moeten betalen. | ||||
1 | 5. | (cid:1) Verwachte naheffing niet behalen volumeplicht. Dit risico is sterk afhankelijk van de uitkomst van juri-dische procedures en verschilt zeer van gemeente tot gemeente. | 25% | 220.000 € | 55.000 € |
0 | |
---|---|
0 | Bodemsanering De risico’s die voor de gemeente voortvloeien uit bodemverontreiniging, zijn moeilijk vooraf in te schatten. Voor saneringsobjec-ten in het kader van de Wet Bodembescherming wordt de omvang van het risico sterk bepaald door factoren als eigendomssitua-tie en oorzaak van de bodemverontreiniging. Zoveel mogelijk worden saneringskosten opgenomen in de grondexploitaties. Daar-naast kunnen sommige kosten verhaald worden op eigenaars (bijv. bij een asbestbrand). Maar overige locaties zijn niet uitgeslo-ten. Daarbij kan sprake zijn van het volledig voor rekening komen van de saneringskosten voor de gemeente. |
1 | 6. (cid:1) Verwachte bodemsanering, potentiële risico’s 25% € 100.000 25.000 € |
0 | |
---|---|
0 | Bodemsanering / crimineel afval Het illegaal storten van afval, zoals XTC uit laboratoria komt steeds vaker voor in Zuid Nederland. Hoewel de dumpingen in onze gemeenten minder zijn dan in andere Brabantse gemeenten, zijn de opruimingskosten aanzienlijk. |
1 | 7. (cid:1) Verwachte kosten voor opruimen van dumping(en) 50% 100.000 € 50.000 € |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Integraal maatschappelijk beheerkader In het najaar 2018/voorjaar 2019 worden de beleids- en beheerplannen van het ruimtelijk beheer geactualiseerd en opgenomen in een Integraal maatschappelijk beheerkader. Dit geldt ook voor het OVVP. | ||||
1 | 8. | Aandachtspunt is hoe de maatschappelijk opgaven gekoppeld worden aan de instandhouding van de beheerobjecten. Besluitvorming van de raad is bepa-lend voor de consequenties voor de exploitatie en de omvang van de reserves c.q. voorzieningen. | 25% | 400.000 € | 100.000 € |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Een duurzame bestuurlijke toekomst De provincie heeft de bestuurlijke toekomst van de vijf Kempengemeenten nader bezien en op 14 februari 2018 een rapport uitgebracht: Sterk merk, sterk bestuur! In dit rapport is geconcludeerd dat vanwege de oriëntatie op zowel het stedelijk gebied als de Kempen, Oirschot een zelfstandige positie in blijft nemen binnen de Kempen. Dienstverleningsafspraken met de Kempenge-meenten zijn dan leidend voor een te volgen gezamenlijke inhoudelijke koers. GRSK en Kempencommissie kunnen worden opgeheven. Uitwerking van dit rapport vindt plaats in definitieve keuzes die alle Kempengemeenten in het najaar 2018 maken. | ||||
1 | 9. | (cid:1) Naast frictiekosten als gevolg een mogelijk op te heffen gemeenteschappelijke regeling maakt Oir-schot dan ook kosten als gevolg het eventueel on-derbrengen van taken uit de GRSK in een andere samenwerking. Vraag is in hoeverre bijdragen van Rijk en/of Provincie in dit kader te verwachten zijn. | 10% | 3.200.000 € | 320.000 € |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Verbonden partijen Bij tegenvallende exploitaties kan aanspraak worden gemaakt op extra gemeentelijke middelen. Tot op heden worden de begro-tingen van de verbonden partijen/gemeenschappelijke regelingen één op één verwerkt in de begroting van de gemeente. Ver-bonden partijen dienen te opereren binnen de vastgestelde begrotingen en als er tekorten ontstaan, dan dekken ze dat uit hun reserves. | ||||
1 | 10. | (cid:1) Het risico bestaat dat exploitaties tegenvallen en dat vertegenwoordigers van gemeenschappelijke regelingen een beroep doen op de gemeentelijke middelen. | 25% | 300.000 € | 75.000 € |
0 | |
---|---|
0 | Garantstellingen In 2012 is het WBO verkocht aan Laurentius in Breda. In 2013 heeft Laurentius in 2013 haar Oirschotse bezittingen verkocht aan de corporatie Wooninc. Voor de financiering van het aandeel van niet sociale huurwoningen betrokken bij de verkoop, heeft Wooninc. een gemeentegarantie gekregen. Het risico bestaat dat Wooninc. op enig moment niet aan de rente- en aflossingsver-plichtingen kan voldoen, waardoor de betrokken bank de gemeente aanspreekt op garantstelling. Onderzoek door een accoun-tantskantoor heeft aangetoond dat Wooninc. een solide partner is. Dit beeld wordt bevestigd in hun jaarverslag 2016. |
1 | 12. (cid:1) Het aanspreken van de gemeente op haar garant-10% 9.424.000 € 942.400 €stelling. |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Regionaal Historisch Centrum Eindhoven Oirschot is via de gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Eindhoven aangesloten bij de gemeenschappelijke archiefdienst, het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven (RHCe). Op dit moment loopt een onderzoek naar de bedrijfsvoering van het RHCe. Dit naar aanleiding van de financiële en personele tekorten en de weerslag die dit heeft op de uitvoering van haar wettelijke taken en de dienstverlening aan deelnemende gemeenten. Na 1 januari 2019 volgt een onderzoek naar de nadere positionering van het RHCe als archiefinstelling, gescheiden van de Me-tropoolregio Eindhoven. Als de bestuurscommissie in januari 2019 vaststelt dat een voorlopige doorstart onvoldoende mogelijk-heden biedt om het vertrouwen van de deelnemende gemeenten te herstellen, zullen andere toekomstscenario’s voor besluit-vorming voorgelegd worden. | ||||
1 | 13. | (cid:1) Het risico is aanwezig dat het RHCe middelen gaat vragen om de dienstverlening zoals vastgelegd in de afspraken, conform wettelijke taken, te waar-borgen. | 25% | 600.000 € | 150.000 € |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | |
---|---|---|---|---|---|---|
0 | Kans Financieel gevolg | 10% zeer klein | 25% klein | 50% gemiddeld | 75% Groot | 90% zeer groot |
1 | x > € 1.000.000 | |||||
2 | € 500.000 < x> € 1.000.000 | 1 | ||||
3 | € 250.000 < x> € 500.000 | 1 | ||||
4 | € 100.000 < x> € 250.000 | 2 | 1 | |||
5 | € 50.000 < x> € 100.000 | 4 | 2 | 1 | ||
6 | x < € 50.000 | 1 | 1 | 1 |
0 | 1 | |
---|---|---|
0 | Beschikbare weerstandscapaciteit per 31 december 2017 | Bedrag (x €1.000) |
1 | Algemene reserve Algemene Dienst, een bedrag van € 3.500 is reeds be-doeld als reserve Weerstandsvermogen en risicobeheersing | 8.431 |
2 | Bestemmingsreserves | 18.903 |
3 | Bestemmingsreserve Grondexploitatie | 5.843 |
4 | Stille reserve(s) (voor zover binnen 1 jaar verkoopbaar en voor zover ver-koop de continuïteit van de uitvoering niet aantast) | n.v.t. |
5 | Andere onbenutte inkomstenbronnen | 0 |
6 | Begrotingsresultaat | -/- 372 |
7 | Ondergrens weerstandscapaciteit | -/- 397 |
8 | Totaal | 32.408 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
0 | P&C jaarschijf | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 |
1 | Begroting | 11,36 | 15,60 | 12,01 | 9,77 | 12,34 | 16,10 | 15,82 |
2 | Jaarrekening | 13,02 | 12,34 | 10,62 | 12,88 | 13,66 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
0 | engetallen 2015-2022 | Realisatie 2015 | Realisatie 2016 | Realisatie 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | Begroting 2022 |
1 | |||||||||
2 | Netto schuldquote | 43,93% | 31,66% | 25,46% | 72,55% | 61,90% | 86,96% | 88,46% | 83,64% |
3 | Netto schuldquote gecorrigeerd voor leningen | 40,89% | 29,33% | 23,09% | 69,27% | 59,26% | 83,79% | 85,25% | 80,49% |
4 | Solvabiliteitsratio | 47,46% | 46,09 | 46,81% | 32,72% | 37,41% | 38,10% | 38,09% | 39,36% |
5 | Grondexploitatie | 23,54% | 17,31% | 6,04% | 10,85% | -2,07% | 0% | 0% | 0% |
6 | Structurele exploitatie-ruimte | -1,36% | 1,01% | -2,55% | 0,15% | -0,98% | -0,45% | 0,37% | 1,15% |
7 | Belastingcapaciteit | 112,32% | 123,51% | 124,56% | 101,73% | 106,93% | 106,93% | 106,93% | 106,93% |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | |
---|---|---|---|---|---|---|
0 | Nr | Omschrijving | Goed | Voldoende | Onvold | |
1 | Ondergr | Bovengr | ||||
2 | 1A | Netto schuldquote | < 53% | 53% | 72% > 72% | |
3 | 1B | Netto schuldquote corr verstr leningen | < 51% | 51% | 69% > 69% | |
4 | 2 | Solvabiliteit | > 36% | 26% | 36% < 26% | |
5 | 3 | Grondexploitatie | < 28% | 28% | 38% > 38% | |
6 | 4 | Structurele exploitatieruimte | > 1,5% | 0,00% | 1,50% < - 0% | |
7 | 5 | Belastingcapaciteit | < 80% | 80% | 110% > 110% |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
0 | engetallen 2015-2017 | 2015 Realisatie | 2016 Realisatie | 2017 Realisatie | 2018 Begroot | 2019 Begroot | 2020 Begroot | 2021 Begroot | 2022 Begroot |
1 | Netto schuld per inwoner | 1.189,88 € | 869,33 € | 716,61 € | 1.803,76 € | 1.611,19 €€ | 1.799,19 € | 1.824,75 1.764€ | ,00 |
2 | Voorraden in een % van de inkomsten | 23,55% | 18,19% | 6,78% | 10,85% | -5,36% | 0% | 0% | 0% |
3 | Leningen derden in een % van de in-komsten | 9,12% | 5,73% | 2,86% | 2,86% | 2,64% | 3,18% | 3,20% | 3,32% |
2020
Categorie | Risico | Kans | Max. impact | Gewogen bedrag |
---|---|---|---|---|
Sociaal domein | Indicaties Jeugdzorg | 10.0 | 300000.0 | 30000.0 |
Sociaal domein | Wmo: beschermd wonen | 10.0 | 450000.0 | 45000.0 |
Sociaal domein | Wmo: Maximering eigen bijdrage in het kader van de Wmo | 90.0 | 200000.0 | 180000.0 |
Sociaal domein | Wmo: Hulpmiddelen | 75.0 | 150000.0 | 112500.0 |
Sociaal domein | Verdeelmodel | 25.0 | 200000.0 | 50000.0 |
Belasting | Naheffing Atterro | 25.0 | 220000.0 | 55000.0 |
Bodemsanering | Bodemsanering | 25.0 | 100000.0 | 25000.0 |
Bodemsanering | Bodemsanering / crimineel afval | 50.0 | 100000.0 | 50000.0 |
Kapitaalgoederen | Klimatologische omstandigheden | 25.0 | 250000.0 | 62500.0 |
Overig | Vergoeding kunststof verpakkingen Afvalfonds | 90.0 | 50000.0 | 45000.0 |
Overig | Een duurzame bestuurlijke toekomst | 10.0 | 3200000.0 | 320000.0 |
GR / Verbonden partijen | Verbonden partijen | 25.0 | 300000.0 | 75000.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Schadeclaims - algemeen | 90.0 | 18000.0 | 16200.0 |
Juridisch, aansprakelijkheid, claims | Schadeclaims - rechtszaken | 25.0 | 280000.0 | 70000.0 |
GR / Verbonden partijen | Garantstellingen | 10.0 | 9016730.0 | 901673.0 |
Projecten | Regionaal Historisch Centrum Eindhoven | 25.0 | 600000.0 | 150000.0 |
ICT algemeen | ICT | 50.0 | 100000.0 | 50000.0 |
0 | 1 | 2 | |
---|---|---|---|
0 | Waardering | Ratio | Betekenis |
1 | A | > 2 | Uitstekend |
2 | B | 1,4 – 2 | Ruim voldoende |
3 | C | 1 – 1,4 | Voldoende |
4 | D | 0,8 – 1 | Matig |
5 | E | 0,6 – 0,8 | Onvoldoende |
6 | F | < 0,6 | Ruim onvoldoende |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Indicaties Jeugdzorg Sinds 1 januari 2015 zijn we verantwoordelijk voor de indicaties en uitvoering van Jeugdzorg. Het afgelopen jaar is hard gewerkt om te komen tot betrouwbare prognoses op basis van de toegekende zorg opgenomen in de cliëntadministratie. Ook is gebleken dat meer jeugdigen bereikt worden waardoor een groter beroep is op ondersteuning. | ||||
1 | 1. | Op dit moment is een onderzoek gaande naar de mogelijkheid om de kosten beter voorspelbaar te maken maar ook beter beheersbaar en welke verbeteringen in de bedrijfsvoering hiertoe moeten plaatsvinden. | 10% | € 300.000 | € 30.000 |
0 | |
---|---|
0 | Wmo: Beschermd Wonen Beschermd Wonen gaat van de centrumgemeenten over naar alle gemeenten per 2021. Op dit moment heeft Eindhoven (centrumgemeente voor Oirschot) een tekort op Beschermd Wonen. Als Oirschot verantwoordelijk wordt, ook financieel, kan ook Oirschot te maken krijgen met een tekort. Het risico is dat deze ontwikkeling de gemeente als gevolg van het nieuwe verdeelmodel meer geld gaat kosten. Dit risico is latent aanwezig omdat de “dure” cliënten in de Jeugdzorg op termijn van twee tot drie jaar uitstromen naar een voorziening in het kader van Beschermd Wonen. |
1 | 2. M.i.v. 2021 gaat dit veranderen en krijgen individuele 10% € 450.000 € 45.000 gemeenten op basis van een nieuw verdeelmodel middelen. Samenwerking blijft echter noodzakelijk. |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Wmo: Maximering eigen bijdrage in het kader van de Wmo De eigen bijdrage regeling Wmo is gewijzigd. Voor iedereen die een voorziening ontvangt geldt een vaste eigen bijdrage vanaf 1 januari 2019 ongeacht de hoogte van het inkomen en het vermogen. Dit leidt tot meer aanvragen en dus uitgaven Wmo en tot minder inkomsten vanuit het CAK. | ||||
1 | 3. | De ISD heeft de stijging voor Oirschot vorig jaar indicatief berekend op een bedrag van € 100.000. Bij de kwartaalrapportages informeert de ISD ons over de ontwikkeling van dit risico. Bij de recente rapportage van de ISD manifesteert dit risico zich al. | 90% | € 200.000 | € 180.000 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Wmo: Hulpmiddelen Voor de Wmo hulpmiddelen gaat er een aanbesteding lopen. Momenteel liggen de prijzen onder de kostprijs, wat in het kader van een Amendement van Bestuur niet meer kan bij de volgende aanbesteding. Daarnaast is er sprake van prijsstijgingen en is het aantal aanbieders op de markt beperkt. Deze partijen geven aan niet langer op of onder de kostprijs in te willen schrijven. | ||||
1 | 4. | Bij de toekenning van een voorziening kan de mate waarin het risico een financieel effect heeft worden beperkt. Anderzijds zien wij een toenemende vergrijzing die de vraag naar hulpmiddelen niet doet afnemen. | 75% | € 150.000 | € 112.500 |
0 | |
---|---|
0 | Verdeelmodel Er komt een nieuw verdeelmodel voor de rijksbijdragen voor het sociaal domein. Daar wordt op dit moment aan gewerkt. Voor een aantal onderdelen zal in plaats van historische uitgaven een objectief model gaan gelden. Onder meer betreft dit het hiervoor genoemde Beschermd Wonen en de BUIG (Bundeling Uitkering Inkomensvoorzieningen Gemeenten). |
1 | 5. Wij monitoren via de circulaires over de uitkering in het 25% € 200.000 € 40.000 gemeentefonds de ontwikkelingen. |
0 | |
---|---|
0 | gewezen, waaruit blijkt dat Attero geen naheffing in rekening mag brengen. Attero heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot het indienen van een vordering tot vernietiging van het vonnis. Deze vordering is zeer recent afgewezen op grond van het ontbreken van schade voor Attero. In dezelfde kwestie hebben zij een claim weggelegd voor het jaar 2015. Het NAI heeft Attero in een tussenvonnis in het gelijk gesteld. Partijen zijn op dit moment nog steeds met elkaar in gesprek over de hoogte van de vergoeding. Over de inhoud van deze gesprekken wordt nog geen uitspraak gedaan. Voor de periode 2016 – januari 2017 wordt eenzelfde arbitragetraject bij het NAI verwacht. Hierover is nog niets bekend. |
1 | 6. Dit risico is sterk afhankelijk van de uitkomst van juri25% € 220.000 € 55.000 dische procedures en verschilt zeer van gemeente tot gemeente. |
0 | |
---|---|
0 | Bodemsanering De risico’s die voor de gemeente voortvloeien uit bodemverontreiniging, zijn moeilijk vooraf in te schatten. Voor saneringsobjecten in het kader van de Wet Bodembescherming wordt de omvang van het risico sterk bepaald door factoren als eigendomssituatie en oorzaak van de bodemverontreiniging. Zoveel mogelijk worden saneringskosten opgenomen in de grondexploitaties. Daarnaast kunnen sommige kosten verhaald worden op eigenaars (bijv. bij een asbestbrand). Maar overige locaties zijn niet uitgesloten. Daarbij kan sprake zijn van het volledig voor rekening komen van de saneringskosten voor de gemeente. |
1 | 7. Verwachte bodemsanering, potentiële risico’s 25% € 100.000 € 25.000 |
0 | |
---|---|
0 | Bodemsanering / crimineel afval Het illegaal storten van afval, zoals XTC uit laboratoria komt steeds vaker voor in Zuid Nederland. Hoewel de dumpingen in onze gemeenten minder zijn dan in andere Brabantse gemeenten, zijn de opruimingskosten aanzienlijk. |
1 | 8. Verwachte kosten voor opruimen van dumping(en) 50% € 100.000 € 50.000 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Klimatologische omstandigheden De klimatologische omstandigheden zijn de afgelopen jaren ingrijpend gewijzigd. Steeds meer gemeenten hebben te maken met exocitische monoculturen (zoals de eikenprocessierups) waarvan de bestrijding lastig is en daarom ook duur. | ||||
1 | 9. | De kosten van de bestrijding van de eikenprocessierups bedragen inmiddels € 80.000. Soortgelijke plagen worden inmiddels voorzien rondom de aanwezigheid van mieren en culturen die leven in sparren en dennebomen. | 25% | € 250.000 | € 62.500 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Naast de afwikkelingen van 2015 en 2016 ontvangen wij jaar ook nog de afwikkelingen 2017 en 2018. De uitkomsten van deze onderhandelingen zijn nog niet bekend. | ||||
1 | 10. | Inmiddels is een eerste concept vergoeding vastgesteld voor de jaren 2015 en 2016, deze vergoeding valt lager uit dan de uitbetaalde voorschotten. De verwachting is dat de gemeente Oirschot voor 2015 ca. € 10.000 terug moet betalen en voor 2016 ca. € 13.000. | 90% | € 50.000 | € 45.000 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
0 | Kengetallen 2015-2022 In percentages | Realisatie 2016 | Realisatie 2017 | Realisatie 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | Begroting 2022 | Begroting 2023 |
1 | |||||||||
2 | Netto schuldquote | 31,66 | 25,46 | 28,16 | 52,23 | 81,27 | 90,87 | 90,17 | 87,65 |
3 | Netto schuldquote gecorrigeerd voor leningen | 29,33 | 23,09 | 26,06 | 50,34 | 78,93 | 88,51 | 87,89 | 85,48 |
4 | Solvabiliteitsratio | 46,09 | 46,81 | 50,10 | 37,41 | 40,35 | 37,26 | 37,12 | 37,53 |
5 | Grondexploitatie | 17,31 | 6,04 | 5,56 | -2,07 | 0 | 0 | 0 | 0 |
6 | Structurele exploitatieruimte | 1,01 | -2,55 | 2,96 | -0,98 | -0,47 | -0,50 | -0,71 | 0,16 |
7 | Belastingcapaciteit | 123,51 | 124,56 | 106,93 | 106,93 | 105,81 | 105,81 | 105,81 | 105,81 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Een duurzame bestuurlijke toekomst De provincie heeft de bestuurlijke toekomst van de vijf Kempengemeenten nader bezien en op 14 februari 2018 een rapport uitgebracht: Sterk merk, sterk bestuur! In dit rapport is geconcludeerd dat vanwege de oriëntatie op zowel het stedelijk gebied als de Kempen, Oirschot een zelfstandige positie in blijft nemen binnen de Kempen. Dit heeft mogelijk gevolgen voor de samenwerking binnen de Kempen. Op 1 november 2018 hebben wij aan de provincie kenbaar gemaakt de huidige bedrijfsvoerings- en backoffice taken te handhaven binnen de Kempensamenwerking. In opdracht van de raad wordt nu een onderzoek uitgevoerd naar de toekomst van de samenwerking binnen het Sociaal Domein . Een eerste rapportage in juni 2019 heeft geleid tot een vervolgonderzoek, inclusief de financiële consequenties van de verschillende scenario’s. | ||||
1 | 11. | Zowel voor de uitvoering van werkzaamheden in het kader van de Participatiewet (vanaf 1 juli 2019) als de Jeugdwet werken wij samen op basis van een dienstverleningsovereenkomst. Dat geldt niet voor de Wmo. Mocht dit anders worden als gevolg van de besluitvorming rondom de uitkomst van genoemd onderzoek, dan leidt dit tot desintegratiekosten. | 10% | € 3.200.000 | € 320.000 |
0 | |
---|---|
0 | Verbonden partijen Bij tegenvallende exploitaties kan aanspraak worden gemaakt op extra gemeentelijke middelen. Tot op heden worden de begrotingen van de verbonden partijen/gemeenschappelijke regelingen één op één verwerkt in de begroting van de gemeente. Verbonden partijen dienen te opereren binnen de vastgestelde begrotingen en als er tekorten ontstaan, dan dekken ze dat uit hun reserves. |
1 | 12. Het risico bestaat dat exploitaties tegenvallen en dat 25% € 300.000 € 75.000 vertegenwoordigers van gemeenschappelijke regelingen een beroep doen op de gemeentelijke middelen. |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | |
---|---|---|---|---|---|
0 | Schadeclaims De gemeente kan schadeclaims ontvangen als gevolg van activiteiten die zij verricht. De vraag is of we in een dergelijke situatie aansprakelijk gesteld kunnen worden. Wij zijn daarvoor verzekerd. Het risico betreft schadeclaims, waarvoor we niet of maar deels zijn verzekerd. | ||||
1 | 13. | ▪ Verwachte jaarlijkse schadeclaims die niet specifiek zijn gekoppeld aan dossiers ▪ Claims in het kader van rechtszaken (specifieke dossiers) | 90% 25% | € € 18.000 280.000 | € € 16.200 70.000 |
0 | |
---|---|
0 | Garantstellingen In 2012 is het WBO verkocht aan Laurentius in Breda. In 2013 heeft Laurentius in 2013 haar Oirschotse bezittingen verkocht aan de corporatie Wooninc. Voor de financiering van het aandeel van niet sociale huurwoningen betrokken bij de verkoop, heeft Wooninc. een gemeentegarantie gekregen. Het risico bestaat dat Wooninc. op enig moment niet aan de rente- en aflossingsverplichtingen kan voldoen, waardoor de betrokken bank de gemeente aanspreekt op garantstelling. Tot op heden is Wooninc. een solide partner gebleken. |
1 | 14. Het aanspreken van de gemeente op haar garantstel10% € 9.016.730 € 901.700 ling. |
0 | |
---|---|
0 | Regionaal Historisch Centrum Eindhoven Oirschot is via de gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Eindhoven aangesloten bij de gemeenschappelijke archiefdienst, het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven (RHCe). In de eerste helft van 2019 is een onderzoek gedaan naar de bedrijfsvoering van het RHCe. Dit naar aanleiding van de financiële en personele tekorten en de weerslag die dit heeft op de uitvoering van haar wettelijke taken en de dienstverlening aan deelnemende gemeenten. Tevens heeft de directeur verbeteringen in de bedrijfsvoering doorgevoerd. De conclusie in juni 2019 was door te gaan met het RHCe en te werken aan professionalisering en groei in digitale opslag van gegevens, met name op het gebied van ICT. |
1 | 15. Het risico is aanwezig dat het RHCe middelen gaat 25% € 600.000 € 150.000 vragen om de genoemde ontwikkeling vorm te geven. |
0 | |
---|---|
0 | ICT In toenemende mate wordt het belang van digitalisering van gegevensverwerking belangrijk. Het Rijk gaat hiervan uit bij het verder invoeren en toetsen van basisregistraties. In Oirschot en in Kempenverband heeft dit de aandacht, onder andere het invoeren van de basisregistraties grootschalige topografie en beheer openbare ruimte. Dit heeft ook consequenties voor het voldoen aan de ENSIA-norm en de uitwerking van het informatieveiligheidsbeleid in een plan van aanpak. |
1 | 16. Middelen zijn niet begroot, maar komen wel op de ge50% € 100.000 € 50.000 meente Oirschot af in welke mate is nog niet bekend. |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | |
---|---|---|---|---|---|---|
0 | Kans Financieel gevolg | 10% zeer klein | 25% klein | 50% gemiddeld | 75% Groot | 90% zeer groot |
1 | x > € 1.000.000 | |||||
2 | € 500.000 < x> € 1.000.000 | 1 | ||||
3 | € 250.000 < x> € 500.000 | 1 | ||||
4 | € 100.000 < x> € 250.000 | 1 | 1 | 1 | ||
5 | € 50.000 < x> € 100.000 | 4 | ||||
6 | x < € 50.000 | 2 | 2 | 2 | 2 |
0 | 1 | |
---|---|---|
0 | B eschikbare weerstandscapaciteit per 31 december 2020 | Bedrag (x €1.000) |
1 | Algemene reserve Algemene Dienst, een bedrag van € 3.700 is reeds bedoeld als reserve Weerstandsvermogen en risicobeheersing | 6.393 |
2 | Bestemmingsreserves | 17.899 |
3 | Bestemmingsreserve Grondexploitatie | 1.981 |
4 | Stille reserve(s) (voor zover binnen 1 jaar verkoopbaar en voor zover verkoop de continuïteit van de uitvoering niet aantast | n.v.t. |
5 | Andere onbenutte inkomstenbronnen | 0 |
6 | Ondergrens weerstandscapaciteit | -/- 588 |
7 | Totaal | 25.685 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
0 | P&C jaarschijf | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 |
1 | Begroting | 11,36 | 15,60 | 12,01 | 9,77 | 12,34 | 17,65 | 15,82 | 10,13 |
2 | Jaarrekening | 13,02 | 12,34 | 10,62 | 12,88 | 13,66 | 15,03 |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | |
---|---|---|---|---|---|---|
0 | Nr | Omschrijving | Goed | Voldoende | Onvold | |
1 | Ondergr | Bovengr | ||||
2 | 1A | Netto schuldquote | < 53% | 53% | 72% > 72% | |
3 | 1B | Netto schuldquote corr verstr leningen | < 51% | 51% | 69% > 69% | |
4 | 2 | Solvabiliteit | > 36% | 26% | 36% < 26% | |
5 | 3 | Grondexploitatie | < 28% | 28% | 38% > 38% | |
6 | 4 | Structurele exploitatieruimte | > 1,5% | 0,00% | 1,50% < - 0% | |
7 | 5 | Belastingcapaciteit | < 80% | 80% | 110% > 110% |
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
0 | Kengetallen 2015-2017 | 2016 Realisatie | 2017 Realisatie | 2018 Realisatie | 2019 Begroot | 2020 Begroot | 2021 Begroot | 2022 Begroot | 2023 Begroot |
1 | Netto schuld per inwoner | € 869,33 | € 716,61 | € 673,30 | € 1.611,19 | € 1.730,74 | € 1.871,87 | € 1.879,40 | € 1.869,51 |
2 | Voorraden in een % van de inkomsten | 18,19% | 6,78% | 5,16% | -5,36% | 0% | 0% | 0% | 0% |
3 | Leningen derden in een % van de inkomsten | 5,73% | 2,86% | 0,31% | 2,64% | 2,67% | 2,70% | 2,61% | 2,50% |