Naam Oirschot
Code 823
Provincie Noord-Brabant
Inwonertal 18558

2018

Bron

Categorie Risico Kans Max. impact Gewogen bedrag
Sociaal domein Indicaties Jeugdzorg 25.0 310000.0 77500.0
Sociaal domein Wmo: Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang 10.0 450000.0 45000.0
Bodemsanering Bodemsanering 25.0 100000.0 25000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Bestemmingsplan Buitengebied: Het is niet in te schatten in welke mate schadeclaims ondanks alle communicatie en maatregelen worden ingediend 25.0 400000.0 100000.0
Bodemsanering Bodemsanering / crimineel afval 75.0 100000.0 75000.0
Belasting Naheffing Attero 25.0 220000.0 55000.0
Overig Een duurzame bestuurlijke toekomst 10.0 3200000.0 320000.0
GR / Verbonden partijen Verbonden partijen 50.0 250000.0 125000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Schadeclaims: Verwachte jaarlijkse schadeclaims die niet specifiek zijn gekoppeld aan dossiers 90.0 10000.0 9000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Wet Ketenaansprakelijkheid 25.0 100000.0 25000.0
Informatieveiligheid Gegevensbescherming en informatiebeveiliging 75.0 120000.0 90000.0
GR / Verbonden partijen Garantstellingen 10.0 8599950.0 859995.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Bestemmingsplan Buitengebied: Omdat we niet voldoen aan plicht om tijdig reparaties vast te stellen is risico op dwangsom aanwezig 50.0 100000.0 50000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Schadeclaims: Claims in het kader van rechtszaken (specifieke dossiers) 25.0 280000.0 70000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Schadeclaims: Mogelijke planschadeclaims 25.0 100000.0 25000.0

0 1 2
0 Waardering Ratio Betekenis
1 A > 2 Uitstekend
2 B 1,4 – 2 Ruim voldoende
3 C 1 – 1,4 Voldoende
4 D 0,8 – 1 Matig
5 E 0,6 – 0,8 Onvoldoende
6 F < 0,6 Ruim onvoldoende


0 1 2 3 4
0 Indicaties Jeugdzorg Sinds 1 januari 2015 zijn we verantwoordelijk voor de indicaties en uitvoering van Jeugdzorg. Het afgelopen jaar is hard gewerkt om te komen tot betrouwbare prognoses op basis van de toegekende zorg opgenomen in de cliëntenadministratie. Op basis van huidige ontwikkelingen en de op handen zijnde aanpassingen van de tarieven zijn extra kosten geraamd in de begroting 2018 en volgende jaren.
1 1. Landelijk is er sprake van afwijkingen in bestedingen ten opzichte van de door het rijk ontvangen uitkeringen. De berichtgevingen vanuit Eindhoven en Helmond zijn hier een voorbeeld van. M.i.v. 2016 is een nieuw verdeelmodel van toepassing. Het risico is dat ervaringscijfers uit 2016 leiden tot aanpassingen in het verdeelmodel. Omdat moeilijk in te schatten is om welke bedragen het gaat sluiten wij aan bij de bedragen genoemd in de begroting 2017, ook al kennen deze een andere grondslag. 25% € 310.000 € 77.500


0 1 2 3 4
0 Wmo: Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang Gemeenten zijn verantwoordelijk voor Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. De financiering moet aansluiten op de inhoud.
1 2. In de huidige situatie zijn centrumgemeenten verantwoordelijk voor deze taak en krijgen die gemeenten op basis van een landelijk verdeelmodel middelen aangereikt van het rijk. M.i.v. 2020 gaat dit veranderen en krijgen individuele gemeenten op basis van een nieuw verdeelmodel middelen. Samenwerking blijft echter noodzakelijk. Het risico is dat deze ontwikkeling de gemeente als gevolg van het nieuwe verdeelmodel meer geld gaat kosten 10% € 450.000 € 45.000


0
0 Bodemsanering De risico’s die voor de gemeente voortvloeien uit bodemverontreiniging, zijn moeilijk vooraf in te schatten. Voor saneringsobjecten in het kader van de Wet Bodembescherming wordt de omvang van het risico sterk bepaald door factoren als eigendomssituatie en oorzaak van de bodemverontreiniging. Zoveel mogelijk worden saneringskosten opgenomen in de grondexploitaties. Daarnaast kunnen sommige kosten verhaald worden op eigenaren (bijv. bij een asbestbrand). Maar overige onverwachte kosten zijn niet uitgesloten, waarbij sprake kan zijn van het volledig voor rekening komen van de saneringskosten voor de gemeente.
1 3.  Verwachte bodemsanering, potentiële risico’s 25% € 100.000 € 25.000


0 1 2 3 4
0 Bestemmingsplan Buitengebied In juni 2013 is het bestemmingsplan Buitengebied (fase 2) vastgesteld. Dit is in 2015 onherroepelijk geworden met een verplichting vanuit de Raad van State om een aantal zaken aan te passen binnen 1 jaar. Dit bestemmingsplan beperkt op een aantal gebieden mogelijkheden van de (intensieve) veehouderij. Daaruit kunnen planschadeclaims ontstaan. Via uitgebreide communicatie en een overgangsregeling verwachten wij dat we er alles aan gedaan hebben om deze claims te vermijden. Het risico blijft de komende jaren nog aanwezig. Vanuit een totale inschatting op basis van een planschaderisico analyse verdeeld over de jaren waarop beroep op planschade mogelijk is, komen we tot onderstaande bedragen.
1 4.  Het is niet in te schatten in welke mate schadeclaims ondanks alle communicatie en maatregelen worden ingediend  Omdat we niet voldoen aan plicht om tijdig reparaties vast te stellen is risico op dwangsom aanwezig 25% 50% € € 400.000 100.000 € € 100.000 50.000


0
0 Bodemsanering / crimineel afval Het illegaal storten van afval, zoals XTC uit laboratoria komt steeds vaker voor in Zuid Nederland. Hoewel de dumpingen in onze gemeenten minder zijn dan in andere Brabantse gemeenten, zijn de opruimingskosten aanzienlijk.
1 5.  Verwachte kosten voor opruimen van dumping(en) 75% € 100.000 € 75.000


0
0 verplichtingen. Op 18 februari 2015 heeft Attero via haar advocaat een arbitrageaanvraag naar het Nederlands Arbitrage Instituut gestuurd. Ondertussen is een arbitraal eindvonnis gewezen, waaruit blijkt dat Attero geen naheffing in rekening mag brengen. Attero heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot het indienen van een vordering tot vernietiging van het vonnis. Deze vordering is zeer recent afgewezen op grond van het ontbreken van schade voor Attero. Niet bekend is of Attero tegen deze afwijzing in cassatie gaat. In dezelfde kwestie hebben zij een claim weggelegd voor het jaar 2015 . Het is mogelijk dat zij dit ook gaan doen voor de resterende looptijd van het contract, 2016 en januari 2017. Het risico tot naheffing is daardoor nog niet van de baan. Het moge duidelijk zijn dat de gewesten en gemeenten iedere vorm van claim van Attero afwijzen.
1 6.  Verwachte naheffing niet behalen volumeplicht 25% € 220.000 € 55.000


0
0 Een duurzame bestuurlijke toekomst In een interactief proces met inwoners en instellingen wordt eind 2017 een heroverweging gemaakt over de slagvaardigheid en zelfstandigheid van de gemeente Oirschot. Varianten die hierbij aan de orde komen zijn: van bestuurlijke fusie tot geïntensiveerde samenwerking, van splitsing van de gemeente tot zelfstandig blijven. In die varianten is mogelijk ook een uittreding aan de orde uit de WSD en/of de GRSK. De gemeente blijft wel verantwoordelijk voor de taken die nu aan deze (verbonden) partijen zijn uitbesteed. Naast frictiekosten als gevolg van uittreden moet de gemeente dan zelf deze nieuwe taken gaan organiseren.
1 7.  Zoals genoemd bestaat het risico uit frictiekosten en 10% € 3.200.000 € 320.000 kosten van de opzet van een nieuwe organisatie die duurder uitvalt dan de bestaande kosten.


0 1 2 3 4
0 Verbonden partijen Bij tegenvallende exploitaties kan aanspraak worden gemaakt op extra gemeentelijke middelen. Tot op heden worden de begrotingen van de verbonden partijen/gemeenschappelijke regelingen één op één verwerkt in de begroting van de gemeente. Verbonden partijen dienen te opereren binnen de vastgestelde begrotingen en als er tekorten ontstaan, dan dekken ze dat uit hun reserves. De GRSK heeft geen reserves, dus tekorten moeten de deelnemende gemeenten zelf bijpassen.
1 8.  Het risico bestaat dat exploitaties tegenvallen en dat vertegenwoordigers van gemeenschappelijke regelingen een beroep doen op de gemeentelijke middelen. 50% € 250.000 € 125.000


0 1 2 3 4
0 Schadeclaims De gemeente kan schadeclaims ontvangen als gevolg van activiteiten die zij verricht. De vraag is of we in een dergelijke situatie aansprakelijk gesteld kunnen worden. Wij zijn daarvoor verzekerd. Her risico betreft schadeclaims, waarvoor we niet of maar deels zijn verzekerd.
1 9.  Verwachte jaarlijkse schadeclaims die niet specifiek zijn gekoppeld aan dossiers  Claims in het kader van rechtszaken (specifieke dossiers)  Mogelijke planschadeclaims 90% 25% 25% € € € 10.000 280.000 100.000 € € € 9.000 70.000 25.000


0
0 Wet Ketenaansprakelijkheid De gemeente kan op grond van de Wet Ketenaansprakelijkheid aangesproken worden voor het niet afdragen van belastingen en premies sociale verzekeringen door aannemers of inleenpersoneel. In het kader van deze wet is de gemeente niet aansprakelijk wanneer het de aanleg van gemeenschapsvoorzieningen betreft, zoals wegen en rioleringen in openbaar gebied. Voor projecten die niet over openbare voorzieningen gaan, is de wet van toepassing. Denk hierbij aan het ophogen van bouwterreinen en andere zaken, voor de verkoop bestemd. Risico beperkende maatregelen bij deze projecten kunnen o.a. zijn.: het opvragen van verklaringen van goed betalingsgedrag alsook rechtstreekse storting van de af te dragen loonheffingen en omzetbelasting op rekening van de Belastingdienst of op een geblokkeerde rekening.
1 10. Aansprakelijkheidsstelling voor het niet afdragen van 25% € 100.000 € 25.000 sociale lasten en premies door aannemers of inleen personeel.


0
0 Gegevensbescherming en informatiebeveiliging Per 25 mei 2016 is de Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking getreden. Vanaf 25 mei 2018 moet de Verordening worden toegepast. Het gaat om alles wat gegevensverwerkende organisaties moeten doen om ervoor te zorgen dat de regels opgenomen in de AVG worden nageleefd en dat hierover verantwoording wordt afgelegd. Als gemeente hebben wij hierin een eigen verantwoordelijkheid, al dan niet in samenwerking met de GRSK. Op dit moment wordt een businesscase opgesteld om te inventariseren welke knelpunten er zijn en welke maatregelen genomen moeten worden.
1 11. Naar verwachting is de uitkomst dat zowel op formatief 75% € 120.000 € 90.000 vlak als op het gebied van informatiebeveiliging aanvul lende middelen nodig zijn.


0 1 2 3 4
0 Garantstellingen In 2012 is het WBO verkocht aan Laurentius in Breda. In 2013 heeft Laurentius haar Oirschotse bezittingen verkocht aan de corporatie Wooninc. Voor de financiering van het aandeel van niet sociale huurwoningen betrokken bij de verkoop, heeft Wooninc. een gemeentegarantie gekregen van € 11,8 miljoen. Het risico bestaat dat Wooninc. op enig moment niet aan de rente- en aflossingsverplichtingen kan voldoen, waardoor de betrokken bank de gemeente aanspreekt op garantstelling. Onderzoek door een accountantskantoor heeft aangetoond dat Wooninc. een solide partner is. Dit beeld wordt bevestigd in hun jaarverslag 2016.
1 12.  Het aanspreken van de gemeente op haar garantstelling. In dat geval maakt de gemeente gebruik van haar eerste recht van hypotheek en verkoopt het betreffende vastgoed. Het risico is dat de opbrengst onvoldoende is. 10% € 8.599.950 € 860.000


0 1 2 3 4 5
0 Kans Financieel gevolg 10% zeer klein 25% klein 50% gemiddeld 75% groot 90% zeer groot
1 x > € 1.000.000 1
2 € 500.000 < x> € 7500.000
3 € 250.000 < x> € 500.000 1
4 € 100.000 < x> € 250.000 1 1
5 € 50.000 < x> € 100.000 3 1 2
6 x < € 50.000 1 3 1


0 1
0 B eschikbare weerstandscapaciteit per 1 januari 2017 o.b.v. jaarrekening 2016 Bedrag (x €1.000)
1 Algemene reserve Algemene Dienst, een bedrag van € 3.500 is reeds bedoeld als reserve Weerstandsvermogen en risicobeheersing 9.066
2 Algemene reserve Grondexploitatie / risicoreserve 3.457
3 Overige bestemmingsreserves algemene dienst 17.886
4 Overige bestemmingsreserves grondexploitatie 830
5 Stille reserve(s) (voor zover binnen 1 jaar verkoopbaar en voor zover verkoop de continuïteit van de uitvoering niet aantast n.v.t.
6 Andere onbenutte inkomstenbronnen 0
7 Post onvoorzien in de begroting 2018 19
8 Begrotingsresultaat 2018 143
9 Ondergrens weerstandscapaciteit -/- 397
10 Totaal 31.004


0 1 2 3 4 5 6 7
0 Netto schuldquote 43,93% 31,66% 68,36% 72,55% 54,01% 72,34% 72,18%
1 Netto schuldquote gecorr 40,89% 29,33% 64,77% 69,27% 50,87% 68,46% 68,38%
2 Solvabilteitsratio 47,46% 46,09% 43,98% 32,72% 34,31% 34,33% 33,61%
3 Grondexploitatie 23,54% 17,31% 23,43% 10,85% -0,99% 0,00% 0,00%
4 Structurele exploitatieruimte -1,36% 1,01% -1,41% 0,15% 0,60% 1,79% 1,87%
5 Belastingcapaciteit 112,32% 123,51% 123,45% 101,73% 101,73% 101,73% 101,73%


0 1 2 3 4 5
0 Nr Omschrijving Goed Voldoende Onvold
1 Ondergr Bovengr
2 1A Netto schuldquote < 53% 53% 72% > 72%
3 1B Netto schuldquote corr verstr leningen < 51% 51% 69% > 69%
4 2 Solvabiliteit > 36% 26% 36% < 26%
5 3 Grondexploitatie < 28% 28% 38% > 38%
6 4 Structurele exploitatieruimte > 1,5% 0,00% 1,50% < - 0%
7 5 Belastingcapaciteit < 80% 80% 110% > 110%


2019

Bron

Categorie Risico Kans Max. impact Gewogen bedrag
Sociaal domein Sinds 1 januari 2015 zijn we verantwoordelijk voor de indicaties en uitvoering van Jeugdzorg. Het afgelopen jaar is hard gewerkt om te komen tot betrouwbare prognoses op basis van de toegekende zorg opgenomen in de cliëntadministratie. Daarnaast is een nieuwe Product Diensten Catalogus (PDC) vastgesteld inclusief bijbehorende tarieven. Ook is gebleken dat meer jeugdigen bereikt worden waardoor een groter beroep is gedaan op ondersteuning. Ondanks alles zijn wij in mei 2018 verrast toen de afrekening van de kosten van Jeugdhulp 2017 bekend werd. Het tekort blijkt structureel en is verwerkt in de begroting 2019. 25.0 300000.0 75000.0
Sociaal domein Gemeenten zijn verantwoordelijk voor Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. De financiering moet aansluiten op de inhoud. 50.0 450000.0 225000.0
Sociaal domein Met ingang van 1 januari 2019 is de eigen bijdrage voor de Wmo gemaximeerd op € 17,50 per vier weken ongeacht het inkomen of de draagkracht. De ISD heeft een onderzoek gedaan naar de mogelijke effecten op het beroep op hulp vanuit de Wmo en verwacht een stijging van het beroep op de Wmo 75.0 100000.0 75000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims In juni 2013 is het bestemmingsplan Buitengebied (fase 2) vastgesteld. Dit is in 2015 onherroepelijk geworden met een verplichting vanuit de Raad van State om een aantal zaken aan te passen binnen 1 jaar. Dit bestemmingsplan beperkt op een aantal gebieden mogelijkheden van de (intensieve) veehouderij. Daaruit kunnen planschadeclaims ontstaan. Via uitgebreide communicatie en een overgangsregeling verwachten wij dat we er alles aan gedaan hebben om deze claims te vermijden. Het risico blijft de komende jaren nog aanwezig. Vanuit een totale inschatting op basis van een planschaderisico analyse verdeeld over de jaren waarop beroep op planschade mogelijk is, komen we tot onderstaande bedragen. 10.0 400000.0 40000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Omdat we niet voldoen aan plicht om tijdig reparaties vast te stellen is risico op een dwangsom aanwezig 50.0 100000.0 50000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims Verwachte naheffing niet behalen volumeplicht. Dit risico is sterk afhankelijk van de uitkomst van juridische procedures en verschilt zeer van gemeente tot gemeent 25.0 220000.0 55000.0
Bodemsanering De risico’s die voor de gemeente voortvloeien uit bodemverontreiniging, zijn moeilijk vooraf in te schatten. Voor saneringsobjecten in het kader van de Wet Bodembescherming wordt de omvang van het risico sterk bepaald door factoren als eigendomssituatie en oorzaak van de bodemverontreiniging. Zoveel mogelijk worden saneringskosten opgenomen in de grondexploitaties. Daarnaast kunnen sommige kosten verhaald worden op eigenaars (bijv. bij een asbestbrand). Maar overige locaties zijn niet uitgesloten. Daarbij kan sprake zijn van het volledig voor rekening komen van de saneringskosten voor de gemeente. 25.0 100000.0 25000.0
Bodemsanering Het illegaal storten van afval, zoals XTC uit laboratoria komt steeds vaker voor in Zuid Nederland. Hoewel de dumpingen in onze gemeenten minder zijn dan in andere Brabantse gemeenten, zijn de opruimingskosten aanzienlijk. 50.0 100000.0 50000.0
Overig In het najaar 2018/voorjaar 2019 worden de beleids- en beheerplannen van het ruimtelijk beheer geactualiseerd en opgenomen in een Integraal maatschappelijk beheerkader. Dit geldt ook voor het OVVP. 25.0 400000.0 100000.0
GR / Verbonden partijen De provincie heeft de bestuurlijke toekomst van de vijf Kempengemeenten nader bezien en op 14 februari 2018 een rapport uitgebracht: Sterk merk, sterk bestuur! In dit rapport is geconcludeerd dat vanwege de oriëntatie op zowel het stedelijk gebied als de Kempen, Oirschot een zelfstandige positie in blijft nemen binnen de Kempen. Dienstverleningsafspraken met de Kempengemeenten zijn dan leidend voor een te volgen gezamenlijke inhoudelijke koers. GRSK en Kempencommissie kunnen worden opgeheven. Uitwerking van dit rapport vindt plaats in definitieve keuzes die alle Kempengemeenten in het najaar 2018 maken. 10.0 3200000.0 320000.0
GR / Verbonden partijen Bij tegenvallende exploitaties kan aanspraak worden gemaakt op extra gemeentelijke middelen. Tot op heden worden de begrotingen van de verbonden partijen/gemeenschappelijke regelingen één op één verwerkt in de begroting van de gemeente. Verbonden partijen dienen te opereren binnen de vastgestelde begrotingen en als er tekorten ontstaan, dan dekken ze dat uit hun reserves 25.0 300000.0 75000.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims De gemeente kan schadeclaims ontvangen als gevolg van activiteiten die zij verricht. De vraag is of we in een dergelijke situatie aansprakelijk gesteld kunnen worden. Wij zijn daarvoor verzekerd. Her risico betreft schadeclaims, waarvoor we niet of maar deels zijn verzekerd. Verwachte jaarlijkse schadeclaims die niet specifiek zijn gekoppeld aan dossiers 90.0 18000.0 16200.0
Juridisch, aansprakelijkheid, claims De gemeente kan schadeclaims ontvangen als gevolg van activiteiten die zij verricht. De vraag is of we in een dergelijke situatie aansprakelijk gesteld kunnen worden. Wij zijn daarvoor verzekerd. Her risico betreft schadeclaims, waarvoor we niet of maar deels zijn verzekerd. 25.0 280000.0 70000.0
GR / Verbonden partijen In 2012 is het WBO verkocht aan Laurentius in Breda. In 2013 heeft Laurentius in 2013 haar Oirschotse bezittingen verkocht aan de corporatie Wooninc. Voor de financiering van het aandeel van niet sociale huurwoningen betrokken bij de verkoop, heeft Wooninc. een gemeentegarantie gekregen. Het risico bestaat dat Wooninc. op enig moment niet aan de rente- en aflossingsverplichtingen kan voldoen, waardoor de betrokken bank de gemeente aanspreekt op garantstelling. Onderzoek door een accountantskantoor heeft aangetoond dat Wooninc. een solide partner is. Dit beeld wordt bevestigd in hun jaarverslag 2016. 10.0 9424000.0 942400.0
Overig Oirschot is via de gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Eindhoven aangesloten bij de gemeenschappelijke archiefdienst, het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven (RHCe). Op dit moment loopt een onderzoek naar de bedrijfsvoering van het RHCe. Dit naar aanleiding van de financiële en personele tekorten en de weerslag die dit heeft op de uitvoering van haar wettelijke taken en de dienstverlening aan deelnemende gemeenten. Na 1 januari 2019 volgt een onderzoek naar de nadere positionering van het RHCe als archiefinstelling, gescheiden van de Metropoolregio Eindhoven. Als de bestuurscommissie in januari 2019 vaststelt dat een voorlopige doorstart onvoldoende mogelijkheden biedt om het vertrouwen van de deelnemende gemeenten te herstellen, zullen andere toekomstscenario’s voor besluitvorming voorgelegd worden. 25.0 600000.0 150000.0

0 1 2
0 Waardering Ratio Betekenis
1 A > 2 Uitstekend
2 B 1,4 – 2 Ruim voldoende
3 C 1 – 1,4 Voldoende
4 D 0,8 – 1 Matig
5 E 0,6 – 0,8 Onvoldoende
6 F < 0,6 Ruim onvoldoende


0
0 Indicaties Jeugdzorg Sinds 1 januari 2015 zijn we verantwoordelijk voor de indicaties en uitvoering van Jeugdzorg. Het afgelopen jaar is hard gewerkt om te komen tot betrouwbare prognoses op basis van de toegekende zorg opgenomen in de cliëntadministratie. Daarnaast is een nieuwe Product Diensten Catalogus (PDC) vastgesteld inclusief bijbehorende tarieven. Ook is gebleken dat meer jeugdigen bereikt worden waardoor een groter beroep is gedaan op ondersteuning. Ondanks alles zijn wij in mei 2018 verrast toen de afre-kening van de kosten van Jeugdhulp 2017 bekend werd. Het tekort blijkt structureel en is verwerkt in de begroting 2019.
1 25% 300.000 € 75.000 €1. Op dit moment is een onderzoek gaande naar de mogelijkheid om de kosten beter voorspelbaar te maken maar ook beter beheersbaar.


0 1 2 3 4
0 Wij ontwikkelen hiertoe een rekenmodel dat uitgaat van de variabelen die de kosten beïnvloeden en deze beter voorspelbaar maken. Eind oktober is dit model afgerond.


0 1 2 3 4
0 Schadeclaims De gemeente kan schadeclaims ontvangen als gevolg van activiteiten die zij verricht. De vraag is of we in een dergelijke situatie aansprakelijk gesteld kunnen worden. Wij zijn daarvoor verzekerd. Her risico betreft schadeclaims, waarvoor we niet of maar deels zijn verzekerd.
1 11. (cid:1) Verwachte jaarlijkse schadeclaims die niet specifiek zijn gekoppeld aan dossiers (cid:1) Claims in het kader van rechtszaken (specifieke dossiers) 90% 25% 18.000 € 280.000 € 16.200 € 70.000 €


0 1 2 3 4
0 Wmo: Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang Gemeenten zijn verantwoordelijk voor Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang in het kader van de Wet Maatschappelij-ke Ondersteuning. De financiering moet aansluiten op de inhoud.
1 2. In de huidige situatie zijn centrumgemeenten verant-woordelijk voor deze taak en krijgen die gemeenten op basis van een landelijk verdeelmodel middelen aange-reikt van het rijk. M.i.v. 2020 gaat dit veranderen en krijgen individuele gemeenten op basis van een nieuw verdeelmodel middelen. Samenwerking blijft echter noodzakelijk. Het risico is dat deze ontwikkeling de gemeente, als gevolg van het nieuwe verdeelmodel, meer geld gaat kosten. Dit risico is latent aanwezig omdat de “dure” cliënten in de Jeugdzorg op termijn van twee tot drie jaar uitstromen naar een voorziening in het kader van Beschermd Wonen. 50% 450.000 € 225.000 €


0
0 Wmo: Maximering eigen bijdrage in het kader van de Wmo Met ingang van 1 januari 2019 is de eigen bijdrage voor de Wmo gemaximeerd op € 17,50 per vier weken o ngeacht het inkomen of de draagkracht. De ISD heeft een onderzoek gedaan naar de mogelijke effecten op het beroep op hulp vanuit de Wmo en verwacht een stijging van het beroep op de Wmo
1 3. De stijging is voor Oirschot berekend op een bedrag 75% 100.000 € 75.000 €van € 100.000.


0 1 2 3 4
0 4 (cid:1) Het is niet in te schatten in welke mate schade-claims ondanks alle communicatie en maatregelen worden ingediend (cid:1) Omdat we niet voldoen aan plicht om tijdig repara-ties vast te stellen is risico op een dwangsom aan-wezig 10% 50% 400.000 € 100.000 € 40.000 € 50.000 €


0 1 2 3 4
0 Naheffing Atterro Het SRE en vijf andere Brabantse gewesten hebben (vertegenwoordigd door de Vereniging van Contracten, VvC) in 1995 een verwerkingsovereenkomst met Atterro afgesloten. Dit contract startte op 1 februari 1997 en loopt op 31 januari 2017 af. In mei 2014 heeft Attero de gemeenten geïnformeerd over het feit dat Attero voornemens is om over de periode 2011-2014 een nahef-fing te factureren i.v.m. het niet voldoen aan de minimale volumeverplichtingen. Op 18 februari 2015 heeft Attero via haar advo-caat een arbitrageaanvraag naar het Nederlands Arbitrage Instituut gestuurd. Ondertussen is een arbitraal eindvonnis gewezen, waaruit blijkt dat Attero geen naheffing in rekening mag brengen. Attero heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot het indie-nen van een vordering tot vernietiging van het vonnis. Deze vordering is zeer recent afgewezen op grond van het ontbreken van schade voor Attero. In dezelfde kwestie hebben zij een claim weggelegd voor het jaar 2015. Tot veler verrassing heeft het Nederlands Arbitrage Instituut (NAI), in een tussenvonnis, Attero in het gelijk gesteld. Als Attero ook in het eindvonnis in het gelijk wordt gesteld, dan zal de VvC een procedure aanspannen tot vernietiging van dit vonnis. Inmiddels heeft Attero ook een naheffing opgelegd over de periode 2016 t/m januari 2017 (einde contract). Nu al staat vast dat de VvC ook die naheffing voorlegt aan het NAI. Mochten de gewesten uiteindelijk aan het kortste eind trekken, dan zullen waarschijnlijk ook de gemeenten binnen de gewesten een (deel van die) naheffing moeten betalen.
1 5. (cid:1) Verwachte naheffing niet behalen volumeplicht. Dit risico is sterk afhankelijk van de uitkomst van juri-dische procedures en verschilt zeer van gemeente tot gemeente. 25% 220.000 € 55.000 €


0
0 Bodemsanering De risico’s die voor de gemeente voortvloeien uit bodemverontreiniging, zijn moeilijk vooraf in te schatten. Voor saneringsobjec-ten in het kader van de Wet Bodembescherming wordt de omvang van het risico sterk bepaald door factoren als eigendomssitua-tie en oorzaak van de bodemverontreiniging. Zoveel mogelijk worden saneringskosten opgenomen in de grondexploitaties. Daar-naast kunnen sommige kosten verhaald worden op eigenaars (bijv. bij een asbestbrand). Maar overige locaties zijn niet uitgeslo-ten. Daarbij kan sprake zijn van het volledig voor rekening komen van de saneringskosten voor de gemeente.
1 6. (cid:1) Verwachte bodemsanering, potentiële risico’s 25% € 100.000 25.000 €


0
0 Bodemsanering / crimineel afval Het illegaal storten van afval, zoals XTC uit laboratoria komt steeds vaker voor in Zuid Nederland. Hoewel de dumpingen in onze gemeenten minder zijn dan in andere Brabantse gemeenten, zijn de opruimingskosten aanzienlijk.
1 7. (cid:1) Verwachte kosten voor opruimen van dumping(en) 50% 100.000 € 50.000 €


0 1 2 3 4
0 Integraal maatschappelijk beheerkader In het najaar 2018/voorjaar 2019 worden de beleids- en beheerplannen van het ruimtelijk beheer geactualiseerd en opgenomen in een Integraal maatschappelijk beheerkader. Dit geldt ook voor het OVVP.
1 8. Aandachtspunt is hoe de maatschappelijk opgaven gekoppeld worden aan de instandhouding van de beheerobjecten. Besluitvorming van de raad is bepa-lend voor de consequenties voor de exploitatie en de omvang van de reserves c.q. voorzieningen. 25% 400.000 € 100.000 €


0 1 2 3 4
0 Een duurzame bestuurlijke toekomst De provincie heeft de bestuurlijke toekomst van de vijf Kempengemeenten nader bezien en op 14 februari 2018 een rapport uitgebracht: Sterk merk, sterk bestuur! In dit rapport is geconcludeerd dat vanwege de oriëntatie op zowel het stedelijk gebied als de Kempen, Oirschot een zelfstandige positie in blijft nemen binnen de Kempen. Dienstverleningsafspraken met de Kempenge-meenten zijn dan leidend voor een te volgen gezamenlijke inhoudelijke koers. GRSK en Kempencommissie kunnen worden opgeheven. Uitwerking van dit rapport vindt plaats in definitieve keuzes die alle Kempengemeenten in het najaar 2018 maken.
1 9. (cid:1) Naast frictiekosten als gevolg een mogelijk op te heffen gemeenteschappelijke regeling maakt Oir-schot dan ook kosten als gevolg het eventueel on-derbrengen van taken uit de GRSK in een andere samenwerking. Vraag is in hoeverre bijdragen van Rijk en/of Provincie in dit kader te verwachten zijn. 10% 3.200.000 € 320.000 €


0 1 2 3 4
0 Verbonden partijen Bij tegenvallende exploitaties kan aanspraak worden gemaakt op extra gemeentelijke middelen. Tot op heden worden de begro-tingen van de verbonden partijen/gemeenschappelijke regelingen één op één verwerkt in de begroting van de gemeente. Ver-bonden partijen dienen te opereren binnen de vastgestelde begrotingen en als er tekorten ontstaan, dan dekken ze dat uit hun reserves.
1 10. (cid:1) Het risico bestaat dat exploitaties tegenvallen en dat vertegenwoordigers van gemeenschappelijke regelingen een beroep doen op de gemeentelijke middelen. 25% 300.000 € 75.000 €


0
0 Garantstellingen In 2012 is het WBO verkocht aan Laurentius in Breda. In 2013 heeft Laurentius in 2013 haar Oirschotse bezittingen verkocht aan de corporatie Wooninc. Voor de financiering van het aandeel van niet sociale huurwoningen betrokken bij de verkoop, heeft Wooninc. een gemeentegarantie gekregen. Het risico bestaat dat Wooninc. op enig moment niet aan de rente- en aflossingsver-plichtingen kan voldoen, waardoor de betrokken bank de gemeente aanspreekt op garantstelling. Onderzoek door een accoun-tantskantoor heeft aangetoond dat Wooninc. een solide partner is. Dit beeld wordt bevestigd in hun jaarverslag 2016.
1 12. (cid:1) Het aanspreken van de gemeente op haar garant-10% 9.424.000 € 942.400 €stelling.


0 1 2 3 4
0 Regionaal Historisch Centrum Eindhoven Oirschot is via de gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Eindhoven aangesloten bij de gemeenschappelijke archiefdienst, het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven (RHCe). Op dit moment loopt een onderzoek naar de bedrijfsvoering van het RHCe. Dit naar aanleiding van de financiële en personele tekorten en de weerslag die dit heeft op de uitvoering van haar wettelijke taken en de dienstverlening aan deelnemende gemeenten. Na 1 januari 2019 volgt een onderzoek naar de nadere positionering van het RHCe als archiefinstelling, gescheiden van de Me-tropoolregio Eindhoven. Als de bestuurscommissie in januari 2019 vaststelt dat een voorlopige doorstart onvoldoende mogelijk-heden biedt om het vertrouwen van de deelnemende gemeenten te herstellen, zullen andere toekomstscenario’s voor besluit-vorming voorgelegd worden.
1 13. (cid:1) Het risico is aanwezig dat het RHCe middelen gaat vragen om de dienstverlening zoals vastgelegd in de afspraken, conform wettelijke taken, te waar-borgen. 25% 600.000 € 150.000 €